Velserbroek, Nederland

Eindelijk is het zover dat wij weer met een camper gaan rijden. De reis is al maanden geleden geboekt bij Travelhome, Ellie heeft twee Engels talige boekjes (“Iowa, Off the Beaten Pad” en “Idaho, Off The Beaten Pad”) gelezen over wat je kan zien naast de weg en Jan heeft de route ongeveer bepaald. Met andere woorden wij zijn er klaar voor!  Onze zoon en kleinzoon brengen ons naar het vliegveld. Hier worden wij in gecheckt en kunnen wij dollars kopen en koffie gaan drinken. Het vliegtuig vertrekt op tijd en komt na een goede vlucht 20 min. eerder aan. Met gebruikelijke wachttijden bij de immigratiedienst meegerekend staan wij toch om half drie op de VS bodem. Wij weten uit vorige keren dat wij met de metro naar terminal 2 moeten gaan voor de hotelbussen. Maar om vanuit de metro naar de busshuttles te gaan is het toch een vreselijk gedoe om met de koffers te sjouwen. Wij merken meteen weer dat wij in de VS zijn, slecht onderhouden wegen! Bij de plaats waar de busshuttles naar de hotels langs komen is het slecht georganiseerd. Je moet goed oppassen dat je de bus aanhoudt die je naar jou hotel kan brengen.
Maar ach wat een gemopper, wij zijn op vakantie! Maar wij zijn ook moe van de reis en vooral van de 7 uur tijdsverschil. In het hotel vraagt en krijgt Ellie een kamer met een Kingsize bed. Op de kamer puffen we uit met een beker thee. Pas daarna gaan wij proberen te bellen met Cruise America om een tijd af te spreken dat wij worden opgehaald. Het lukt eerst maar niet maar uiteindelijk is er contact en omdat wij Early Bird hebben geboekt wordt de afspraak gemaakt dat wij om 9.30 uur met een taxi worden opgehaald.
Het weer is sterk bewolkt en bij downtown schijnt het te regenen. We lopen naar het nabij gelegen McDonald en kopen een ijsje en kijken even bij het restaurant. Verder op de kamer TV kijken en even over zessen (één uur in de nacht in NL) gaan we een salade eten in het restaurant. Het hotel en het restaurant ligt in een kruispunt van wegen dus zijn er veel auto’s en is er veel te zien. Als we terug naar de kamer gaan nemen we koffie uit de lobby mee.

Camper ophalen en naar Rockford

Na een onwennige en onrustige nacht staan we vroeg op om te ontbijten in het restaurant. Er zijn meer Nederlanders die een camper gaan ophalen. Als we na het ontbijt alles hebben ingepakt, lopen we naar de hal om nog een beker koffie te halen en spreken wat meer met de Nederlanders. Na het uitchecken wachten we met de koffers buiten in de zon (wel fris) op de taxi die keurig op tijd arriveert. Het is een korte rit en als wij bij Cruise America aankomen zijn er al aardig wat mensen. Worden redelijk vlot geholpen. Al met al rijden wij kwart voor elf met de 30 ft camper weg. Rijden eerst naar weg 20 en deze weg volgen wij tot in Rockford. Uiteraard is het druk op de weg maar beheerst druk. Besluiten om niet in Chicago boodschappen te halen maar vlak bij Rockford. We rijden een leuke weg, eerst langs allerlei soorten terreinen met veel bedrijven. Later meer door een landelijk gebied met boerderijen. Het is hier opvallend kaal met weinig kleur. De winter is net verdwenen en alles moet nog ontspruiten. Het landschap is van licht tot flink heuvelachtig. Onderweg stoppen we bij een supermarkt en halen wat broodjes om direct te eten (>13 uur). Vlak voor Rockford halen we bij de Walmart vele boodschappen en gaan tanken. Dan het laatste stuk naar het park, met de bewegwijzering worden wij naar de hoofdingang gewezen en verder door naar de campgrounds. Een aantal terreinen zijn nog gesloten, ook is er nog geen water. Op de campground  waar wij gaan staan zijn nog maar enkele andere campers. Na het Elektra te hebben aan gesloten, drinken we eerst thee en gaan daarna alles uitpakken en opruimen (en ondertussen ook avond eten en naar de camping ingang wandelen om te betalen), al met al veel werk en gaan dan ook vroeg naar ons net opgemaakte bed. (vandaag 85 mijl / 137 km gereden)

Afstand: 137 km

Bellevue

Nog steeds onrustig geslapen. Onze kussens zijn veel te dun en het slaapritme is nog niet herstelt van het tijdsverschil. Het weer ziet er goed uit, alleen veel frisser dan gisteren. Na de ochtendzaken maken we een wandeling naar het meer. Gelet op het aantal auto’s met boten wat gisteren en vandaag zijn langs gereden moet het een flink meer zijn. Het is inderdaad een groot meer tussen flinke heuvels. We maken een leuke wandeling. Na vertrek uit het park rijden we om Rockford heen om aan de westkant nog een keer naar de Walmart te gaan om betere kussens (en nog enkele andere artikelen) te kopen. Hierna volgen we weg 20 naar Dubuque. Onderweg bij een rustplaats een stop gemaakt voor eten en drinken. Als we voor de camper in onze stoeltjes zitten krijgen een paar keer een duim van vrachtwagenchauffeurs. Het landschap is zeer sterk agrarisch en het is behoorlijk heuvelachtig. De lucht trekt langzaam dicht. Bij Dubuque rijden wij over de Mississippi-rivier en komen dan in Iowa. In Dubuque vinden wij vrijwel meteen het info-centrum maar ook de cabelcar (officieel: Fenelon Place Elevator). We parkeren bij de cabelcar en besluiten om hier meteen mee naar boven te gaan.
In 1882 woonde de heer J.K. Graves boven op de heuvel. Beneden in de stad had hij zijn werkplaats. Hij wilde elke dag thuis lunchen en een dutje doen. Het duurde, met paard en wagen, een uur om vanuit de stad naar het huis op de heuvel te gaan. Daarom bouwde hij, naar Europees model, een lift (cabelcar) met de bediening op de heuvel.
Gaan met de cabelcar naar boven. Je stapt in de cabelcar, trekt aan een touwtje. Na een belletje zegt iemand “Are you ready?” en dan vertrekt de cabelcar. Vanaf boven wordt de cabelcar bedient en moet je betalen. We maken een praatje met de dame. Hier boven op de hill maken we korte wandeling langs de grote (veelal houten) huizen, daarna gaan we met de cabelcar terug naar beneden. Lopen naar info-centrum, maar die blijkt al gesloten te zijn! Erg jammer.
Terug bij de camper overleggen wij waar wij gaan slapen want het is inmiddels half vijf geworden. Na de campinggids en de landkaart te hebben geraadpleegd gaan we naar een campground in Massey aan de Mississippi rivier. De laatste 7 mijl naar Massey gaat over een smalle zeer heuvelachtige weg. Als we op een gravelroad komen te rijden die weer de heuvels in gaat beseffen we dat we de campground voorbij zijn gegaan. Met wat moeizaam draaien op de smalle gravelroad en terug rijden zien we waar wij af hadden moeten slaan. Naar nu blijkt ligt de campground nu niet aan de rivier maar in de rivier te liggen! De Mississippi is duidelijk een stuk hoger dan normaal. Hier kunnen wij dus niet overnachten! Terug naar de grote weg en gaan naar Bellevue waar ook een campground is. Als we deze hebben gevonden blijkt deze ook te zijn gesloten wegens hoog water. Het is intussen aardig donker geworden door dikke wolken. Wat nu te doen? Wij blijven op een grote parkeerplaats staan met uitzicht op de rivier. Ellie gaat koken en Jan vraagt aan iemand die in een nabij gelegen stacaravan aan het klussen is of er nog een campground in de buurt is. Er moet er één zijn in het State Park op de Hill. Als we zitten te eten komen er 5 jonge dames in een auto aan die gekleed zijn in bikini en die na een aarzeling in de rivier springen (lijkt ons erg koud!). De dames vertrekken, in hun natte bikini, weer snel. Wat later komt er een auto met jongens die ook in de rivier springen!
Na ons avondmaal rijden wij verder naar Bellevue en zoeken naar een SP ondertussen kijken we ook naar weg Z15 die ons naar een verder gelegen plaats kan brengen waar ook een campground is. Na wat aarzeling om een gravelroad op te gaan komen we toch op de Hill liggende campground van het Bellevue SP. Er staat slecht één ander camper op het grote terrein. Wij brengen onze camper op plaats 25 en sluiten het elektra aan. Het is nu bijna geheel donker geworden. Betalen voor de campground gaat niet omdat de sleuf van het kluisje is verstopt. (vandaag 149 mijl / 240 km gereden)

Afstand: 240 km

Bellevue SP naar Palisades-Kepler SP

Vannacht al weer wat beter geslapen. Het is zwaar bewolkt, maar droog. Over rustige, aardig heuvelachtige wegen rijden wij naar het Maquoketa Caves SP. We rijden even in het park in de rondte om te kunnen betalen, maar nergens is hier een mogelijkheid toe. Wel gaan wij bij de campground dumpen en de watertank vullen. De camper zetten wij dwars op een aantal parkeerplaatsen en gaan koffie drinken. Trekken onze bergschoenen aan en beginnen aan de route langs de caves. Nog geen 10 min. later gaat het regenen met grote druppels, wij lopen snel terug naar onze camper. Het gaat stevig plenzen! Besluiten vroeg te gaan lunchen. Na de lunch is er nog wel wat regen maar veel minder, met de regencaps om gaan we toch op pad. In het park ligt een soort diep dal waarin in de caves liggen. De caves zijn openingen in het rotsgesteente. Soms is het een kleine opening waarin vooral kinderen kunnen kruipen met een zaklantaarn en andere zijn grotere ruimten waarin je rechtop kan staan. Ook is er een dancehal, een zeer grote ruimte met achterin een doorgang die steeds lager wordt (wij moesten sterk gebogen lopen) maar weer eindigt in een andere ruimte aan de andere kant van de heuvels. Hier en daar is het glad door de regen. Maar het is een erg leuk gebied om te wandelen!
Via de Grand Wood (een schilder) route en via het plaatsje Anamosa en Mount Vernon (waar wij even naar de informatie zijn gelopen) rijden wij naar het Palisades-Kepler SP. Als wij ons eenmaal op een plek hebben geïnstalleerd gaat het een lange tijd hevig regenen. (vandaag 93 mijl / 150 km gereden)

