Vliegreis van Amsterdam naar Toronto

Vrijdag 8 september 2023
Vliegreis van Amsterdam naar Toronto

 

Om 11.00 uur ‘s ochtends aan de bar op Schiphol: dat is vakantie! Dat we op deze vrijdagochtend uitgebreid zitten te wijnen komt doordat onze vlucht helaas  ruim 1,5 uur vertraagd is. In plaats van om 12.05 uur, vliegen we pas om 13.45 uur. Gelukkig hoeven we geen doorvlucht te halen.

 

Vannacht sliepen we in het Courtyard by Marriot hotel bij Schiphol. Voor ons geen files en een korte nacht: na een heerlijk ontbijt brengt de hotelshuttle ons naar de luchthaven. Het inchecken bij Air Canada gaat vlot. Bob z’n koffer is wat te zwaar maar de mijne tikt de 23 kg niet aan en dus worden ze geaccepteerd. Heel fijn, dat hebben we al eens anders meegemaakt. De security keert Bob z’n rugzak binnenstebuiten. Maakt niet uit: we hebben geen haast.

 

We schaffen paracetamol en pleisters aan bij een drugstore (je vergeet altijd wel iets in te pakken) en zoeken een fijn plekje voor een drankje. Bob checkt zijn mail en ik download wat muziek voor onderweg. Morgen rond deze tijd zijn we bij de Niagara Falls. Met dat vooruitzicht komen we de 8 uur durende vlucht wel door!

 

Na enkele films (Bob), de nieuwe Chantal van Gastel en een best-of album van Radiohead (ik) arriveren we na een vliegreis van 8 uur op Toronto Pearson Airport. Behalve de vertraging niks dan lof voor Air Canada: het eten was prima en we kunnen ons niet herinneren dat we ooit zoveel beenruimte hebben gehad. Alleen jammer dat mijn buurman (niet Bob) rook alsof hij had liggen baden in een knoflookbad, maar daar kan de airline niks aan doen.

 

Op een machine beantwoorden we een aantal veiligheidsvragen en laten we een scan/foto van ons gezicht maken. Met een uitdraai van onze antwoorden worden we doorgeleid naar de douane. De douanier vraagt ons hoe lang we in Canada zullen zijn, waar we verblijven en welke betaalmiddelen we gebruiken en laat ons dan door. We pikken de koffers op bij de bagageband en gaan dan op zoek naar de autoverhuur.

 

Bij Alamo staan we even in de rij maar het afhandelen van de formaliteiten gaat vlot. In de parkeergarage krijgen we een Toyota Camry met extra laadruimte toegewezen. Fijn met al die koffers! Als we de garage uitrijden realiseren we ons dat we geen navigatie hebben: onze gps met offline kaarten zit nog in de koffer. Oeps! Ik probeer in offline modus te navigeren met Google Maps maar dat gaat mis en even later zien we het hotel aan de andere kant van de vierbaansweg in onze achteruitkijkspiegel verdwijnen. Even later staan we in een woonwijk te graven in onze koffers. Note to self: thuis een e-Sim aanschaffen en activeren.

 

We checken in bij het Holiday Inn hotel pal tegenover de luchthaven. Er wordt een exorbitant parkeertarief gerekend. Dat is dan weer jammer. De hotelkamer is heel netjes: precies wat we van Holiday Inn gewend zijn. Vanuit onze kamer op de tiende verdieping hebben we mooi uitzicht op diverse geparkeerde vliegtuigen. 

 

We dubben wat we doen: wel of niet nog de stad in? We zijn veel later in het hotel dan gepland en we zijn stiekem best moe. Omdat we het jammer vinden om Toronto helemaal niet te zien besluiten we toch in de auto te stappen. Twintig minuten later rijden we de parkeergarage bij de CN Tower in. Het is gezellig druk in de stad: de Toronto Blue Jays spelen tegen de Kansas City Royals en uitgelaten supporters zwermen door de straten. Omdat het al schemert laten we een bezoek aan de CN Tower voor wat het is en nemen we een kijkje bij het aan Lake Ontario gelegen Harbourfront. We wandelen langs de gezellige haven die gevuld is met schepen en zeilboten en bestellen een burger bij het - hoe toepasselijk - Amsterdam Brewhouse. Vanaf onze tafel aan het water zien we schepen af en aan varen; ondanks het late tijdstip is er nog veel bedrijvigheid. Ook binnen in het brewhouse is het druk: op een groot scherm wordt de eerder genoemde honkbalwedstrijd uitgezonden. We blijven niet om de Jays te zien winnen of verliezen (winnen blijkt later) want de man met de hamer dient zich aan. We zijn inmiddels 20 uur wakker en snakken naar ons bed. Morgen staat een lange dag bij de Niagara Falls op de planning!

 

Accommodatie: Holiday Inn Toronto International Airport
Ligging: Airporthotel
Faciliteiten: Restaurant, bar, zwembad, fitness, betaald parkeren

Niagara Falls

Zaterdag 9 september 2023
Niagara Falls

 

Ik word niet wakker gemaakt door mijn wekker, maar door Bob die blijkbaar al uren op is. Zelf heb ik nog weinig gemerkt van een jetlag. Snel spring ik onder de douche en een klein uurtje later zitten we in de auto. Na een korte stop bij de Starbucks drive through zijn we officieel onderweg: Niagara Falls, here we come! 

 

Helaas lijken de weergoden niet goed gezind vandaag: de lucht is gauw en zo nu en dan komen onze ruitenwissers in beweging. Hopelijk schijnt het zonnetje wel op onze eindbestemming.

 

Dát blijkt wat teveel gevraagd, maar gelukkig is het wel droog als we de auto parkeren bij de Niagara Falls. Vanuit het raampje vingen we al een glimp op van de Horseshoe Falls. Ik kan haast niet wachten om ze van dichtbij te bekijken. We steken over en even later bewonderen we de watervallen in vol ornaat. Wát een water klettert daar naar beneden, onvoorstelbaar. Ik vind het een waanzinnig gezicht.