Afstand: 150 km

Palisades-Kepler SP naar Amana

Als we om half zeven opstaan is er een blauwe hemel! We vertrekken vroeg en rijden over de snelwegen naar Kalona. Als we onderweg benzine tanken stopt er een auto met aanhanger en de man vraagt door zijn open raampje of zo’n huurcamper bevalt! Verder geeft hij advies waar wij heen kunnen gaan. Vervolgens blijkt hij helemaal niet wil tanken maar even alleen een praatje kwam maken! De omgeving van Kalona staat bekend om zijn Quilts en Amish bevolking. Elk weekend is een quilt show, maar naar nu blijkt, is er vandaag een grote (jaarlijkse) quilt show. Na de camper te hebben geparkeerd nabij een grasveld wandelen we naar het informatieloket. Halen hier wat folders en een nieuwe wegenkaart van Iowa. Bij het informatieloket bekijken wij ook de hier opgestelde Craft-show. Zo te zien wordt er veel handwerk gedaan in de koude en lange wintermaanden! Vervolgens maken we een wandeling door het kleine oude deel van het stadje. Op de hoeken en op de trottoirs liggen vierkanten vaan gekleurde stenen in steeds andere patronen, heel mooi om te zien. Bij de bakkerij kopen we koffie met een lekker uitziende slagroom punt. Als we aan een van de tafeltjes zitten blijkt de slagroompunt bijna geheel uit crème te bestaan, wel lekker maar erg machtig! In de sporthal waar de quiltshow wordt gehouden is het druk. Er zijn vele touwen gespannen waaraan met knijpers de quilts zijn opgehangen. Het is net een doolhof als je tussen al die quilts doorloopt. Er zijn mooie kleurige quilts of eenvoudig in kleur. Maar allemaal hebben zij patronen. De quilts zijn ook de te koop. De prijzen variëren zeer sterk, zo zijn de meeste tussen de 150 en 500 dollar, er zijn ook quilts van 2200 tot 6600 dollar! Na de quilt show te hebben gezien lopen we terug naar de camper en eten een paar sneetjes krentenbrood.
We rijden nu zo veel mogelijk via de snelwegen naar Amana. Het RV-park hebben wij snel gevonden en melden ons aan. Na de inschrijving worden we naar een site gebracht met E+W. Op het (zeer grote) terrein zijn ook campers van hondenverenigingen die morgen wedstrijden houden met fly-bal. Na wat gedronken te hebben lopen we als eerste naar het Old Cremmery Theater (ligt bij het RV-park) om de bestelde en betaalde kaartjes op te halen voor de Johnny Cash story en muziek. We worden direct en aardig geholpen. Op de terugweg kijken we even in de hal waar de fly-bal wedstrijden worden gehouden, men is alles aan het opbouwen.
Rest van de middag buiten gezeten, boekjes gekeken, wat gewassen en op tijd gegeten. Even voor zeven uur gaan we naar het theater. Bij het theater staan al aardig wat auto’s en wij gaan naar binnen. Er is geen garderobe maar wel een zelfbediening voor drankjes en dergelijk. We gaan de zaal in en krijgen 2 programmaboekjes mee. Een vrij grote zaal (250 zitplaatsen?) die met de stoelen in trapvorm zijn gemaakt. Elke rij heeft zeer veel ruimte voor de benen, zoveel, dat opstaan om iemand er langs te laten, zeker niet nodig is! Wij zitten op de 5e rij in het midden en hebben een goed zicht op het podium. Klokslag half acht begint de show, 4 mannen en 2 vrouwen als muzikanten/zangers. Zij vertellen in korte stukjes het verhaal van Johnny Cash maar zingen vooral de liedjes (uit de verschillende levensperiodes) van Johnny Cash. Iedereen speelt bijna steeds een ander muziek instrument, het klinkt allemaal geweldig goed. Na een uur is er een korte pauze waarin de zangers zich hebben omgekleed en de bezoekers hun drankjes hebben kunnen kopen. De drankjes hoeven niet meteen op, meenemen in de zaal is gewoon toegestaan. Na de pauze gaat het verhaal van Johnny Cash verder. Al met al een geweldige show, met veel muziek! Onmiddellijk na het slot applaus vertrekt de cast (geen toegift) om, naar ons wat later blijkt, iedereen die de zaal verlaat te bedanken voor de komst en af en toe een praatje te maken. Wij hebben hun ook bedankt voor de muziek en vertelt dat wij uit Nederland komen. Dat vonden zij erg leuk, één zanger was zelf in Amsterdam geweest en op Texel! Een geslaagde avond dus! (vandaag 92 mijl / 148 km gereden)

 

Afstand: 148 km

Amana naar Des Moines

In de ochtend gaan we een foto maken van het Theater en op de terug weg hebben we, in de grote sporthal, een tijdje staan te kijken naar de fly-bal wedstrijden. De honden worden vastgehouden tot er signaal wordt gegeven, dan wordt de hond los gelaten die als gek, over horden,  naar een bal (in een soort kast waar tegen de hond zich kan afzetten om terug te keren) rent en dan zo snel mogelijk terug komt. Dat rennen wordt met elektronisch poortjes geregistreerd. Sommige honden zijn razend snel en andere honden gaan op hun gemakje.
Na de koffie, nog even dumpen en dan op weg Pella. Een groot stuk over Interstate 80 en de rest over de binnenwegen. Pella noemt zich “America’s Dutch Treasure”. Op vele plaatsen zie je dan ook Hollandse namen staan als Vermeer, Jaarsma, Van Veen, e.d. Volgende week is er een tulpenfestival. Nu bekijken wij Hollandse huisjes en een grote windmolen, binnen spreken wij met een meisje die binnenkort gaat trouwen met iemand uit Harderwijk! Wij kopen wat kaarten en magneet plaatjes. Lopen naar de overkant waar een “gracht“ is gemaakt met een ophaalbrug. Natuurlijk nemen we foto’s en horen een klokkenspel en zien veel mensen naar iets kijken. Wij gaan daar ook kijken en zeggen wat tegen elkaar. Een vrij dikke man die naast ons staat spreekt ons aan in Nederlands. Hij is 5 jaar geleden naar Amerika gegaan en hier gebleven, had een juwelierszaak in Nederland maar heeft die verkocht als gevolg van overvallers.
Bij het informatiecentrum, gebouwd als kleine molen, worden dansjes uitgevoerd op klompen. Er wordt aan het publiek gevraagd wie er gauw jarig is, deze mag in de kring gaan staan en dan wordt er “Lang zal ze leven” gezongen en gedanst. Ellie filmt wat en Jan maakt foto’s. Aan de overkant van het plein zijn 2 bakkerijen. Bij Jaarsma halen we kleine banketletters, Goatlegs (bokkepootjes) en krenten- en een bruinbrood. Bij de ander, Van der Ploeg, halen we krenten- en witte bolletjes! Lopen op ons gemak terug naar de camper en eten hier, met de stoeltjes in de zon, onze krentenbolletjes op. Bij het verlaten van Pella zien we een Walmart die ook een paar Hollandse geveltjes op zijn gebouw heeft gezet! We rijden naar de Cordova Tower (106 feet) . Een oude watertoren die is omgebouwd tot een uitzichttoren die uitkijkt over Lake Red Rock. De trappen en het uitkijkplateau zijn goed afgeschermd met stevige hekwerken. Het is inderdaad een mooi uitzichtpunt over de hele omgeving (het is helaas niet echt helder). Dan naar ons volgend punt, het NW Smith N.W.R., een soort prairiepark. Hier rij je langzaam door heen met de mogelijkheid om Bizons en Deers te zien. Wij zien 2 Bizons en een kleine kudde Deers. Verder valt dit park ons wat tegen. Omdat wij morgen in Des Moins willen wandelen, gaan we naar een camping in het YellowBanks Park. Een recreatiepark aan de rand van Des Moines. Als wij om ca. half vijf aankomen is het eerste rondje van camperplaatsen vol. In het tweede rondje zijn nog wel een aantal plaatsen. We zetten de camper neer en sluiten deze aan op elektriciteit. Nog even in de zon wat lezen en thee drinken. Er zijn veel families met kinderen die hier leuk kunnen spelen. Na het avondeten maken we nog een kleine bos wandeling. (vandaag 140 mijl / 225 km gereden)

Afstand: 225 km

Des Moines naar Shelby

Het is zwaar bewolkt als we wakker worden met een enkel spatje. Als we om half tien weg rijden zijn er al vele camping plaatsen leeg. Met de kaart in Ellie haar handen rijden wij door de  fabriek straten van Des Moines, op zich ook erg interessant! Maar het belangrijkste is dat wij nu vrij vlot het parkeerterrein vinden bij Principal Park (stadion), hier drinken we eerst nog koffie en gaan dan wandelen langs de Des Moines rivier. Deze Principal riverwalk was beschreven in de boekjes van Ellie. Vest en jack aan, het is niet koud maar er staat veel wind. Met zicht op een aantal bruggen beginnen we op het wandel en fietspad. Als we verder lopen is er een trap naar het water, het water staat erg laag zodat er vlak langs het water een 2e voetpad ontstaat. Over deze brug lopen wij zover als dat het mogelijk is. Wij lopen onder de bruggen door en hebben steeds een ander uitzicht over het water en naar de stad. We lopen tot aan de waterval en tot op de nieuwe brug voor fietsers en wandelaars (De “Iowa Woman of Achievement Bridge”, De brug van de succesvolle dames). De brug heeft een bijzondere vorm met 2 brugdelen die in het midden (boven het water) met elkaar verbonden zijn. We nemen een broodje en drinken even wat en wandelen terug. Dit is een leuke en mooie wandeling! In de camper gebruiken we onze lunch met uitzicht op een oude fabriek (met grote watertank op het dak) die is omgebouwd tot woningen. Woningen met balkon, wat in Amerika niet zo gewoon is. Via de Interstate 235 en 35 rijden we naar Madrid en dan naar de Iowa Arboretum, een soort tuinpark. Als we hier aankomen is het erg donker geworden, wij zijn de enige bezoekers. Gewapend met paraplu en met jack aan gaan we het park in. Het gaat nu wat regenen en we gaan schuilen, er is opeens ook onweer. Als het iets minder regent gaan we snel terug naar de camper. Als we net binnen zijn begint het hevig te regenen en te onweren. We besluiten te wachten tot drie uur, als het dan nog regent gaan we verder op pad. Ellie zet thee en we lezen wat in afwachting van droog worden. Het wordt niet droog en tegen half vier rijden we weg zonder verder het park in te zijn geweest. Via (goede en wat mindere) binnen wegen rijden wij naar Hamlin en Audubon. Het wordt ondertussen wel droog en (veel) later komt nog even de zon. De binnen wegen zijn erg rustig en het landschap is heuvelachtig en zeer wisselend. In Audubon bekijken we het enorme standbeeld van Albert the Bul. Dit enorme beeld is een eerbetoon van de vlees industrie. In Hamlin zou een verzameling windmolens zijn, er staan inderdaad een aantal (Amerikaanse model) windmolens maar in een slechte staat en dus niet echt fraai om te zien. Wij gaan nu naar een camping aan de Interstate 80 omdat wij morgen ook een flink stuk over de snelweg willen gaan rijden. Bij de eerste uitgekozen campground is niemand en de campground ziet er verwaarloost uit, we rijden door naar een volgende. Dit is een campground bij een motel langs de snelweg. Hier zijn 2 campers en wij schrijven ons in voor deze eenvoudig uitgevoerde campground. Omdat het al laat is, begint Ellie met het eten klaar te maken en Jan sluit elektra en water aan. Half acht zitten we aan tafel en in de verte gaat de zon achter de heuvels.  (vandaag 182 mijl / 293 km gereden)
Afstand: 293 km

Shelby naar Sioux Falls in South Dakota

Er staat veel wind maar wij gaan natuurlijk op pad en kunnen meteen de snelweg op gaan. Net boven Ohama is langs de snelweg een leuke uitzichttoren die wij beklimmen. Het zicht is niet helder maar toch leuk. Rijden op de grote Interstate tot aan Sioux City en gaan dan schuin naar het noorden naar La Mars. Onderweg natuurlijk koffie gedronken en geluncht, maar wel steeds in de camper gebleven i.v.m. de (frisse en stevige) wind. In La mars proberen we vergeefs de aanwijzingen op te volgen uit het boek van Ellie, ook de borden geven geen goede informatie. Wij zoeken de Information annex museum over de grote ijsproductie want La Mars noemt zich zelf de IJs hoofdstad van de wereld. Nu had Jan thuis op internet ook een adres gevonden van iets met ijs. Dit adres op de Central Ave blijkt een grote ijswinkel te zijn met boven een museum. Het gaat om de firma Wells die hier in de stad een grote fabriek heeft staan. Deze fabriek verwerkt een miljoen liter ijs per dag! Na het (bescheiden) museum te hebben bekeken nemen wij natuurlijk ook een ijsje, ondanks dat het buiten erg fris is, is het restaurant aardig gevuld. Een zeer grote obliehoorn met chocolade er op is de basis. Wij kiezen voor 2 bollen met verschillende smaken, Ellie kiest voor Blauw en Rood ijs! Maar of je nu 1, 2 of 3 bollen ijs vraagt, die obliehoorn wordt gewoon gevuld met een enorme hoeveelheid ijs. We krijgen er een glaasje water bij. Het heeft even moeite gekost om alles op te krijgen. Nu we terug lopen naar de camper zien we dat op alle straathoeken een grote ijshoorn staat! Wij rijden nu naar het nabij gelegen Orange City. In Orange City zijn ook Nederlanders komen wonen. Op de Central Ave zijn vele gebouwen voorzien van een Hollands aandoende gevel. In een plantsoen staan verschillende kleine Nederlandse windmolens, er is een stukje water gemaakt met een klapbrug en er staan verschillende bedden met tulpen. Hier is in het derde weekend van de Mei een soort Tulpenfestival. Wij lopen in regenachtig weer door de straten en over het plantsoen naar de Dutch Bakery. Hier blijken zij geen brood te verkopen maar vooral zoete dingen (soort banketbakker). Er zitten verschillende groepen mensen koffie te drinken, wij nemen thee met een soort appelgebak. Op onze vraag verteld de dame dat zij is getrouwd met een Nederlander. Wat later komt er een oudere heer bij ons tafeltje zitten om een praatje maken. Hij had ons Nederlands horen praten (dat kon hij zelf niet). Zijn ouders zijn Nederlanders en hij is hier geboren. Kortom even gezellig zitten praten. Mede gelet op het mindere weer gaan we vanuit Orange City naar de Interstate in de staat Minnesota en dan naar Sioux Falls. Hier gaan we naar een camping direct aan de Interstate 90. Kopen meteen ook propeen (gas voor warmte en koelkast). Naast ons staat een Cruise camper met Nederlanders. Na het eten doen we de was in de machines en gaat Jan vragen of onze buren een kopje koffie komen drinken. Dat doen zij, maar nemen hun eigen beker met koffie mee. We wisselen ervaringen uit en zij blijken uit Purmerend Zuid te komen. Via Watsapp laten wij de kinderen weten waar wij zijn. Via het weerbericht op internet zien we dat het weer in South Dakota de eerste dagen koud en nat zullen zijn, we besluiten daarom morgen flink door te gaan rijden om sneller in Wyoming te zijn waar beter weer wordt verwacht. (vandaag 228 mijl / 367 km gereden)
Afstand: 367 km

Sioux Falls naar Badlands

Vannacht heeft het flink geregend, niet veel last van de wind gehad. Na het ontbijt via Watsapp contact gehad met kleinzoon. Gaan op tijd weg en dan gaat het regenen, de snelweg richting westen is niet druk. Wij hebben nu wel last van de wind die steeds van opzij komt. Het landschap is licht glooiend maar door de regen is de schoonheid niet zo te zien. Bij Mitchell gaan we van de Interstate af en rijden naar het Corn Palace. Dit blijkt een sporthal te zijn (waar nu een circus speelt) en die aan de buitenzijde (voor en aan één zijde) is voorzien van motieven gemaakt van maïskolven in verschillende kleuren. Die gevels worden elk jaar vernieuwd met andere motieven. Leuk en mooi om te zien. Binnen is een foto galerij met het Corn Palace door de jaren heen. Wij gaan weer verder. In een rustig constant tempo met af en toe pauze rijden wij vandaag tot de KOA camping bij de Badlands. Aan het eind van de ochtend is de regen opgehouden maar de wind is wel gebleven. Onderweg zien wij vele heuvels bedekt met sneeuw die schijnbaar net is gevallen. Maar de weg is steeds schoon. Om half zes staan we op de camping en is er weer een heel klein zonnetje. Na ons eten een ommetje gelopen en komt onze Nederlandse buurman (een andere dan gisteren!), die onze Nederlandse vlag zag wapperen, even een praatje maken over het mogelijke vorstgevaar voor de waterleiding. (vandaag 289 mijl / 465 km gereden)
Afstand: 465 km

Badlands naar Gillette in Wyoming

Vannacht toch een paar keer de rukwinden gevoeld door het schudden van de camper. Wij hebben,via internet, gelezen dat er vele tornado’s zijn geweest, ook in Iowa. De bewolking is aardig gebroken en de zon komt er af en toe doorheen. Wel is er nog een sterke wind en door de lage temperatuur (5 graden) is het koud. Vanaf de campground zijn we zo in de Badlands. Maken eerst een leuke wandeling, deels via trappen, met een prachtig uitzicht over het omliggende land. Bij de volgende stop drinken we koffie met uitzicht op zeer karakteristieke bergen van de Badlands. Wij rijden verder over de hoogvlakte, stoppen een paar keer om foto’s te nemen (maar je waait wel bijna uit je hemd). Natuurlijk kijken we weer naar de prairie hondjes die zo leuk rechtop gaan staan bij hun holletje. Kortom het is weer genieten van de natuur. Weer op de Interstate 90 rijden wij naar Rapid City en slaan daar af naar weg 44 en rijden naar Deadwood. Hier in de Blackhills is het erg mooi. Rustige wegen die flink stijgen, bossen en vergezichten. Al ver voor Deadwood zijn de bossen en weilanden met sneeuw bedekt hetgeen een heel mooi gezicht geeft. Gelukkig zijn de wegen geheel sneeuwvrij. Als we afdalen naar Deadwood (welk in een diep dal ligt) wordt de sneeuw alleen maar meer! In de straten van Deadwood liggen grote bergen sneeuw. Wij willen hier wandelen (de vorige keer dat wij hier waren had het zo veel geregend) maar met al deze sneeuw zien we af van het wandelen en gaan verder. Via o.a. weg 85 rijden wij door een schitterende witte natuur. Het is even omrijden om door de Black Hills te gaan (via de Interstate had veel sneller gegaan) maar het is, zeker met dit sneeuwlandschap, zeer de moeite waard! In Wyoming komen we weer op de Interstate 90. Inmiddels is al de sneeuw verdwenen uit het landschap. Van Wyoming hebben wij geen campinggids en ook de kaarten bieden onvoldoende mogelijkheden. Op de kaart zien wij nabij Pine Haven het Keyhole State Park staan. Hier rijden wij naar toe en rijden over het enorm grote terrein gelegen aan een groot stuw meer. Als we de verschillende rondjes over de terrein maken zien wij alleen maar RV plaatsen zonder voorzieningen. Gelet op de koude nachten is dit niet goed te doen. Besluiten hier, met uitzicht op het meer, het avondeten te gebruiken. Rijden naar de dichtbij zijnde plaats Moorcroft, hier zien we een bord voor een camping in Gillette. Maar ook hier is het zoeken (uiteraard is de het informatieloket al gesloten) geblazen, uiteindelijk komen wij in het donker aan op een stadscamping. Camper aangesloten, koffie drinken en even ontspannen. (vandaag 290 mijl / 467 km gereden)

Afstand: 467 km

Gillette naar Thermopolis

In Gillette op de campground rustig aan gedaan, o.a. mail verzorgd. Het is een mooi weer met een strak blauwe hemel. Na vertrek rijden wij eerst naar de het informatieloket. Worden leuk geholpen met gidsje en folders. De man vertelde ook over de vele kolenmijnen, althans afgravingen en dat er vlakbij een plek is waar je kan kijken.
Eerst naar de nabij gelegen Walmart want we beginnen aardig door onze voorraden heen te komen. Na de inkopen rijden we naar de mijn. Bij de kolenafgraving is een plateau opgesteld om beter in de afgraving te kijken. Je kan duidelijk zien dat eerst de bovenlagen zijn afgegraven en dat daar onder de zwarte kool zit. Een enorme graafmachine hapt de grond weg en enorme grote wagens brengen de grond weg. Eén band van deze grote wagens is opgesteld naast het plateau en is zeker 2,5 man groot. Het is zeer interessant te zien hoe dit gaat.
Vervolgen onze weg op de Interstate 90 naar Buffalo, met onderweg een lunchpauze in de zon! Vanaf Buffalo rijden we weg 16 op, en prachtige weg over de Powder River Pass (bijna 3000 meter!). We hebben steeds mooie vergezichten over besneeuwde bergtoppen. Aan de afdalingskant zien we een groep Deers. Via Worland komen vlak voor Thermopolis aan bij de campground. Deze campground heeft een eigen hotpool,althans er komt heet water (met vele mineralen) uit de grond die in 11 uur de hele pool ververst. Als de camper staat gaan we in de zon thee drinken, wat later eten we ook buiten. Na de koffie lopen we naar de pool om in het hete water te gaan zwemmen. In het eerste deel is het lekker warm (wel even wennen), maar in tweede deel is het water gewoon heet! Het is wel even lekker. Afdouchen met warm water in een hokje. In avond buiten lezen en koffie drinken. (vandaag 205 mijl / 330 km gereden)

 

Afstand: 330 km

Thermopolis

Als we opstaan is het zonnig en het beloofd een mooie dag te worden. Buiten in de zon koffie gedronken en dan een bad nemen in warme en hete water. We nemen nog een tweede koffie en vertrekken om naar het plaatsje Thermopolis te gaan. We volgen de aanwijzingen voor RV parking bij het Hot Springs State Park en lopen dan naar een soort zwembad. Dit is een commercieel bad met glijbanen. Lopen naar het tegenoverliggende park om te kijken naar de Hot Spring, maar die vinden wij niet. Men is bezig met reparatie van iets. Lopen naar het State Park Badhouse en vragen nadere informatie. Men kan hier in het badhuis binnen of buiten in het warme water komen baden. Verder krijgen wij info over een terrein waar Bizons zijn. We besluiten eerst bij een andere campground te gaan kijken en wat te gaan eten. Die andere campground lijkt ons niets en we willen terug naar het State Park. Onderweg kunnen we propeen tanken hetgeen we ook meteen doen. Op een grote open plek bij de spoorbaan parkeren we de camper en maken een broodje klaar. De zon is aardig warm aan het worden als we ons broodje eten. Terug in het State Park rijden we een rondje om de Bizons te zien, maar zien alleen de Bull. De vrouwtjes zijn drachtig en liggen waarschijnlijk ergens verborgen. Vanuit dit park heb je ook mooie uitzichten op de omgeving. We besluiten niet naar het badhuis te gaan maar terug te gaan naar de zelfde campground om daar te zwemmen. We gaan nu op een andere plaats staan, nabij de spoorbaan. Eerst in de zon gezeten met een ijsje. Dan gaan we zwemmen en na het zwemmen drinken we thee. In de zon gezeten en zitten lezen. Eind van de middag komen er steeds meer campers binnen en zo wordt het best redelijk vol op de campground. Avond eten buiten in de zon, om acht uur gaat de zon achter de heuvels en dan wordt het wat frisser. Ommetje gemaakt over de campground. (vandaag 15 mijl / 24 km gereden)
Afstand: 24 km