 

We wandelen naar de steiger vanwaar de Hornblower tours starten, kopen kaartjes en trekken de verstrekte rode regencape aan. Hoewel het zaterdag is, is het rustig en mogen we direct aan boord. In een rustig tempo vaart de Hornblower langs de American Falls naar de Horseshoe Falls. Alleen al de nevel is genoeg om binnen een paar seconden doorweekt te raken. Ik ben blij met mijn blote benen.

 

Als we de Horseshoe Falls bereiken blijken de capes geen overbodige luxe: de boot inclusief alle passagiers zijn binnen enkele seconden kleddernat. Een beetje Piranha XXL. Het kan ons weinig schelen: dit hoort erbij! Ondanks het bewolkte weer is het niet koud, dus opdrogen doen we later wel. We genieten van het indrukwekkende schouwspel totdat de boot rechtsomkeert maakt. 

 

Uitgelaten haal ik even later een borstel door mijn haar terwijl Bob constateert dat zijn schoenen niet meer droog worden vandaag. Een tweede paar in de auto leggen was geen slecht idee geweest. We doen een rondje souvenirshop en wandelen dan in de richting van het grote reuzenrad dat we vanaf het water zagen. Deze ligt aan een lange straat vol met arcades en kermisattracties. Het lijkt wel Las Vegas in het klein! We zien minigolf, een achtbaan en zelfs een kartbaan. Met kinderen kun je je hier uitstekend een middag vermaken.

 

Zelf hebben we het wel gezien na een ronde in het SkyWheel en dus besluiten we wat te gaan eten. Ik heb mijn research gedaan en weet dat Niagara Falls één van de weinige plekken in Canada is waar International House of Pancakes (IHOP) gevestigd is. Er zijn zelfs drie filialen, waarvan eentje pal tegenover het SkyWheel, dus die keuze is snel gemaakt. Een Cinn-a-Stack later zijn we klaar voor het volgende onderdeel van ons programma: een helikoptervlucht over de Niagara Falls. 

 

Helaas valt die excursie in het water: Niagara Helicopters blijkt niet te vliegen vanwege de dichte bewolking. Balen! De dame noteert mijn telefoonnummer en belooft te bellen als het opklaart. Dat zien wij niet zo snel gebeuren en dus rijden we naar een Bass Pro Shop. Ook maken we dankbaar gebruik van de voordelige wisselkoers bij de naastgelegen Outlet Malls.

 

Met onze handen vol tassen keren we terug naar de auto. De kans dat we nu nog gebeld worden voor de helikopterexcursie lijkt ons nihil, dus zetten we koers naar Niagara-on-the-lake. Onderweg passeren we tientallen wijngaarden en wijnhuizen. Op onze bestemming parkeren we de auto in een straat vol charmante houten huisjes. Het lijkt wel alsof we de set van Gilmore Girls zijn opgelopen! De ene woning is nog mooier dan de andere: we zien enorme ramen, grote houten luiken en porches. Op een van de veranda’s nipt een man van een wijntje. Dit is het leven! Bob vraagt hem of we hier mogen parkeren. Dag mag. Of we hier gaan eten, wil de man weten. Als we bevestigend antwoorden, tipt hij ons zijn lievelingsrestaurant. 

 

Het centrum van het dorpje is zowaar nog leuker dan de plek waar we onze auto hebben achtergelaten. Het bestaat uit een lange straat vol winkelpanden en restaurants in dezelfde kneuterige Stars Hallow-stijl. Potten vol gekleurde bloemen fleuren de terrassen op en de etalages vol handgemaakte producten trekken vele kijkers. 

 

Bob en ik slaan een goed advies niet gauw in de wind, dus na een wandeling door het dorp besluiten we The Irish Harp op te zoeken voor het avondeten. We laten de Ierse pies én de Canadese poutine die als side dish geserveerd wordt goed smaken en beginnen als onze borden leeg zijn met gevulde magen aan de terugreis naar Toronto.

 

Hoewel we best wel moe zijn, zijn we ook vastbesloten onze jetlags te verslaan. 21.30 uur is te vroeg om naar bed te gaan, dus drinken we nog een drankje aan de hotelbar. Nadat we allebei zijn uitgeroepen tot winnaar van een potje Clever, zoeken we onze hotelkamer op voor een lange douche en onze welverdiende nachtrust. Het was een geslaagde eerste échte vakantiedag!

 

Accommodatie: Holiday Inn Toronto International Airport
Ligging: Airporthotel
Faciliteiten: Restaurant, bar, zwembad, fitness, betaald parkeren

Afstand: 250 km

Vliegreis naar Calgary en ophalen camper

Zondag 10 september 2023
Vlucht Calgary en ophalen camper

 

Vandaag is het zover: onze road trip door Canada gaat nu écht van start! Als de wekker gaat nemen we een snelle douche waarna we onze koffers herschikken. Ik trek een dik fleecejack aan over mijn topje en trui en maak mijn outfit af met laarsjes. Op de plaats van bestemming mag het dan 25 graden zijn, de aankopen van gisteren zullen toch mee moeten!

 

We rijden naar het vliegveld en leveren onze huurauto in bij Alamo. Bij de incheckbalies van Air Canada staat een flinke rij, dus maken we gebruik van de self-check-in. Dat gaat verrassend makkelijk: zelfs het labelen en afgeven van de koffers gaat op deze manier automatisch. Bij de security wordt Bob er opnieuw uit gepikt. Als de inhoud van zijn koffer is goedgekeurd ontbijten we met een stapel verrukkelijke pancakes en wachten we onder het genot van een kop koffie tot we kunnen boarden.

 

Het is maar goed dat we vanuit onze plek bij het restaurant de wachtrij niet konden zien, anders was het al eerder gedaan met onze goede zin. We delen het vliegtuig namelijk met een grote groep middelbare scholieren. Op zich geen probleem, ware het niet dat deze de boel volledig op stelten zet. De begeleiders grijpen niet in en dus springen de kinderen gedurende vier uur bij elkaar op schoot, rammelen ze aan de vliegtuigstoelen en dansen ze door het gangpad. Ik ben blij met wat afleiding in de vorm van The Little Mermaid. Mijn buurman kan het duidelijk minder goed dulden: als we landen verzucht hij: ‘I need Valium.’

 

Omdat we continentaal gevlogen hebben, hoeven we niet opnieuw door de douane en staan we na het ophalen van onze bagage binnen vijf minuten buiten. We checken de prijs voor een Uber en zien dat een gewone taxi maar net iets duurder is. De keuze is snel gemaakt als we direct kunnen instappen. Nog geen kwartier later melden we ons bij Cruise Canada. We zijn een half uurtje te vroeg maar worden direct geholpen. Ook een groep Nederlandse jongens die direct na ons binnenkort, is direct aan de beurt. We tekenen het papierwerk en worden dan meegenomen naar ons voertuig voor een uitgebreide instructie. De laatste keer dat we met dit type onderweg waren is alweer zes jaar geleden, dus fijn om een opfriscursus te krijgen . Terwijl we wachten op campingstoelen en beddengoed, trek ik alvast ons eigen hoeslaken om het matras. Zodra onze inboedel compleet is, vertrekken we.

 

Onze eerste stop is de Walmart, waar we voor drie dagen boodschappen inslaan en naar hartenlust over de non-food afdeling struinen. Wat een beleving is zo’n grote supermarkt toch altijd. Deze Walmart verkoopt geen alcohol, dus vullen we de koelkast van onze camper met bier en wijn uit de naastgelegen liquor store. Bij de Bass Pro Shop halen we twee bussen bear spray en dan zijn we good to go: Bob neemt plaats achter het stuur terwijl ik de navigatie instel op Canmore. Al na enkele kilometers doemen de silhouetten van de Rocky Mountains op in de verte. Ook Bob wil om zich heen kijken dus na een tijdje wisselen we van positie. Na een dik uur draai ik de Wapiti Campground in Canmore op. We vinden gemakkelijk een plek op deze First come, first serve campground en wandelen dan naar het centrum. Ik heb gereserveerd bij Gaucho, waar we in 2017 heerlijk hebben gegeten. Ook deze keer blijkt het een succesformule: Gaucho moet wel het beste restaurant van Canmore zijn. Intens tevreden en met volle magen gaan we twee uur later van tafel.

 

Na een half uurtje window shopping lopen we een half uur terug naar de camping. In 2017 sliepen we dichterbij, maar de camping van toen is inmiddels gesloten. In het voorbijgaan zien we dat ie op het moment opnieuw wordt opgebouwd. Mooi, want Canmore is met haar gezellige kern écht een overnachting waard.

 

Bij de camper trek ik het bed op en pak ik mijn koffer uit terwijl Bob een kampvuur maakt. Het is inmiddels donker en is de temperatuur flink gezakt. Na een snelle douche vind ik het mooi geweest voor vandaag. Ook Bob is klaar om naar bed te gaan. Na maanden aftellen is het moment daar: de eerste nacht in onze eigen huurcamper. Wat een heerlijk vooruitzicht dat er nog vele gaan volgen!

 

Accommodatie: Wapiti Campground
Prijs: $42 (electric) 
Ligging: 1 uur en 5 minuten rijden vanuit Calgary, 5 minuten rijden naar het centrum van Canmore en 20 minuten rijden naar Banff Village. Wat mij betreft de perfecte overnachtingsplek voor een eerste nacht na het ophalen van de camper.
Faciliteiten: Toiletten, douches (tegen betaling) en een firepit
Bijzonderheden: First come, first serve

Afstand: 115 km

Yoho National Park

Maandag 11 september 2023
Yoho National Park

 

De dag- en nachttemperaturen liggen hier ver uit elkaar. Dat merk ik zodra ik om 07.00 uur de deur van de camper open. Gisterenavond rond etenstijd liep ik nog alleen in een topje met spaghettibandjes naar het dorp; nu neem ik gehuld in een dik fleecevest plaats aan onze picknicktafel. De weer-app op mijn telefoon geeft 7 graden aan. Maar buiten ontbijten zullen we! 

 

Het blijft bij een vlugge hap: na ons yoghurt-ontbijtje vluchten we naar binnen waar Bob koffie maakt met een bij de Walmart aangeschafte zeef en filter. Ik maak me op en trek mijn wandeluitrusting aan. Om 08.00 uur vertrekken we richting de McDonald’s voor een cappuccino. Als Bob naar buiten komt met de bestelling zit daar ook een koffie voor zichzelf bij. Blijkbaar moet de zeef zich nog bewijzen.

 

Bij de lokale Safeway haalt Bob een paar vergeten boodschappen terwijl ik boterhammen smeer voor tijdens onze voorgenomen hike. Om 08.30 uur wordt de navigatie ingesteld en zijn we onderweg naar onze bestemming van vandaag: Yoho National Park. Genietend van het uitzicht op de ruige Rockies rijden we Banff binnen. Wat is het hier mooi! Na een half uur stoppen we om te ruilen van positie: Bob neemt plaats op de bijrijdersstoel en ik zet de chauffeurspet op. We zijn nog maar heel even opnieuw onderweg als ik in de verte naast het spoor een achtergelaten zwarte autoband denk te ontwaren. Maar op het moment dat we ‘m bijna passeren zie ik dat de ‘band’ beweegt. ‘Een beer!’, roep ik. Dolenthousiast veren we op en neer in onze stoelen. Drie road trips door de VS en Canada zonder ooit een beer te hebben gezien en nu spotten we er eentje op onze eerste echte rijdag! Bij de eerste afrit keren we. We hebben geluk: als we opnieuw op het dier afstevenen, zit het nog altijd op dezelfde plek. Inmiddels is er ook een personenauto gestopt maar verder raast het verkeer gewoon door. Ziet niemand de beer? Ons neemt niemand deze beer in elk geval meer af! 

 

Nog vol adrenaline vervolgen we onze weg. Banff Village slaan we over: dat hebben we tijdens de vorige reis al gezien en er moeten keuzes gemaakt worden. Eenmaal in Yoho stoppen we even bij het Spiral Tunnels Viewpoint in de hoop een trein in de rotsen te zien verdwijnen. 1 á 2 keer per uur moet er eentje langskomen, maar vaste tijden zijn er niet. Na tien minuten verliezen we ons geduld en vervolgen we onze weg naar het plaatsje Field, waar het Visitor Center ligt. Daar laten we ons informeren over wandelingen. Ik wil dolgraag naar Lake O’Hara lopen omdat ik heb misgegrepen voor tickets voor de shuttle.. Dat raden de rangers ons helaas af: de 11 km lange ‘route’ loopt langs een gravel road zonder enig uitzicht en waar bovendien elk uur de shuttlebus overheen raast. We vragen om een alternatief en krijgen enkele suggesties waar we later een keuze uit maken. Eerst willen we de Takkakaw Falls zien. 