Thermopolis naar Kemmerer

Na het ontbijt gaat Ellie nog een keer zwemmen in het warme water, Jan gaat zich aankleden, d.w.z. korte broek aan want het beloofd weer een mooie dag te worden. Drinken 2x koffie op de campground voor we gaan vertrekken. In Thermopolis eerst nog even tanken voor we echt op weg gaan. We rijden door het mooie dal van de White River, een smal dal met hoog opgaande bergen. We trekken daarna steeds over een grote hoogvlakte. Wel met wisselende hoogtes, maar ontzettend weids en haast geen huizen. Het raakt wel meer bewolkt en er komt een stevige wind. Kunnen lekker buiten zitten eten met uitzicht op een boerderij waar we de paarden, koeien en schapen zien lopen. In de middag steken we een zeer grote hoogvlakte over. Dit is ruim 100 mijl rijden over een soort dessert gebied, geen bomen, alleen lage struiken, geen huizen en erg weinig verkeer. Staan wat langer stil bij Red Canyon, een prachtig zicht op het rode gesteente en bij een informatieplaats voor de Oregon Trail. De wind maakte het rijden wat zwaar. Door wervelingen van de wind zien wij ook grote  stofwolken ontstaan. Uiteindelijk komen wij aan in Kemmerer en zien alle campgronds vlak bij elkaar liggen. De eerste paar zien erg verwaarloost uit, bij Riverside ziet de campground er prima uit. Maar de campground is nog niet open. Wel kan je er staan en betalen via een envelop. Jan probeert of het elektra het doet, ja dus. Alleen hebben wij het geld niet zo gepast. We gaan nu eerst tanken om daar te wisselen. Wisselen bij de winkel lukt niet maar een meneer die ook tankt kan wel wisselen. Intussen hebben wij ook getankt en gaan we terug naar Riverside. Sluiten nu alleen elektra aan en Ellie zet thee die wij buiten in de zon opdrinken. Na het avondeten maken we een wandeling langs de Ham Fork River en zien een Bever, Ganzen, een Vogel met zijn nest op een paal en een Deer. Terug in camper koffie drinken en wat lezen. (vandaag 232 mijl / 373 km gereden)
Afstand: 373 km

Kemmerer naar Lava Hot Spring in Idaho

Vannacht nauwelijks last gehad van de treinen. Wel is onze kachel regelmatig aangeslagen, kennelijk was het een koude nacht (we zijn wel op ongeveer 2100 meter!). Na het ontbijt even in de zon koffie gedronken. We rijden een klein stukje naar een parkeerplaats bij het begin van een natuurparkje aan de Ham Fork River. We lopen naar de informatie trail, maar om de dieren niet op te jagen gaan we niet alles lopen. Van Kemmeren is het slechts 12 mijl naar Fossil Butte National Monument. Hier zijn in het verleden vele fossielen gevonden van vissen en andere dieren uit de tijd van 52 miljoen jaar geleden. Bij het visitorcenter bekijken we de fossielen en vragen informatie over wandelingen. Wij gaan naar de natuurtrail. Rijden met de camper nog een flink hoger op de berg (tot ca. 2200 m). Parkeren bij een picknickplaats en trekken onze bergschoenen aan. Het pad voert ons geleidelijk steeds hoger door Bushes velden, Aspen bomen en door kleine Willow bosjes en over velden. Het hoogste punt is daar waar het veldwerk is verricht voor het zoeken van de fossielen. Hier was vroeger een subtropisch meer. Ten opzichte van de camper zijn we 100 tot 200 m hoger gekomen. Uiteraard maken we foto’s en film. De afdaling gaat vlot. De hele wandeling heeft een uur geduurd. We besluiten hier te eten en gaan naast de camper, uit de wind, maar met het gezicht op de berg, zitten. Hier vandaan rijdt Ellie naar beneden naar de grote weg. Vervolgens naar de staat Utah naar het Bear Lake. De wegen gaan aardig op en neer in hoogtes. Nabij het Bear Lake zouden we een Cave willen bezoeken maar deze is nog gesloten. Ellie had ook gelezen over dat er een canyon zou zijn. Zijn de bewuste straat in gegaan en komen op een gegeven moment uit op een gravelroad die ons door een dal voert. Dit is niet wat wij voor ogen hadden en keren dus terug naar de grote weg. In Paris nemen we foto’s van de Tabernackel kerk (Mormonen). We besluiten, gelet op de tijd en de omweg om de weg via Soda Springs te rijden. Onderweg stoppen we bij een postkantoor op de parkeerplaats en hier maakt Ellie thee. Als we vlak voor Soda Springs rijden zien we in de verte een grote fonteinstraal. Bij Soda Springs is een geiser actief. In het stadje rijden naar deze geiser toe, maar nu is er weinig te zien. We stappen uit en eten een ijsje in afwachting van het opspuiten van de geiser. Op de borden lezen we hoe laat dit steeds wordt verwacht, dat duurt voor ons te lang. We vervolgen onze weg naar Lava Hot Springs en kiezen voor de KAO campground. Na inschrijving stellen we de camper op en wat later maakt Ellie het eten klaar. Intussen kijken we naar de treinen die aan de overzijde van de weg langs rijden. Na het eten en de koffie lopen we naar het stadje, blijkt vrij dichtbij te zijn. We bekijken het bad van de Hot Spring, het is er vrij druk. We besluiten hier morgen ochtend heen te gaan.   (vandaag 152 mijl / 245 km gereden)
Afstand: 245 km

Lava Hot Spring naar Massacre Rocks State Park

Jan had vannacht opeens het idee dat wij het matras moeten gaan omdraaien. Ons matras is namelijk erg hard en uit ervaring weten wij dat het nog nooit zo hard is geweest. Dus het idee is dat het matras verkeerd is neergelegd bij de inrichting. Na de koffie gaan we aan het werk, bed afhalen en dergelijke. Nu is het matras behoorlijk zwaar plus dat het matras niet in het slaapdeel is om te draaien. Wij slepen het matras naar het zitdeel/keuken en draaien daar met veel moeite en nu weer terug slepen naar het slaapdeel en op de verhoging neer leggen. Bed opmaken en hopen dat het vanavond beter ligt! Ondertussen hebben wij via Whatsapp contact met onze dochter.
Na de tweede koffie rijden wij naar de Lava Hot Spring en parkeren de camper. Kopen twee kaartjes en kleden ons om. Er zijn hier verschillende baden van verschillende temperatuur. Om te beginnen is het behoorlijk heet (net boven de 40 gr). Maar het went en wij gaan de verschillende baden in. De bodem van één van de baden is bedekt met grint, goed voor de voetmassage. Er is een klein zonnetje en het is zeker niet koud. Boven op de helling naast dit bad loopt de autoweg en daarboven een spoorbaan. Regelmatig komt er een trein langs. Na het bad brengen we de spullen even naar de camper en lopen daarna door het kleine stadje. We nemen de lunch in de camper en vertrekken daarna naar Pocatello. Helaas blijkt de visitor informatie te zijn gesloten. Op goed geluk zoeken we naar de Oregon Short Line depot, we hadden thuis op internet al gezocht, maar toen was het onduidelijk. We komen wel bij het station in het oude deel van de stad. Hier kan je onbelemmerd langs spoorgoederenwagons en de grote locomotieven lopen. We laten het hierbij en gaan naar de Walmart. Dat is ook even zoeken, maar vinden deze wel. We doen de noodzakelijke inkopen en gaan dan op weg naar de American Falls. Wij hadden gerekend op watervallen bij de stuwdam bij het plaatsje American Falls. Helaas is het anders, de dam hebben we snel gevonden, maar geen watervallen. Vanaf een plateautje bezijden de weg bekijken we de “waterval”. Al het water in de Snake River vanuit het stuwmeer loopt via generatoren en wekken stroom op. Verder weinig aan te zien! We gaan verder op de Interstate 84 tot het Massacre Rocks State Park en rijden hier naar binnen. Worden bij de camping opgevangen door een Host. Hij beveelt plek 42 aan met uitzicht op de rivier! Het is inderdaad een mooie plek, we sluiten camper aan (E+W) en de Host komt de envelop met geld ophalen (helaas niet gepast maar de Host helpt met wisselen). Na thee te hebben gedronken gaan we een wandeling maken over dit grote terrein. Leren dat aan de overkant van de rivier een lavaveld ligt en via de bordjes leren we over de dieren en planten. Komen weer laat in de camper terug. Na het avondeten en de koffie maken we nog een kleine wandeling de ander kant op met uitzicht op de Snake River. Voor we vertrekken horen we vele “angst schreeuwen”, kennelijk wordt er jacht gemaakt in de dierenwereld. (vandaag 81 mijl / 130 km gereden)
Afstand: 130 km

Massacre Rocks SP naar Buhl/Hagerman

Vannacht en ook in de ochtend is er veel regen gevallen. Rustig aan gedaan en in de regen rijden we het park uit. Het is een kort ritje naar de Register Rock. De Register Rock staat in een parkje. Deze plaats werd door de emigranten op de Oregon Trail (omstreeks 1850-1880) gebruikt om uit te rusten. Vele hebben hun naam in een rots gekrast. Deze rots wordt nu goed bewaard in een soort open paviljoen met om de rots zelf een stevig gaas werk (zodat er geen andere kunnen krassen). Voor ons komt dit paviljoen goed uit, nu staan we droog om de namen en tijden goed te kunnen lezen. Na dit bezoek rijden we de Interstate weer op en rijden door tot afslag 188 op de I84. Onderweg regen en natte sneeuw. Ook stoppen we om te tanken en koffie te drinken (natuurlijk in de camper!). We hebben gelezen over de Caldron Linn, watervallen in de Snake River die erg mooi moeten zijn. Die Caldron Linn is alleen te bereiken via de “binnenwegen”. Dit hebben wij op internet al even opgezocht. Eenmaal van de Interstate af rijden we over lange en smalle (en gelukkig stille) wegen. We twijfelen bij een afslag en kiezen, naar blijkt, verkeerd, dus omdraaien. Op een gegeven moment zien we het bordje met Caldron Linn, blijkt dit een gravelweg te zijn. Toch kiezen wij hiervoor om door te gaan. Na 1 of 2 km wordt de weg erg slipperig (door de regen) maar het gaat nog goed. Het pad wordt smaller en slechter en lijkt naar beneden te gaan. We stoppen om te verkennen en dat is maar goed want het pad wordt nog veel slechter en erg steil! Met moeite kunnen we draaien bij een klein plateautje en hier blijven ook staan om te lunchen (en regent nog steeds). Na de lunch weer met de nodige voorzichtigheid naar de vaste weg gereden. Via Murtaugh rijden we nu naar weg 30 en naar de Shoshone Falls. Bij de Shoshone Falls (212 ft, 65 m) is een park vanwaar je goed naar de watervallen en de omgeving kan kijken. Het is natuurlijk jammer dat bijna overal het water wordt geleid en gebruikt voor energie opwekking. De regen is gelukkig voorbij en er komt meer en meer zon te voorschijn. Het blijft wel fris. Het is een stukje rijden door Twin Falls om bij de Perrine Bridge en het visitor centre te komen. We vragen eerst informatie over het een en ander en gaan dan kijken bij deze grote brug over de Snake River. De brug is 1500 ft (450 m) lang en ligt 486 ft (ca 150 m) boven de rivier. De brug wordt veel gebruikt voor Base Jumping, springen met een parachute. Als wij er zijn maken 2 mannen zich klaar om te gaan springen. Wij blijven kijken en fotograferen en filmen de sprong. In het eerste deel valt de man met zijn hoofd naar beneden en met de parachute komen ze rechtop naar grond. Vanaf de sprong tot neerkomen duurt niet meer dan 20 of 30 seconden. Het lijkt ons een heel waagstuk. Vanaf de Perrine Bridge rijden we via de weg 30 naar Buhl. 10 mijl voorbij Buhl zijn 2 campgrounds met Hot Springs, we kiezen voor de rechterzijde. Als we op de campground aankomen blijkt deze nog niet open te zijn. Dan naar de andere zijde van de weg, Miracle Hot Spring. Het kantoor is bij de pool, we vragen om een plek en betalen meteen om in de Hot Spring te kunnen. We stellen onze camper op en wij de enige op het terreintje. Staan leuk nabij een riviertje. Na het avondeten (en koffie) gaan we naar de Hot Pool. Het ziet er zeer verzorgd uit. Er zijn omkleedhokje en gratis lockers. Er zijn 4 baden, verschillend in grootte en temperatuur. Hoewel er veel auto’s buiten staan is het aantal mensen in Hot Pool veel minder. Het blijkt dat er ook privé Hot Pools zijn. Natuurlijk proberen we alle baden uit en het grootste bad kan ook gezwommen worden. Tegen het donker worden gaan we terug naar onze camper.  (vandaag 144 mijl / 232 km gereden)
Afstand: 232 km

Buhl/Hagerman naar Bruneau Dunes State Park

Het weer ziet er goed uit, wel bewolking en wat koel (door de hoogte??). Na het ontbijt gaan we weer eerst naar de Hot Pool en blijven een uurtje in de verschillende baden. Terug in de camper drinken we koffie voor we vertrekken. In het dal van Hagerman is het Thousend Spring park, maar dat blijkt niet vanuit dit dal te bereiken. Wel kunnen we foto’s maken van enkele watervallen die vanuit het lava gesteente komen. Via de Interstate rijden we nu iets terug naar het Malad Gorge SP. In dit park is een diepe Gorge (kloof) waar de rivier Malad door stroomt. (Malad komt van het Franse ziek zijn, pelsjagers die hier waren zijn ziek geworden) .Vlak naast de Interstate ligt een loopbrug over deze Gorge en zo kan je recht boven de rivier staan. Heel mooi om te zien. Het zonnetje schijnt en we gaan uit de wind zitten lezen en wat later eten we een broodje. We maken nog een wandeling aan de andere zijde van de loopbrug. Een Parkwachter komt kijken of wij wel betaald hebben, iets wat niet mogelijk was omdat er geen zakjes waren. Nu hoeven niet te betalen en de parkwachter maakt excuus.
Vanuit hier rijden we naar Glenns Ferry en naar het Three Islands Crossing State Park. Tijdens de trek over de Oregan Trail moesten de immigranten hier de Snake River oversteken. Zij maakte hierbij gebruik van drie eilandjes in de rivier. In het centrum bekijken we een filmpje en de opstellingen hoe men vroeger moest leven in de huifkarren. We lopen naar de rivier om beter naar de eilanden te kunnen kijken, dat lukt helaas niet. Wel zien we een flinke bui op ons afkomen, we lopen snel terug naar het centrum om te schuilen. We worden wel wat nat, maar het valt erg mee. Even later is het weer droog. We rijden nu een klein stukje via de Interstate naar de afslag bij Hammett en hiervandaan via de weg 78 naar het Bruneau Dunes State Park. Dit SP ligt op 2500 ft (750 m) hoogte! In het park zoeken we een plek met zicht op de duinen die ca. 470 ft (bijna 150 m) hoog zijn. Sluiten de camper aan en gaan in de zon een ijsje eten, lezen en thee drinken. Na het avondeten maken we een wandeling naar de voet van één van de duinen. Tegen koffietijd zijn we terug bij de camper en maken een praatje met de buren.  (vandaag 88 mijl / 142 km gereden)
Afstand: 142 km

Bruneau Dunes State Park naar Boise

De zon schijnt en het is windstil. Omstreeks 9 uur rijden we van de campground af naar de parking/picknickplaats aan het einde van de parkweg en nabij het meer. Trekken de bergschoenen aan en nemen een rugzakje met water, een banaan en een notenreep mee. Maken een praatje met een parkwachter en gaan op pad naar de hoogste duin. Lopen onder bomen en door de bush struiken. Je ziet hier ook dat het zand steeds aan het schuiven is geweest. Komen steeds op open veld en aan de voet van de hoogste zandduin. Rustig aan lopen en af en toe wat terug zakken in het mulle zand, komen we steeds een stukje hoger. Op een wat vlakker stukje met wat gras rusten we uit en drinken wat. We worden ingehaald door een jonge en wat oudere man, beide gaan redelijk snel naar boven. Ook wij gaan weer verder naar boven, als we weer even staan te rusten komen de twee mannen alweer naar beneden en spreken ons aan in het Nederlands! Een kort praatje en wij gaan weer rustig hoger klimmen. Het laatste deel is behoorlijk stijl, met elke stap zak je een stuk terug. Jan is onverwachts boven, je loopt wat voorover en kijkt niet steeds naar boven en even later is Ellie er ook. We zitten op de rand van de zandheuvel en kunnen aan beide zijde naar beneden kijken. Nemen foto’s en filmen, drinken wat en gaan naar beneden. Dit gaat met veel minder moeite maar is toch wat vermoeiend. Inmiddels is het meer gaan waaien en we zien een zandpluim over de top van zandheuvel waaien (goed dat wij er niet meer zitten!). Al met al heeft de tocht 2 uur geduurd. Terug bij de camper koffie gedronken, zitten lezen en geluncht. Omstreeks één uur verlaten wij dit Bruneau Dunes SP en rijden naar Mountain Home. In Mountain Home is een luchtmacht basis gevestigd en er is een memoriaal park waarin een F111 Fighter Jet moet staan. Moet staan, want wij hebben het park niet kunnen vinden. Via de Interstate 84 rijden we naar afslag 64 en rijden naar het Bonneville Point. Dit Bonneville Point ligt op heuvel van waar je naar Boise kunt kijken. Dit was een punt in de Oregan Trail waar de immigranten, na lange tijd over de prairie te hebben getrokken, voor het eerst bomen konden zien in het dal waar nu Boise (= Frans voor bos) ligt. Je kan nog de karrensporen zien liggen bij het Bonneville Point.
Bij Boise slaan we om naar het Visitorcenter te gaan voor de informatie over Boise en de Hells Canyon. Op de Interstate en bij de afslag keurige borden maar daarna is niets meer te zien over het Visitorcenter. Wij rijden steeds meer recht naar het centrum van Boise. In de verte zien we al het Capitol (Boise is de hoofdstad van Idaho) liggen en plotseling ziet Jan de Library liggen en direct draait Ellie een zijstraat in wat een park blijkt te zijn met parkeerplaatsen. We parkeren hier de camper en lopen naar de Library, wat naast/achter de Library moet een gedenkpark zijn waarin Anne Frank een plaats in neemt. Dit willen wij zien. Het gedenkpark gaat over de rechten van de mens. Anne Frank wordt als een soort voorbeeld gegeven, er staat een beeld van Anne staand op een stoel voor het “raam” met haar dagboek in haar hand (achter op haar rug). Verder zijn er delen van haar dagboek opgenomen in een gedenkwand. Hier bij staan ook uitspraken van wereldleiders over de rechten van de mens. Mooi om te zien. We maken nog een heel klein rondje op zoek naar een brievenbus (niet gevonden). Terug bij de camper nemen we een ijsje en zoeken we een adres voor de overnachting. Het wordt een camping net buiten Boise aan de noordzijde van de stad. Om de binnenstad uit te komen is het behoorlijk druk, ook op andere wegen rijden we in file. Dat zijn wij niet meer gewend! De uitgezochte campground ziet er heel mooi uit. Worden aardig geholpen en krijgen plek 61. Na het aansluiten lezen we nog wat in de laatste zonnestralen en drinken we thee. Ook gaan we twee wassen draaien in de laundry. (vandaag 86 mijl / 138 km gereden)
Afstand: 138 km

Boise naar Oxbow Dam in Oregon

Het heeft vannacht veel geregend. Nu is het droog maar sterk bewolkt. We maken beide gebruik van de goede douche faciliteiten (zelfs met een schone badmat!) van de campground. Omdat internet niet goed werkt gaat Jan naar de office en krijgt een nieuwe code. Deze werkt wel, nu kunnen we de e-mail checken en zenden we een e-mail naar de kinderen. We hadden al eerder gezocht naar een reserverings mogelijkheid om met Jet Boot in de Hells Canyon te kunnen varen. Nu we weten dat wij morgen of overmorgen in de Hells Canyon kunnen zijn zoeken we opnieuw. De tocht die wij thuis al eerder hadden gezien gaat pas op 28 mei! Na veel zoeken zien we een tocht van 2 uur op zaterdagmiddag 10 mei. Helaas is deze tocht niet via internet te reserveren, er moet voor gebeld worden. We roepen de hulp in van de dame van de office. Zij belt en kan nog voor ons reserveren (en betalen via onze creditcard). Nog in de office krijgen we een e-mail van de bestelling. Wij bedanken de dame hartelijk voor haar medewerking. Verheugd dat wij morgen met de Jetboat mee kunnen gaan we naar de camper en gaan ons reisvaardig maken. Alvorens te vertrekken laten we de Propeen tank weer helemaal vol vullen. Via landelijke (en regelmatig sterk stijgende en dalende) wegen en plaatsjes als Horseshoe Bend, Emmett en Payette kiezen we in Cambridge de afslag naar weg 71 en naar Hells Canyon recreation area. Deze weg is behoorlijk slingerend omdat deze de rivier en het meer volgt. Aangekomen in Oxbowdam zijn we in de State Oregon en zien we een campground liggen en kiezen een grote plek in de zon. Na het plaatsen en betalen (2 nachten voor 28 dollar) drinken we thee in de zon. Maken een wandeling naar de brug over de Snake River. Aan de ander kant van de brug zijn we weer in Idaho. Lopen naar het postkantoor en doen de laatste kaarten op de post. Na het avondeten maken we een rondje over campground. Bespreken wat wij morgen mee nemen en welke tijd we weg gaan. We zitten hier precies op de grens van de Mountain- en Pacific time. (vandaag 152 mijl / 245 km gereden)
Afstand: 245 km