 

We verlaten het Visitor Center, rijden de Trans-Canada Hwy op en slaan de Yoho Valley Road in. Deze weg naar de Takkakaw Falls loopt grotendeels parallel aan een rivier. De uitzichten op de ruige Rockies zijn waanzinnig mooi. Op de parkeerplaats is geen plek en dus parkeren we onze camper langs de weg, wat volgens de ranger gedoogd wordt zolang alle wielen van het wegdek staan. We stappen uit en lopen in de richting van de waterval. Van ver weg is hij al indrukwekkend, maar hoe dichterbij we komen, hoe mooier hij wordt: hoewel imposant heeft de Takkakaw Falls ook iets lieflijks. Het water klettert niet, eerder gutst het, waarna het gedeeltelijk kapotgeslagen wordt tot een dikke nevel. Het overgebleven deel mondt uit in een kabbelende, melkachtige rivier. We hebben al aardig wat watervallen gezien tijdens onze reizen, waarvan de Lower Falls in Yellowstone misschien het meest vergelijkbaar zijn. De Takkakaw Falls doen er zeker niet voor onder.

 

We zoeken de camper weer op. De navigatie wordt ingesteld naar het startpunt van de hike die we hebben uitgezocht. Of eigenlijk hikes: we combineren de Sherbrooke Lake (6,2 km) trail en Paget Lookout (7 km) trail. Om op het wandelpad te komen, moeten we door een elektrisch hek. Ongetwijfeld bedoeld om het wildlife te beschermen tegen het drukke verkeer van de Trans-Canada Hwy, maar het voelt toch een beetje alsof we ‘The Hunger Games’ binnen stappen. Achter elke bocht verwacht ik een bloeddorstige beer. Gelukkig ebt dat gevoel weg als we gedurende het wandelen op wat eekhoorns na geen enkele vorm van wildlife zien. Onder het gezellige gerinkel van onze berenbel lopen we gestaag door.

 

De Sherbrooke trail staat aangemerkt als ‘easy’ en dat is hij ook: via een constant wandelpad lopen we naar een prachtig gletsjermeer. Het weer is fantastisch: niet te warm en niet te koud. De lucht is helderblauw en de zon veroorzaakt glitters op het water. We genieten een tijdje bij het meer, dat vrijwel uitgestorven is. Alleen zijn op zo’n prachtige en overweldigend ‘grootse’ plek voelt heel bijzonder.

 

De Paget Lookout trail laat zich níet omschrijven als ‘eenvoudig’. Volgens onze wandelkaart is hij ‘moderate’. Wij vinden de steile stukken best pittig. Het uitzicht maakt alles goed. Een pad van grond en stenen leidt ons slingerend de berg omhoog. Aan weerszijden van de trail siert dichte bebossing het landschap. We zijn nog geen enkele andere wandelaar tegengekomen en het is gemakkelijk om ons voor te stellen dat hier beren en andere wilde dieren leven. Na een flinke klim bereiken we de Paget lookout: een oude brandweerpost die vroeger dienstdeed om bosbranden en weersomstandigheden te monitoren. Paget zou de oudste overlevende post van de Rockies zijn. We snappen het principe wel: vanuit het huisje kijk je eindeloos ver weg. Bergen, gletsjers, bossen, meren en rivieren strekken zich kilometers voor ons uit. 

 

Op de terugweg komen we eindelijk andere hikers tegen: een wat ouder echtpaar dat de klim omhoog ogenschijnlijk met twee vingers in de neus doet. Altijd een beetje pijnlijk. Tijdens een praatje blijken ze zeer geoefend te zijn en zelfs al meerdere langeafstandswandelingen te hebben gedaan, waaronder in de Pyreneeën. De vrouw gebiedt de man door te lopen; anders zijn ze niet voor het donker terug. We nemen afscheid en vervolgen onze weg naar de camper. Hopelijk lopen wij er over 40 jaar ook nog zo kwiek bij!

 

Het is maar een kwartiertje rijden naar onze volgende campground: Lake Louise Hard-Sided Campground. Mijn collega Rick heeft de site voor ons gekozen omdat hij, toen de reserveringen openden in maart,  eerder door de digitale wachtrij kwam dan ik. Het was letterlijk pakken wat je pakken kon als je wilde verblijven op een camping in één van Canada’s nationale parken. Nu maak je geen schijn van kans meer: een bord bij de ingang geeft aan dat de camping volledig is volgeboekt.

 

De site heeft tot Bob z’n teleurstelling geen firepit maar ziet er verder netjes uit. Na een biertje aan onze picknicktafel besluiten we te dumpen. Lake Louise Campground heeft een centrale dumpplek waar we ons zwart en grijs water lozen en de drinkwatertank bijvullen. Op onze campingplaats bereiden we chili die we buiten opeten. De temperatuur is hier mild. 

 

Als het donker wordt, verhuizen we naar binnen. Bob wil naar bed en ik neem me voor mijn reisverslag te updaten, maar uiteindelijk wint de slaap: deze actieve dag heeft ons uitgeput. Buiten dendert een trein voorbij: gelukkig zijn we geen lichte slapers. Even later stappen we zelf ook op de trein: die naar dromenland.

 

Accommodatie: Lake Louise Soft/Hard Sided Campground
Prijs: $46 (full hook-up) 
Ligging: 2 minuten rijden vanuit Lake Louise Village, 8 minuten rijden naar Lake Louise Ski Resort (vanwaar de shuttles naar Lake Louise vertrekken)
Faciliteiten: Toiletten, douches, centrale dumpplek
Bijzonderheden: Direct gelegen aan het spoor

Afstand: 110 km

Banff National Park (Lake Louise)

Dinsdag 12 september 2023
Lake Louise

 

Om 05.45 uur worden we wakker van de wekker. Tijd om op te staan! Vandaag staat een volledige dag hiken in Banff National Park op het programma. Ik heb de shuttlebus van 07.00 uur geboekt zodat we op tijd aan ons programma kunnen beginnen.