Oxbow Dam

Het is bewolkt en de wolken hangen over de bergtoppen heen als we wakker worden.
Nu we in Pacific Time zijn wordt het ’s morgens eerder licht en is het ’s avonds eerder donker. Op ons gemak gaan we douchen in het campground gebouw en drinken we koffie. Om tien uur kijken we of er nog een bericht is gekomen van de Jet Boot onderneming, niet dus. Om 11 uur vertrekken we naar het einde van de weg in Hells Canyon, want vanaf daar vertrekt de Jet boot. Het is 22 mijl van de campground naar het einde van de weg. De weg voert geheel langs de Snake River (en de stuwmeren) en gaat soms sterk om hoog en om laag en kent zeer veel bochten. Uiteraard maken we onderweg foto’s en video. Helaas regent en spat het af en toe, maar er is ook een enkele zonnestraal! We doen kalm aan zodat we om 12 uur op de parkeerplaats staan bij het visitorcenter (gesloten). Het bootje waar wij mee zullen gaan ligt een flink stuk lager bij een helling in de rivier. Via trappen komen we dichter bij en vinden het bootje er wel erg klein uit zien! En de Snake River is best breed en erg woest. In de verte zien we stroomversnelling over stenen gaan en daar moeten wij met dit kleine bootje door heen??
We gaan lunchen in de camper want er valt weer een bui. Er komen steeds mensen bij het bootje kijken (en natuurlijk naar het geweldige uitzicht over de Snake River). Even over één uur zien we 2 mannen bij de boot en zien beneden 4 mensen aan een tafel zitten, we pakken de spullen, sluiten af en gaan ook naar de boot. Beneden moeten we wachten tot de mannen ons roepen, we gaan naar een tafel en krijgen allemaal (11 personen) een papier van de verzekering (voor het eigen risico) die wij moeten invullen en ondertekenen. Pas daarna gaan we aan boord. In de boot valt het best mee, aan 2 zijden zijn banken waar wij allen makkelijk op passen. Wij kiezen ervoor om aan het einde te gaan zitten (aan het open achterdek) om beter te filmen en foto’s te nemen. Hier is de kans op nat worden wel groter door opstattend water en door regen (we zitten op de rand waar het afdak op houdt). In de boot krijgen we eerst instructies (volgens een checklist), we worden op de gevaren gewezen, we krijgen instructies over reddingsvest (+ demonstratie), en vele andere punten. Dan varen we eindelijk af, eerst nog richting Hells Canyon Dam om de dam van dichtbij te zien en de kapitein geeft informatie. Met een behoorlijk gangetje (de neus van de boot gaat omhoog en het achtereind wordt meer in het water getrokken) gaan we de rivier af. Bij de eerst stroomversnelling gaat de boot wat zigzaggend over het water (om grote stenen te vermijden) maar voelt dat er hier daar over een steen wordt gevaren! Zo gaat dit verder, af en toe wordt er op het water stil gehouden dan verteld de kapitein weer het een en ander. Ook regent het even wat meer en we schuiven allemaal wat meer naar binnen zodat ook de laatste (aan onze kant Ellie) ook droogt komt te zitten. Maar dat was ook de laatste bui, voor de rest droog en ook zon gehad.
Zo gaan we zo’n 5 stroomversnellingen af en gaan we ook aanleggen op een plek die ook vaak wordt gebruikt door anderen om daar op een weide te gaan kamperen. De kapitein loopt mee en vertelt wat over het gebergte, o.a. dat het hoogte verschil hier, tussen de toppen en het water, groter is dan in de Grand Canyon. Alleen hier kijk je omhoog en bij de Grand Canyon kijk je in de diepte. Aan de overkant van de rivier ziet Jan een Berggeit en zegt dit tegen de kapitein. Nu kan iedereen daarnaar kijken. Natuurlijk nemen we foto’s en filmen we veel, achteraf te weinig. De natuur is hier geweldig en ruig. Zo’n 160 mijl puur natuur over de Snake River en hier hebben wij maar een klein stukje van gezien. Ook het achterland in Oregon geldt als wilderniss en is nauwelijks bereikbaar. Terug gaan we in één keer met hoge snelheid, ook tegen de stoomversnellingen op! Dan spat het water aan de zijkant hoog op en kan je de regenboog zien in de waterdruppels!
Zo’n 2 uur later zijn we weer terug bij de steiger. Het was zeker de moeite waard en een geweldige ervaring! In de camper even de spullen uitgepakt en wat gedronken, daarna terug naar de Campgound Copperfield. Na het avondeten een rondje over de campground gemaakt. (vandaag 46 mijl / 74 km gereden)
Afstand: 74 km

Oxbow Dam naar Prineville

Het is mooi zonnig weer, later wat meer bewolking. Het is Moederdag! We zijn vroeg wakker en hebben vrij snel gegeten, gedoucht en koffie gedronken (in de zon) zodat wij al om negen uur vertrekken. We rijden nu echt Oregon binnen en gaan steeds naar het westen. Het zijn wat smalle, bochtrijke wegen. Maar ook heuvel op en heuvel af. Gelukkig is het op de weg ook erg rustig. We rijden door een mooie natuur. Groene heuvels, weinig bomen, grote brede dalen, weinig huizen of boerderijen. Wij passeren maar enkele kleine stadjes. Het land is vooral natuur. Hier en daar zijn er koeien en wat paarden. Onderweg een keer tanken en in een wat grotere plaats kopen we water en gebak bij Safeway. We stoppen op een overlook punt bij de fossielbedden van John Day, zeer bijzondere heuvels. Op zich gaat de reis zo erg vlot zodat we besluiten verder te rijden dan gepland. Tegen kwart over zes zijn we in Prinville, het kantoor is gesloten dus zoeken we zelf een plaats uit. Aansluiten en Ellie maakt het avond eten klaar. In de zon koffie met iets lekkers genomen.   (vandaag 266 mijl / 428 km gereden)
Afstand: 428 km

Prineville naar Florence

Het is een zonnige dag! Na het ontbijt in de zon koffie gedronken, zodat we pas tegen 10 uur vertrekken (na betaald te hebben). In het stadje zoeken we nog naar het Visitorcenter maar die is schijnbaar opgeheven. Over mooie wegen door de bergen, het is wel drukker dan we gewend zijn, we komen steeds meer bij de grote steden. Net na Redmond slaan we af naar een picknick plaats bij een mooi watertje, stoeltjes uit en met koffie in het zonnetje gezeten. We rijden nu richting het plaatsje Sisters. We hebben op de rechte en vlakke weg naar Sisters een prachtig gezicht op de drie Sisters (ca. 3000 m), Mount Washington (ca. 2500m) en Mount Hood (3500 m). Grote bergen met veel sneeuw. Ondanks dat Mount Hood vlak bij Portland ligt is deze berg ook hier al heel opvallend. In Sisters gaan we tanken en zien dat het stadje leuke winkels heeft. Een echt toeristen stadje. We parkeren de camper in een zijstraat bij een groot grasveld en lopen het stadje in. Leuke gevels uit de cowboy tijd, veel eet en drink gelegenheden, een bakery en een grote souvenirs annex apotheker waar we rond kijken en wat kopen. Terug bij de camper besluiten we hier te gaan lunchen en bekijken meteen de omgeving. Er staan vrij veel nieuwe huizen, zelfs met een balkon. Er staan bij veel huizen kinderspeelgoed buiten, maar kinderen zien we nauwelijks (nu niet en eigenlijk nooit niet). Verder naar het westen via weg 126 draaien we zo’n beetje om Mt. Washington heen en moeten een pas (ca. 1500 m) over vanwaar we een mooi uitzicht hebben op die besneeuwde en een zeer scherpe top van Mt. Washington. In de afdaling nabij McKenzie Bridge stoppen we bij een rangershuis en drinken wat. Het is hier al veel warmer geworden dan we gewend zijn. Gelet op de tijd en waar we zijn besluiten we vandaag nog door te rijden naar de kust. De rit die door de grote stad Eugene gaat, ondanks de drukte, vrij vlot. De weg naar Florence heeft erg veel bochten en voert door bossen en bossen en langs kleine gemeenschappen. In Florence doen we nog een paar boodschappen en 10 minuten later rijden we het Jessie M. Honeyman State Park in. Het blijkt een park te zijn in een bos (op zandgrond) en er zijn geen duinen te zien. Dit valt ons tegen omdat we hier in het Oregon National Recreation Area zijn. Na het avondeten gaan we een deel van een trail lopen en komen dan in de duinen. Er zijn open vlakken in het bos en in de verte is wel een hoge zandduin te zien. Bij een volgende duin kunnen we in de verte de oceaan zien. Als we terug bij de camper zijn wordt het donker. (vandaag 212 mijl / 341 km gereden)
Afstand: 341 km

Florence naar Yachats/Waldport

Goed geslapen ondanks dat wij er redelijk vroeg waren ingegaan. Het is mooi zonnig weer. Koffie drinken in de zon bij de camper, benen en armen insmeren tegen zonnebrand. Dan gaan we wandelen naar de duinen. Door bos partijen met veel bloemen als gele Brem en Rododendrons in verschillende kleuren. Ook op de duinhellingen staan veel Brem struiken. Wij gaan door het mulle zand en gaan heuvel op en af naar een vrij hoge zandheuvel (geschat op 50 meter). Hier komen we niet helemaal tegen op omdat dit bovenste stuk te stijl is, maar vooral om dat het onderliggende zand te hard is. Op verder liggende zandbergen zien en horen we de karretjes rijden. Op ons gemak gaan we dezelfde weg terug.
Nog een lekker koppie doen met een sneetje rozijnenbrood (hebben trek gekregen) en we vertrekken. We gaan richting Dunes City omdat wij nog gewoon duinen willen zien. Maar ook hier is er veel bos alvorens je over duinen kan lopen. We gaan naar Florence en gaan bij de historische brug foto’s nemen. Daarna bij het Visitorcenter (open!!) folders over coastway gehaald. Vervolgens bij de Safeway nog wat boodschappen gedaan. Gaan weg 101 Noord op tot de Sea Lions Cave welke slechts enkele mijlen boven Florence ligt. Men is bezig met het parkeerterrein aan te passen zodat wij nood gedwongen moeten draaien om op een ander parkeerterrein te komen. Hier gaan we eerst een bolletje eten omdat het al laat is geworden. Lopen naar de winkel en Cave ingang. Tegen betaling kunnen we verder een paar trappen af en met een lift ca. 100 meter naar beneden tot in de Cave. In de Cave is een doorkijk gemaakt naar een grote grot welke direct met de zee is verbonden. Hier liggen vele zeeleeuwen die je kan gade slaan. Aan de andere zijde kijk je naar het Heceta Head Lighthouse. Een mooie vuurtoren op een rotspunt. Weer boven lopen we naar een uitzichtpunt vlak boven de Oceaan en kan je beneden op de rotsen tientallen Sea Lions zien liggen zonnen. Ook zijn er een aantal in het water aan het zwemmen. Verder heb je hiervandaan ook een mooi gezicht op de stranden nabij Florence. Hoewel we eerst van plan waren om in het Carl G. Wasburne SP te gaan staan zien we daar vanaf en rijden door tot het Beachside SP (20 mijl verder). De 101 is een smalle en ook drukke weg, maar steeds met uitzichten naar de zee toe.
Op Beachside SP is het druk, alle plaatsen met elektra (en 30 ft lang) zijn vol. Er zijn nog wel sites voor tenten. Na overleg met de parkwachter mogen wij ook zo’n tentsite gebruiken, echter deze zijn zonder voorzieningen. Wij gaan de camper in draaien op plek 7 en een auto moet even op ons wachten. Er stap een mevrouw uit die ons vraagt of het huren van een camper bevalt. We maken een praatje en nodigen de vrouw uit om binnen te kijken. Wij krijgen een uitnodiging om bij hun langs te komen 3 mijl boven Newport om wat te drinken. Ook haar man komt op onze uitnodiging nog even kijken. We wisselen adressen uit.
Nemen een ijsje en gaan daarna wandelen op het brede strand, er staat wel een stevige wind over het strand heen. Op onze plek gaat Ellie in de zon zitten en Jan gaat alvast aan het verslag werken.
Na het avondeten en de koffie gaan we naar het strand met onze stoeltjes. Zoeken een plek tegen de kant aan om uit de wind te zitten. We wachten en lezen tot de zon onder gaat. Maar helaas gaat de zon achter wolken onder. Er is wel meteen meer vocht boven het strand, een soort mist. (vandaag 42 mijl / 68 km gereden)
Afstand: 68 km