 

Opstaan kost ondanks het vroege tijdstip geen enkele moeite: we lagen er vroeg in en zijn blijkbaar nog niet af van onze jetlag. 

 

We kleden ons aan, eten yoghurt met fruit en smeren brood voor onderweg. Dan zetten we koers naar de Park & Ride. Vanuit onze strategisch gekozen camping is het maar 8 minuutjes rijden naar het Lake Louise Ski Resort. 

 

Als we vertrekken is het nog donker, maar de zon komt in rap tempo op. Het schemert als we arriveren bij de Park & Ride. De opkomende zon werpt een prachtig rood licht op de bergtoppen. We worden over de parkeerplaats richting de bussen gestuurd. Met een reservering om 07.00 uur mogen we binnen het tijdvak 07.00 - 08.00 uur instappen. De shuttles vertrekken elke 20 minuten, dus haasten hoeft niet. De Parks Canada-werknemer bij het loket is ondanks het vroege tijdstip in een uitstekend humeur. Voordat hij onze reservering scant, gebiedt hij ons ons om te draaien om de lucht te bewonderen. Enthousiast vertellen we dat we dat al hebben gedaan. Het schouwspel blijkt van korte duur. Wanneer we de shuttle instappen, staat de zon boven de bergen en heeft de hemel zijn normale kleur weer aangenomen.

 

Tien minuten later staan we op de parkeerplaats van Lake Louise. Deze is nagenoeg leeg. Dat zal later op de dag wel anders zijn. Ik heb gekozen voor het shuttlesysteem in plaats van de parkeerplaats omdat ik hoop vanmiddag na de hike ook Moraine Lake te zien. Hier mag je sinds dit jaar niet meer zelf naartoe rijden. Vooralsnog hebben we geen spijt: het shuttlesysteem lijkt keurig geregeld. Bij het uitstappen krijgen we een kaartje waarmee we op elk gewenst tijdstip kunnen doorreizen naar Moraine Lake én waarmee we later terug naar de Park & Ride kunnen. 

 

Eerst moet er gewandeld worden! Vandaag combineren we drie trails: we beginnen met de Plain of Six Glaciers trail en wandelen vervolgens de Big Beehive trail. Tot slot wandelen we via Lake Agnes terug naar Lake Louise. Volgens AllTrails een totale afstand van 18 km. Hier nemen we de hele dag voor, want wandelen in de bergen is niet hetzelfde als wandelen thuis.

 

Bij Lake Louise nemen we even de tijd om wat foto’s te nemen: op dit vroege tijdstip zijn er nauwelijks nog mensen. Doordat de zon nog niet helemaal op is, steken de nog in het duister gehulde bergen prachtig af tegen het azuurblauwe water. De kanoverhuur is nog dicht dus het water is ongerimpeld en de oevers zijn nog vrij van toeristen. Niet alleen voor een hike moet je er vroeg bij zijn: ook het perfecte plaatje schiet je duidelijk vroeg in de ochtend. Met een toestel vol foto’s beginnen we om 08.15 uur aan onze wandeling. Dit keer zonder geklingel: deze paden worden extreem veel belopen en de kans dat we hier een beer zien, is nihil. De trail voert ons langs de Lake Louise Lakeshore. We passeren het wandelpad dat leidt naar Lake Agnes en de Big Beehive en beginnen aan de klim naar de Plain of Six Glaciers Lookout. Op een paar punten voelen we onze kuiten, maar over het algemeen is de wandeling goed te doen. Onderweg hebben we een prachtig uitzicht op de immense Victoria gletsjer die Lake Louise van water voorziet én op diverse kleinere gletsjers. 

 

Op 1,3 km van de Lookout ligt het Plain of Six Glaciers Teahouse: een eenvoudige blokhut waar wandelaars terecht kunnen voor een kop thee en een bord soep. We besluiten eerst naar de Lookout op en neer de lopen en dan te pauzeren bij het theehuis. De trail naar de Lookout wordt niet onderhouden en over losse stenen banen we ons een weg naar het uitzichtpunt. Eenmaal daar bekijken we de Victoria gletsjer in vol ornaat voordat we terugkeren. Dichtbij de gletsjer is het aardig koud en we zijn blij met de laagjes die we dragen.

 

We vullen energie aan met een kop soep, plak cake en natuurlijk een mok thee. Vervolgens maak ik gebruik van de enige sanitaire voorziening op deze hoogte: een hutje met twee gaten in de grond die dienstdoen als toilet. Mijn timing is precies goed, want net als ik weer tevoorschijn kom, roept Bob dat ik snel moet kijken naar de gletsjer: daar voltrekt zich een lawine. Wat een bijzonder gezicht. Het lijkt wel een waterval van sneeuw. Ik heb nog nooit zoiets in het echt gezien. Het gebulder klinkt door het hele dal en iedereen kijkt verwonderd toe. Op de weg naar beneden vraagt een man jaloers of we de lawine gezien hebben. Hoe bijzonder om precies op het juiste moment op de juiste plek te zijn!

 

De Big Beehive vraagt nog meer van onze kuiten: deze trail loopt via een serie switchbacks stijl de berg omhoog. We nemen de tijd en onderbreken de klim zo nu en dan om op adem te komen. Tijdens een van de rustmomenten klinkt opnieuw een enorm gebulder: nog een lawine! We hopen dat de man van net ‘m gezien heeft. Eenmaal boven blijkt de inspanning het meer dan waard: het uitzicht op Lake Louise is haast niet te beschrijven zo mooi. Genietend nemen we met een boterham in de hand plaats op een rots. Verrukt wijs ik Bob op twee vogels die zich dicht in de buurt ophouden: een wit dier met een lange snavel en een bijzonder blauw exemplaar. Mijn enthousiasme is van korte duur: voordat ik registreer wat er gebeurt, duikt de witte vogel op me af en trekt zo de boterham uit mijn handen. Van schrik laat ik los. Terwijl Bob bijna in zijn broek plast van het lachen, kijk ik toe hoe de twee dieren de buit verdelen. Tot zover het niet voeren van wildlife.

 

De laatste etappe van onze wandeling gaat vrijwel uitsluitend bergaf: via nog een serie switchbacks lopen we langs Lake Agnes de berg naar beneden. In tegenstelling tot Lake Louise is Lake Agnes eerder olijfgroen dan blauw. Ook dit meer is weer prachtig. Het wordt omringd door gele larch trees: de herfst doet haar intrede.

 

Het is bijna 15.30 uur als we de oevers van Lake Louise bereiken. Onze Garmins geven aan dat we ruim 19 km gewandeld hebben. We snakken naar een koud biertje. Maar eerst willen we Moraine Lake zien. We begeven ons tussen de mensenmassa richting de shuttles. Wat is het druk geworden! Dat viel ons op de Lake Agnes trail al op: waar we de Plain of Six Glaciers vrijwel voor onszelf hadden, liepen we vanaf de Big Beehive in een stoet van mensen naar beneden. Ik ben blij dat we al vroeg hier waren: niet alleen hebben we mogen genieten van de sereniteit van het meer, ook vind ik de bergen mooier wanneer de zon er niet direct op schijnt. In dit licht lijken ze veel fletser. 

 

De rit naar Moraine Lake duurt een kwartiertje. We bewonderen het meer en stappen dan weer in de shuttle. In Lake Louise Village scoren we een coffee to go en dan draaien we de Trans-Canada Hwy op naar onze volgende camping: Silverhorn Creek. Na een korte stop bij Peyto Lake komen we daar 40 minuten later aan. Helaas is het weer inmiddels ongeslagen: de stralende zon heeft plaatsgemaakt voor grote grijze wolken. Om de zoveel tijd worden we verrast door een flinke hoosbui, waarna het weer opklaart om even later opnieuw los te barsten. Uiteindelijk lukt het Bob om een vuur aan de gang te krijgen én een broodje hamburger te bereiden. Dat we die binnen moeten opeten, drukt de pret maar een klein beetje.

 

Ook vandaag kruipen we vroeg in bed: het vroege opstaan en de frisse berglucht eisen hun tol. Wie weet lukt het ons morgen eindelijk om uit te slapen.

 

Accommodatie: Silverhorn Creek Campground
Prijs: $37,75 (unserviced) 
Ligging: Aan de Icefields Parkway
Faciliteiten: Geen, in september 2023 waren er wel kleine (toilet?)gebouwtjes in aanbouw.
Bijzonderheden: Deze camping heeft een prachtige ligging en is normaal snel volgeboekt, dus boek deze op voorhand.

Afstand: 80 km

Icefields Parkway & Jasper National Park

Woensdag 13 september 2023
Jasper National Park

 

De regen tikt gezellig op het dak van de camper. Ik word er wakker van en trek de gordijnen open. Van onder de warme dekens zie ik hoe het buiten licht wordt en de camping ontwaakt. Als naast ons een camper in beweging komt, besluit ik dat het ook voor ons tijd is om in actie te komen.

 

We beginnen de dag met een douche en een ontbijtje: Bob maakt de yoghurt op en ik neem knäckebröd met avocado. Zo fijn om zelf wat te kunnen maken in de camper en niet alleen maar ongezond te eten. We draaien de Icefields Parkway op en genieten van kilometers aan blauwe meren, glinsterende gletsjers, kolkende rivieren en dichte bossen. Het landschap is echt sprookjesachtig. We maken enkele fotostops en reconstrueren een foto bij het welkomsbord van Jasper die we in 2017 namen. Op de nieuwe foto staan naast het zonnetje een paar rimpels en grijze haren extra. Verder lijkt ie precies!

 

Het is wederom een stralende dag en de Athabasca Gletsjer schittert in de zon. Bij het Sunwapta Falls resort scoren we coffee to go en een lekkere plak zelfgebakken maple cake. Om 13.00 uur checken rijden we de Wapiti Campground op. Het meisje bij het loket waarschuwt ons voor bronstige elk. Ze vertelt dat zij eerder deze week aangevallen werd door een exemplaar met een indrukwekkend gewei en moest rennen voor haar leven. Blijkbaar kun je dit seizoen beter een beer tegen het lijf lopen. Als we rijden naar onze site, zien we de kudde al staan tussen de bomen. 

 

Veel tijd om onze prachtige campingplaats te bewonderen hebben we niet; over een klein half uurtje moeten we in Jasper Village zijn. We hebben een excursie geboekt bij Jasper Food Tours. Tijdens deze ‘Bites on E-Bikes’ tour fietsen we 30 km door Jasper National Park en krijgen we op drie plaatsen een hapje en een drankje. We bellen een taxi en worden twintig minuten later afgezet op 86 Connaught Drive. Estelle, de eigenaresse en tevens tour guide van vandaag, rijdt net de elektrische fietsen uit de trailer. De fietsen hebben bellen met grappige icoontjes en zelfs namen: ik krijg Charlie toegewezen en Bob mag op Echo rijden. De rest van de groep arriveert ook. Als iedereen een helm en een headset op heeft, suizen we door het dorp richting onze eerste sight: Lake Edith.

 

Tijdens de rit kletst Estelle honderduit via de headset: we komen van alles te weten over onze omgeving. Ook dieren spot ze direct: we zien een hertje en een paar elk. Onze eerste stop is Maligne Canyon, waar Estelle ons vertelt over het ontstaan van de kloof, een paar fossielen in de stenen op de grond aanwijst en ons tenslotte voorgaat aan tafel. Tijdens het eten wordt er gezellig gebabbeld en met gevulde buikjes vervolgen we de tocht. Tijdens de tweede etappe fietsen we door het bos richting Lake Edith. Bij dit prachtige gletsjermeer ligt een kudde elk te genieten van het zonnetje. We bewonderen de dieren van een afstand en rijden dan door naar het tweede restaurant. Tijdens de laatste etappe worden we staande gehouden door een paar hikers: enkele meters voor ons sjokt een beer door het bos. We zien het enorme dier verdwijnen door het struikgewas. Estelle kijkt er niet van op: de locals zijn eraan gewend om beren te zien. 