Yachats/Waldport naar Lincoln City

Vannacht geen kachel aan gehad (geen elektra) maar hebben het zeker niet koud gehad. Wel even de kachel aan als we opstaan. Na de ochtend zaken is de zon al zo hoog dat hij op onze plek over de bomen heen schijnt. We zitten lekker een uurtje in de zon. Dan gaan we naar het strand om een stuk langs de oceaan te lopen. We lopen naar het noorden tot ongeveer Waldport en gaan weer terug. Het is ontzettend stil op deze stranden, nauwelijks mensen gezien ( 4of 5) en ook weinig vogels. Wel zien we een mooie roodachtige zeester. Ellie heeft een hele tijd met haar voeten in het water gelopen. De zee is hier behoorlijk fris. We nemen nog een keer koffie en gaan dan vertrekken (nadat we water hebben gedronken). Rijden naar Newport en naar het Aquarium. Op het parkeerterrein is het erg warm en het is al één uur. We besluiten om in de camper een broodje te eten alvorens we naar binnen gaan. We krijgen korting als 65+ en als AAA-lid. Het is een klein park met verschillende delen, het is in de rotsen in gedeeld. We bekijken alle dieren, zeeleeuwen, zeerobben, een grote inktvis, zeevogels en een groot onderwater tunnel. Leuk om te zien. Ons volgende aandachtspunt ligt vlakbij over de grote brug over de Yaquina Bay, namelijk het Yaquina Bay Lighthouse. We kunnen hier makkelijk parkeren ondanks dat dit Day-use park redelijk bezet is. Drinken eerst een glaasje fris zittend op een stenen rand in de schaduw van de bomen en gaan dan naar het hoger gelegen Lighthouse. Het is een huis hoog op de heuvel met op het dak het vuurtoren licht. Dit huis is een soort museum (gratis) en we kunnen in alle kamers kijken welke zijn ingericht in de oude stijl. Hier vandaan rijden we op ons gemak verder door Newport heen tot ca 3 mijl na de Walmart om op bezoek te gaan bij die mensen die ons gisteren aanspraken. We rijden één straat te ver door en moeten een beetje moeilijk op een zijweg draaien en kunnen daarna wel de bedoelde weg ingaan. Dit lijkt meer op een bosweg, Ellie stopt en Jan gaat eerst verder verkennen. Ellie kan nog wat doorrijden en we zien nu 2 wegen. Op de wegkruising klopt het nummer maar deze weg is erg smal en loopt zeer sterk omhoog. We gaan verder lopen. Op de hill staat een groot huis, 2 honden boven op het terras blaffen naar ons. We kloppen en roepen maar er komt niemand. Terug bij de camper nemen we een ijsje en wachten zodoende nog even. Op het hek hangen we een kartonnen bordje dat wij hier zijn geweest. Nu rijden we in één keer door naar Lincoln City. Bij Lincoln City zien we de bordjes van Oregon SP maar we komen op een Day-use park uit. We rijden nog wat verder door maar gaan dan op een gegeven moment terug naar de weg 101. Wat verder doorrijden op de 101 geeft inderdaad wel het juiste SP aan. Op het SP zoeken we een plek, maar de plek die we kiezen blijkt erg nat te zijn en kiezen alsnog een andere. Na de installatie in de zon gezeten met wat drinken en ons boek. Na het avondeten lopen we via de boardwalk naar het strand. Bij het stand staat weer een frisse wind. We lopen een stuk op het strand. De zon gaat weer niet mooi onder dus gaan we via de weg terug naar de camper. (vandaag 54 mijl / 87 km gereden)
Afstand: 87 km

Lincoln City naar Tillamook

Het is geen helder weer, de lucht is egaal bewolkt, de zon komt er niet doorheen.
Gaan na de koffie op weg naar het Connie Hansen Garden in Lincoln City. Het is even lastig om met onze grote camper in een woonwijk te parkeren, maar met aanwijzingen van een mevrouw in de tuin is het gelukt. Wij wandelen door de tuin en maken foto’s, er zijn veel rododendrons en azalia, in verschillende kleuren. Het is hier duidelijk al warm geweest omdat bv ook de akelei in bloei was. In de tuin zijn ook een aantal mensen aan het schilderen (soort cursus). Leuk om te zien. Rijden nu naar het nabij gelegen Roads End State Park. Dit parkeerterrein met strandtoegang ligt inderdaad aan het einde van een weg. Hier zet Ellie koffie en we gaan dit op drinken bij een bank met uitzicht op de zee. Het is hier bij de zee duidelijk frisser dan gisteren. Als we Lincoln City echt uit zijn gereden gaan we de 45 ste graad breedtegraad over (ongeveer zuid Frankrijk). Nog geen 10 mijl verder slaan we af op de Three Capes Loop. Het is een vrij smalle weg maar er is nauwelijks vrachtverkeer. Bij Pacific City, op de hoek van het Bob Straub SP, parkeren we de Camper en klimmen een duin op en kijken we naar Cape Kiwanda en de oceaan. Rustig verder rijden, met soms leuke en mooie doorkijkjes, komen we bij het Sand Lake Recreation Area. We parkeren de camper zo dat wij, tijdens de lunch, zicht hebben op een soort binnenmeer die droog valt bij laag water. We eten wel binnen want er staat een stevige wind. Weer wat verder gereden komen we bij het Cape Lookout Trailhead. Het parkeerterrein is al op de Cape (hoog dus) en wij gaan een trail lopen richting punt van de Cape. Het ziet er wat dreigend uit, er vliegen wolken over de Cape heen. Met ons vest en jas aan gaan we op pad. Het is een makkelijk te lopen pad wat regelmatig wat zakt. Het open bos waar we door lopen heeft het karakter van een regenwoud, het is er vochtig en het ruikt naar verrotting. Er zijn grote bomen geknakt, er zijn bomen helemaal vergroeid en de bomen zijn erg grillig. De bomen zijn denkelijk ook cedar of red wood. Ondanks dat het stil lijkt komen we toch regelmatig mensen tegen. We lopen de trail niet helemaal omdat met name in het laatste deel het pad erg ruw wordt. Tot waar wij hebben gelopen is een hek met uitzicht op de zee. Gaan op gemak terug (nu omhoog). Er gaan nu zoveel wolken over de Cape heen dat er grote druppels van de bomen vallen. In camper trekken we onze bergshoenen weer uit en gaan we verder. Stoppen even op het Anderson’s Viewpoint (uitzicht over de Bay, maar lucht boven het strand en water blijft heiig). Dan naar Oceanside, een klein gehucht, parkerende camper en nemen een ijsje (uit de vriezer). Bekijken de rotsen maar vooral de leuke huisjes die tot hoog op de heuvel staan.
Dan naar de laatste Cape, Cape Meares. De weg gaat tot hoog op de heuvel naar een parkeerterrein. Hier vandaan lopen verschillende paden, we gaan naar de vuurtoren. Een kleine vuurtoren die hoog op de rotsen staat en met een weids uitzicht over de zee. En we lopen naar de Octopus Tree, de grootste Sitka Spruce boom in Oregon. Een boom van 105 ft hoogte en tussen de 250 en 300 jaar oud. De boom heeft geen echte stam maar een aantal dikke takken die uit de grond komen.  
Van dit Cape Meares State Park rijden we naar een camping netbuiten Tillamook. Camper aansluiten en Ellie gaat Pancakes maken. In de avond kleding gewassen. (vandaag 73 mijl / 117 km gereden)
Afstand: 117 km

Tillamook naar Fort Stevens SP

Vanaf de campground rijden we even terug naar Tillamook naar de Supermarkt Fred Meijer. Wij kijken even bij de schoenen e.d. maar kopen water, melk, ijs, brood enz. Dan weer op naar het noorden, twee mijl verder ligt de Tillamook kaasfabriek. Deze kaasfabriek kan bezocht worden. Ondanks dat het geen hoogseizoen is, is het druk op het parkeerterrein. Het is een komen en gaan van auto’s. Binnen is een groot restaurant en een grote winkel, niet allen van kaas maar ook souvenirs. Wij nemen eerst koffie met wat lekkers erbij, een lemmon-cheese punt. Na de koffie gaan we de zelfverzorgende tour maken. Van af een eerste verdieping kijk je in de hal naar de inpak afdelingen. Blokken kaas worden gesneden en ingepakt. Aan de andere kant staan de ketels waarin de kaas wordt gemaakt. Wij denken dat de Amerikanen deze formule goed vinden, eten, drinken, winkelen en nog iets te zien, want het is behoorlijk druk!
Wij rijden op ons gemak via Bay City en Garibaldi naar een parkeerplaats nabij het strand van Rockaway Beach. Lopen een stuk over het strand, maken foto’s van de rotsen in zee. In het zonnetje zitten, naast onze camper, gebruiken we de lunch. Verder op weg naar het noorden stoppen we op de Oswald Viewpoint om wederom een uitzicht te hebben op de kustlijn. Bij de 8 mijl verder weg liggende Hug Point State Park parkeren we de camper en wandelen naar de beach. Het is een kleine stukje strand met veel stenen. Hier zou een waterval moeten zijn, maar die is nu, met hoogwater, niet te bereiken over het strand. We gaan even pauze nemen op een boomstam.
Vlak voor we Cannon Beach bereiken heb je een uitzicht over het strand en de rotsen. En hier ligt de meest bekende rots, Haystack Rock. Deze rots is het symbool voor de kust van Oregon. Wij proberen in Cannon Beach vlak bij die rots te komen. Rijden verkeerd en rijden om maar vlak bij de rots komen is er niet bij. Vanaf een parkeerplaats en via het strand lopen zou kunnen. We gaan wel een stuk lopen maar niet tot aan de rots zelf (aardig eindje!). Op de parkeerplaats nemen we een ijsje. Een paar dames spreken ons aan of de camper bevalt (dit is de derde keer op deze vakantie!). Van af Cannon Beach via Seaside rijden we naar het Fort Stevens SP aan de monding van de Columbia Rivier. Bij dit State Park is een aanmeldhuis met 4 balies. Het is dan ook een zeer grote campground. We melden ons aan en krijgen een plaats in de N ring. Rijden over het al tamelijk volle terrein. Onze plek bleekt een rechte plek te zijn en erg lastig achteruit in te rijden door de vele bomen die er staan. Ook naast onze plek staat een tent vlak tegen het asfalt aan. Met moeite lukt dit allemaal. Aansluiten en thee zetten en opdrinken naast de camper. Het is al wat laat, Ellie begint met het eten en Jan vult alle waterflesjes. Na het avondeten en de koffie lopen we naar een scheepswrak op het strand. Het is bijna 8 uur als we weg gaan, het is ruim 2 km lopen heen + 2 km terug. Het scheepswrak is al 100  jaar oud en er staat nog wel wat van. In de ingezette schemering lopen we terug (net over negenen terug). Het is bijna donker.  (vandaag 70 mijl / 113 km gereden)
Afstand: 113 km