 

Na het inleveren van de fietsen vervolgen we onze weg te voet. In de Jasper Brewing Company bestellen we een biertje en een schaal nacho’s ‘voor de lekker’. We kletsen na over de beer en over de tour. Lake Edith en Lake Annette zijn sinds een paar jaar niet meer met de camper te bereiken, dus we vinden het leuk om op deze manier een ‘verborgen’ stukje Jasper gezien te hebben. Ook is het fietsen een prettige afwisseling van al dat wandelen. ‘Bites on E-Bikes’ is wat ons betreft dus zeker een aanrader!’

 

De taxi brengt ons tot aan onze campingplaats. Fijn, want nu hoeven we niet door de schemer langs de elk te sluipen. We sluiten de dag af met een kampvuur. Geen overbodige luxe, want de temperatuur zakt langzaam naar het nulpunt. Niks om ons zorgen om te maken: morgen is er weer zon voorspeld!

 

Accommodatie: Wapiti Campground
Prijs: $50,25 (unserviced) 
Ligging: 10 minuten rijden vanuit Jasper Village, gelegen in een prachtig bos. 
Faciliteiten: Toiletten, douches, centrale dumpplek, plekken met firepit.
Bijzonderheden: Wapiti Campground en het aan de andere kant van de weg gelegen Whistlers Campground zijn beide grote campings en liggen in een prachtige bosrijke omgeving. Tip: enkele plekken liggen aan het water. Boek je vooraf, probeer dan een plekje aan de Athabasca River te scoren! 

Afstand: 175 km

Jasper & Mount Robson Provincial Park

Donderdag 14 september 2023
Jasper & Mount Robson Provincial Park

 

Een heerlijke oploskoffie staat op me te wachten als ik mijn ogen open. Ik heb ‘uitgeslapen’: het is 09.00 uur en Bob scharrelt al een tijdje rond. Hij heeft de afwas van gisteren al weggewerkt. Op de picknicktafel buiten ligt een laagje ijs. Gauw trek ik warme kleding aan. Haasten hoeft vandaag niet, want behalve onze volgende overnachtingsplaats ligt niks vast. We besluiten lekker een dagje rustig aan te doen.

 

Het zonnetje komt door en we ontbijten op een bankje pal achter onze campingplaats aan de Athabasca River. Dit is genieten! Mijn urenlange research, digitale wachtrijen en het analyseren van parkplattegronden loont zich: ik denk oprecht dat site RR22 één van de mooiste plekken op Wapiti Campground is. Om 11.00 rijden we naar het dumping station waarna we koers zetten naar de Maligne Lake Road. Deze prachtige weg leidt ons via Medicine Lake naar Maligne Lake. We kijken onze ogen uit. Zes jaar geleden waren we hier ook rond dezelfde tijd en was het hier één grauwe boel. Inmiddels staat de zon hoog aan de hemel en is het werkelijk schitterend weer. Terwijl ik door mijn filmrol scroll, kan ik haast het geloven dat we bij dezelfde meren staan. We hebben een compleet andere ervaring dan destijds.

 

Bij Medicine Lake zou volgens waarschuwingsposters een Bald Eagle broeden, dus mogen we niet afdalen naar het meer. Behalve een enorm nest zien we geen adelaars maar we nemen uiteraard geen risico. Als we even later een parkeerplek gevonden hebben bij Maligne Lake is het lunchtijd. Bij het Waffle House bestellen we een grote kop koffie en een wafel met alles erop en eraan. Die wordt in verorberd in het zonnetje. Vanaf het terras kijken we uit op het meer. Wat een fantastische vakantiedag! We raken in gesprek met twee Vlaamse meiden aan het tafeltje naast ons. Zij doen onze route in omgekeerde richting en we wisselen ervaringen uit. Als we een uur later vertrekken, zijn we een hoop tips rijker. 

 

We zwaaien Jasper gedag en sturen in oostelijke richting. Onze eerstvolgende stop is Moose Lake, waar we helaas geen elanden spotten maar wel mooie foto’s schieten. Even later rijden we Mount Robson Provincial Park binnen. De meiden van daarstraks gaven aan dat ze Kinney Lake geweldig vonden. Volgens de dame bij het Visitor Centre kunnen we er makkelijk nog naartoe lopen. Ze is dolenthousiast en benadrukt dat we echt geluk hebben: de top van Mount Robson zou zich vrijwel altijd in mist gehuld zijn. Vandaag kijken we echter naar een strakblauwe lucht. De trail is 4,5 km enkel en vrijwel helemaal vlak. Halverwege de heenweg krijgen we gezelschap van twee Spaanse heren, een vader en zoon. Ze hebben nog geen bear spray kunnen vinden en vragen of ze met ons mee mogen lopen. Het wordt een gezellige wandeling en onderwerpen als reisbestemmingen, fotografie en zelfs de favoriete bieren van de mannen komen ter sprake. 

 

Kinney Lake is prachtig en we zijn blij dat we deze tip hebben opgevolgd. Helaas hebben we geen berggeiten gezien in Mount Robson, wél zien we enkele kilometers buiten het park een mama bear en cub grazen in een weiland langs de weg. Vol bewondering slaan we het schouwspel gade. Dan wordt het echt tijd om onze weg te vervolgen: het schemert al en de Yellowhead Hwy (5) is geen prettige weg om ‘s avonds te rijden. Er is veel vrachtverkeer en er is geen verlichting. We zijn allebei blij wanneer we Blue River om 21.00 uur bereiken.

 

Blue River Campground is wat ons betreft geen aanrader. Het doet armoedig aan en Bob, die niet gauw vies is van iets, meldt na een bezoek aan het toiletgebouw dat hij daar niet naar de wc gaat, laat staan gaat douchen. Gelukkig hebben we ons eigen sanitair in de camper. Terwijl de water heater opwarmt, bereid ik spaghetti. Die gaat er op dit late tijdstip wel in! We sluiten de avond af met een potje Clever terwijl we proosten op weer een mooie vakantiedag.

 

Accommodatie: Blue River Campground
Prijs: $42 (electric & water) 
Faciliteiten: Toiletten, douches, wasserette, winkeltje
Ligging: Gelegen tussen Jasper National Park en Wells Gray Provincial Park
Bijzonderheden: Geen aanrader, tenzij je deze camping uitsluitend als tussenstop gebruikt.