Fort Stevens SP naar Portland

Het heeft vannacht flink geregend, maar als we opstaan is het droog. Het wegrijden vanuit de plek viel erg mee. We rijden naar het strand bij het scheepswrak en nu is het daar een drukte van belang. Op het strand zijn vele mensen en auto’s, nu hadden we gezien dat er vanmorgen al veel auto’s van de campground af reden en zien nu waar naar toe zij zijn gegaan.
Vele staan aan de waterlijn op het strand met visnetten en buizen met een handvat. We lopen het strand op en vragen aan één van de mannen wat zij doen. Hij roept zijn vrouw erbij die nog wat Nederlands spreekt en verstaat (zij en haar ouders komen uit Goeree Overflakkee)! Vandaag is het extra laag water (ca. eens in de maand) en dan kan je Claming doen. Proberen Clams te vinden die in het zand zitten onder het water, die nu met extra laag water wel te bereiken is. Een Clam is een grote schelp, net als mosselen en oesters. De Clam wordt gefrituurd met kruiden. Daar waar je denkt dat een Clam kan zitten, steek je de buis diep in het zand en met terugtrekken komt er zand en hopelijk de Clam naar boven.
Vanaf dit strand rijden we naar het noordelijkste punt van de kust van Oregon en kijken daar vanaf een uitzicht tableau over de Pacific Ocean, de monding van de Columbia River en aan de overkant de Staat Washington. Hier drinken we koffie en lezen we wat in een zonnetje. We rijden vervolgens naar het militaire Fort Stevens. Dit fort is in gebruik geweest van 1904 tot 1944. Lopen rond op de betonnen onderdelen, Duidelijk is nog te zien, de plaatsen waar de kanonnen hebben gestaan. Of er ooit geschoten is?? Wij rijden over de lange brug naar Astoria en in het stadje gaan we de heuvels op. De weg is erg steil naar boven tot de Column van Astoria. Deze Column is gemaakt ter nagedachtenis aan de Lewis en Clark reizen. Hier was ongeveer het eindpunt van het onderzoek reis door het wilde westen. We parkeren de camper en gaan de toren beklimmen, 164 treden naar boven (en 164 beneden). Het is een zeer weids uitzicht over het stadje  en de Columbia river, helaas is er wat minder zicht door de wat donkere wolken. Terug in de camper gaan we lunchen, er zijn verschillende toeristen die een foto maken bij onze camper (komt door de platen die er op zitten). Van af de Column rijden we naar beneden en naar de kade en parkeren bij het Columbia River museum. Bezoeken dit museum wat een beeld geeft van de schepen op de oceaan en van de rivier. In museum winkel koopt Jan 3 CD’s van Shanties en iets voor de kinderen. Jan gaat ook nog even kijken op het lichtschip de Columbia. Nu gaan we naar Portland, wisselen elkaar onderweg even af bij een drankje. In Portland houden we de weg 30 (Byway) aan. Dit voert ons in het begin wel door achteraf buurten maar leidt ons wel buiten het drukke centrum om. Tenslotte ligt de campground die wij hebben uitgezocht ook aan deze weg! Omstreeks zes uur meldden wij ons, een Host wijst ons een plek en rekent met ons af. We gaan nog even buiten zitten alvorens te gaan eten. Naast ons een kleine camper van Cruise America, we maken een praatje met de (Amerikaanse) man, die net deze camper heeft opgehaald.
Na het eten zoeken we het zwembad en de spa op. Het zwembad is nog te fris en voor de spa moeten eerst het grote terrein over lopen en de spa (open lucht en geen kleedhokjes) trekt ons toch niet.   (vandaag 128 mijl / 206 km gereden)
Afstand: 206 km

Portland naar net voorbij The Dalles

Het heeft vannacht veel geregend, ook bij het opstaan regent het nog licht. Wij doen het kalm en als Ellie onder douche staat klopt de buurman aan dat hun sleutels in camper liggen terwijl alle deuren op slot zijn. Jan geeft het telefoonnummer van Cruise America. Wat later zien we de man één van de ramen naar binnen drukken om te kunnen openen en de man naar binnen klimmen om de sleutels te kunnen pakken.
Wij vertrekken omstreeks tien uur in een lichte regen. Eerst een stukje over de Interstate 84 en dan afslaan. Alle kaartjes zijn niet helder hoe nu precies te moeten rijden om de verschillende watervallen in de Columbia River Gorge te kunnen zien! Slaan af op exit 22 en komen op de Old Hwy. Een smalle weg met soms aardige steiltes. We twijfelen of we goed zitten maar dan komt een bordje naar het Vista House op het Crown Point. Hier parkeren we de camper en gaan in het Vista House kijken en een folder vragen van de route “Historic Columbia River Highway”. Verder kijken we in het gebouw en natuurlijk zien we de omgeving. Het Vista House ligt op een hoog punt boven de rivier. Het is droog en er is zelfs een zonnetje dus stoeltjes uit en koffie drinken. Na de koffie verder langs alle waterval punten. Op stopplekken is er geen ruimte gemaakt voor campers, dus is het elke keer zoeken om de camper te parkeren. Vervolgens zien we de Latourell Falls, Bridal Veil Falls (hier gaan we een broodje eten), Wah-kee-na Falls en de Multnomah Falls. Bij alle watervallen lopen we een stuk om die waterval goed te zien. Af en toe is er wel wat regendruppels maar over het algemeen is het droog. Bij de laatste waterval begint het echt te hozen. We blijven maar gewoon in de camper zitten, gaan wat lezen en nemen een ijsje. Als het eindelijk wat minder is met de regen gaan we verder. Door de regen slaan we Horsetail Falls over want daar moet je, via een trail,  naar lopen. Rijden verder over de Interstate 84 naar het oosten. Bij het Mitchell point stoppen we even om te kijken en wat te drinken. Daarna rijden gaan we in één keer door naar de campgrond. Onderweg is het droog geworden en is er af en toe zon. Op de campground zoeken we een plek en gaan betalen, het is net zes uur. Ellie gaat koken en na het eten gaan we een half uurtje op een bank bij de Columbia rivier zitten. De zon staat laag en gaat achter de wolken, het wordt fris. (vandaag 89 mijl / 143 km gereden)
Afstand: 143 km

The Dulles naar Leavenworth (Washington)

Wederom voor vertrek zitten lezen in de zon. Bijna alle campers zijn al vertrokken. In Briggs benzine getankt en propeen laten vullen. Dan rijden we de brug op over de Columbia River en komen in de staat Washington. Aan de andere kant van de rivier klimt de weg weer flink ophoog en we stoppen op een grintveld naast de weg. Hier hebben we een mooi uitzicht, lekker in de zon en we gaan koffie drinken. Wat verderop zien we een Stonehedge waar we naar toe gaan. Het is een monument voor de slachtoffers uit de eerste wereldoorlog. Stonehedge is hier inderdaad nagebouwd naar het Engelse model met de goede richtingen van de zon en dergelijke. Wij volgen de gehele dag weg 97. De weg is tamelijke heuvelachtig en in het begin zeer bosrijk. Na de Satus Pass (3146 ft) wordt het heuvellandschap kaal met vooral kleine struiken. We rijden nu door het land van de Yakama Nation. We stoppen weer pas in Toppenish bij het visitorcenter. Wij waren 5 jaar geleden ook in deze plaats. We vragen algemene informatie over campings in de staat Washington, maar dat wordt niet begrepen en is hier er ook niet. Gaan op het gras bij het visitorcenter zitten en een broodje eten. Daarna lopen we het stadje in, wat nu tegen valt. Een eerste keer is altijd leuker. Besluiten door te rijden naar Leavenworth. In Yakima (grote stad) stoppen we ook bij het visitorcenter en krijgen betere informatie. Nemen wat te drinken en overleggen waar wij heengaan. Het wordt een state park in Wenatchee. De weg naar het noorden is best lang en het is warm. Onderweg een stop voor een ijsje en we gaan toch naar Leavenworth. De camping is snel gevonden, wij zijn de enige camper. Een dik half uur buiten in de zon zitten lezen voor het avondeten. Om acht uur nog een wandeling maken en zien aan de overzijde een Safeway en gaan nog enkele inkopen doen.  (vandaag 183 mijl / 295 km gereden)
Afstand: 295 km

Leavenworth naar Monroe

Vandaag een zonnige dag met wat bewolking. Rustig aan en na het ontbijt in de zon zitten lezen. Na vertrek allereerst Leavenworth bezocht. Heel veel opschriften, borden e.d. zijn tweetalig, Duits en Engels. Heel veel gebouwen zijn in de stijl van Beieren, zelfs de McDonalds. In het dorp lopen een aantal mensen in Lederhose en Dirnll jurken. Vooral veel bier en wijn winkels. Op straat klinkt Beierse muziek. Op dit moment zijn vele winkels nog gesloten, maar uit alles blijkt dat dit een echt toeristendorp is. We trekken door het dal met enkele watervallen en een Pass met sneeuw. Eten een boterham op een parking bij een waterval en lopen daar naar toe.
Zijn even na tweeën in Monroe, hebben de campground niet kunnen vinden die wij hadden opgezocht. Vragen bij een postman. Die belt een vriend die er vlak bij woont. Nu weten we de richting en straat naam. Gaan eerst in de winkels kijken om iets mee te kunnen voor de kids. Slagen bij een hobby winkel. Bij de camping blijkt dit alleen voor members te zijn, we mogen echter wel bij de rivier staan. Als we staan nemen we het laatste ijsje. In de zon zitten lezen. Maken een ommetje over terrein en kijken bij het zwembad. Ellie gaat natuurlijk zwemmen en Jan gaat lezen bij het bad. Na avondeten al wat opgeruimd. (vandaag 91 mijl / 146 km gereden)
Afstand: 146 km

Monroe naar Everett bij Cruise America

Het blijft lang bewolkt, niet koud. Hele ochtend inpakken en opruimen. Proberen in te checken voor de vlucht van morgen, maar dat lukt niet. Om 12 uur boterham eten. Om 1 uur vertrek vanaf de camping, eerst dumpen, rijden (druk!), op de Interstate 5 nog eens gedumpt, gas en benzine halen (ook druk) vlak bij Cruise America. Zijn over half drie bij Cruise America. Komt gelijk iemand aan en neemt de mijl-stand op. De man wil zonder verder te kijken naar binnen om af te rekenen, maar wij melden defecten, die wij samen nalopen en melden de ruitbreuk. Nu kunnen wij wel afrekenen, inmiddels had de man al een taxi voor ons besteld tot aan het hotel i.p.v. downtown Seattle. Al tijdens de papieren afhandeling staat de taxi al voor de deur. Maken een rit van ruim een uur naar hotel, leuke chauffeur, verteld onderweg het een en ander. Bij het hotel krijgen we een kamer op de derde verdieping. Nu eerst even bijkomen met een beker thee, wat later gaan we eten bij Denny (5 min. Lopen vanaf het hotel). Het is inmiddels 7 uur geworden, het is lekker weer en kopen een ijsje bij het tankstation en lopen over de begraafplaats die tegenover het hotel ligt. Terug op kamer drinken we koffie en worden de koffers goed ingepakt. Op tijd naar bed want morgen vroeg op! (vandaag 31 mijl / 50 km gereden – Totaal 3.988 mijl / 6.418 km gereden)
Afstand: 50 km

Seattle naar Velserbroek

Kwart voor vier loopt de wekker af, opstaan, douchen, broodje eten (op kamer) en met de koffers naar de hal. We hebben de shuttle van 5 uur besteld. 10 minuten later staan we aan de balie op het vliegveld en kunnen we nu wel inchecken. Nu wij de ingecheckt zijn en de koffers kwijt zijn, gaan we buiten een half uurtje heen en weer lopen alvorens door de security te gaan.
De vlucht naar Houston in Texas vertrekt op tijd, verloopt voorspoedig en komen dus ook ruim op tijd aan (4 uur gevlogen). Op het vliegveld van Houston behoeven wij niet meer door een security of iets dergelijks, we hebben ruim de tijd om even wat hartig te gaan eten. Ook de vlucht naar Amsterdam (9,5 uur) verloopt zonder enige vertraging of problemen. Na aankomst de koffers ophalen en als wij door de douane komen staat onze dochter klaar om ons naar huis te brengen.

Camperreis op maat

Wil jij zelf zo'n reis maken? Laat dan een camperreis op maat samenstellen zodat deze precies bij je wensen aansluit!

Ja, stuur mij een gratis offerte!

Campervakanties

Wil jij ook zo'n camperreis maken in dit gebied? Bekijk dan hier onze camperreizen.

Bekijk de campervakanties