Afstand: 315 km

Wells Gray Provincial Park

Vrijdag 15 september 2023
Wells Gray Provincial Park

 

Vroeg naar bed betekent vroeg wakker: om 07.00 uur zitten we aan een ontbijt van dikke sneeën brood en gebakken ei. 

 

Ik herinner me ineens weer waarom ik Blue River Campground geboekt heb: qua locatie ligt de camping ideaal op de route. We hoeven maar een uurtje te rijden naar onze volgende stop: Wells Gray Provincial Park. Daar arriveren we om 09.30 uur. Bij het Visitor Centre scoren we een plattegrond en bij de foodtruck naast het gebouw een heerlijke koffie. 

 

Rond 10.00 uur rijden we het park binnen, waar we een aantal watervallen bekijken. De beroemde Helmcken Falls is zeker indrukwekkend, maar meer ondersteboven zijn wij van Bailey’s Chute. Hier zien we zalmen tegen de stroom in zwemmen en uit het water springen in hun poging de wilde rivier te trotseren. Het lijkt onbegonnen werk en de ene na de andere zalm wordt achteruit terug het water in gekatapulteerd.

 

De gravel road waaraan Bailey’s Chute ligt, is niet erg RV-proof. We besluiten de laatste point of interest op onze kaart, te laten voor wat het is en rijden na een picknick naar de Moul Falls Trail. De hike van 5,5 km heb ik thuis al uitgezocht en leidt naar een waterval waar je achter kunt. Het is inmiddels aardig warm buiten en dus verruilen we onze truien voor een shirt. Achteraf hadden we ook beter een korte broek aan kunnen trekken: het is bloedheet in spijkerbroek. Gelukkig biedt de waterval wat verkoeling. Nadat we de Moul Falls van de voorkant hebben bewonderd, wandelen we over een smal paadje tot achter het enorme gordijn van water, waar we genieten van opstuivende druppels op onze huid. 

 

Dat smaakt naar meer en dus nemen we bij aankomst op de camping een duik: Dutch Lake RV Park & Resort ligt aan het gelijknamige meer. Het is ontzettend idyllisch: groot en uitgestrekt en precies hoe je je Canada voorstelt. We spartelen lekker in het water tot de zon verdwijnt.

 

Na een douche en een wasje rijden we naar het lokale barbecuerestaurant voor het avondeten. De Hop & Hog doet goede zaken: we moeten onze naam achterlaten en worden geroepen als er een tafel vrij komt. Gelukkig duurt dat niet lang. Zoveel Nederlanders als hier en op de camping hebben we de hele vakantie nog niet gezien. Wel leuk om weer eens in onze eigen taal te kletsen.

 

Na een heerlijke maaltijd doet Bob de afwas terwijl ik de was uit de droger opvouw en opberg. Daarna kruipen we er weer lekker vroeg in. Al die frisse berglucht en sportieve activiteiten maken moe.

 

Accommodatie: Dutch Lake Resort
Prijs: $50,40 (full hook-up) 
Faciliteiten: Toiletten, douches, wasserette, groot meer om in te zwemmen
Ligging: 5 minuten rijden vanuit Wells Gray Provincial Park
Bijzonderheden: Faciliteiten zijn wat gedateerd maar de ligging aan het meer vond ik prachtig. Tip: elke zaterdag tussen begin mei en begin oktober vindt op het terrein naast de camping een grote Farmers Market plaats van 09.00 – 12.00 uur. Heel gaaf om mee te maken!

Afstand: 110 km

Reisdag via Lilloeet naar Nairn Falls Provincial Park

Zaterdag 16 september 2023
Reisdag via Lilloeet naar Nairn Falls Provincial Park

 

Vandaag stond eigenlijk de Joffre Lakes Trail in Joffre Lakes Provincial Park op het programma, maar vanwege een geschil tussen BC Parks en de First Nations is Joffre Lakes Provincial Park momenteel niet geopend voor publiek. Afgelopen week stond ik voor niks in de digitale wachtrij voor een permit. Helaas! Dat houdt wel in dat we vandaag rustig aan kunnen doen en dat we geen vroege wekker hoeven zetten. Ook fijn, want we hebben een rijdag van bijna 400 km voor de boeg. 

 

Als we wakker worden zien we door het raam van de camper dat Dutch Lake er prachtig bij ligt. Het is golden hour en de mistflarden op het meer worden op sprookjesachtige wijze verlicht door de opkomende zon. Ik kan er uren naar kijken. Bob is zo lief om pancakes te bakken terwijl ik vanaf de steiger over het water tuur. Hij komt mijn ontbijt zelfs brengen. 

 

Als we een uurtje later vertrekken, passeren we net buiten de camping een Farmers Market. Er wordt van alles verkocht: gebak, brood, groenten, vlees, honing, jam en er zijn zelfs lammetjes en bijen. Een countryband voorziet het publiek van live-muziek. Echt fantastisch om hier rond te lopen. We kijken onze ogen uit en kopen brood, groenten, gehaakte pompoenen voor thuis en lekkers voor onderweg. 

 

Bij de lokale liquor store en supermarkt haalt Bob alle boodschappen die niet op de markt verkrijgbaar waren, terwijl ik een magneetje scoor bij het Visitor Centre. Ik informeer naar de zalmen: halen ze het ooit? De dame bevestigt ons vermoeden: bijna nooit. De zalmen trekken zich terug op een plek in de rivier die ‘de Horseshoe’ heet en leggen daar eieren. Super interessant! Ze tipt nog een plek waar we zalmen kunnen zien springen, maar die is op weg naar Jasper. Wij gaan de andere kant uit richting Whistler.

 

We hebben alle tijd, dus rijden we niet via Kamloops richting Whistler maar via de Little Fort Hwy (24) en de Cariboo Hwy (97). In 70 Mile House stoppen we bij Sugar Shack voor een koffie en overheerlijke portie poutine. Vervolgens tanken we en lopen we een rondje in Clinton. Dit dorpje floreerde tijdens de Gold Rush maar straalt nu vooral vergane glorie uit. Vanaf 70 Mile House begint het zicht te betrekken. Even later zien we vrijwel niks meer van de omgeving: rook waait vanuit de bosbranden in de regio deze kant uit. 

 

Waarschuwingsborden geven aan dat het zicht op Hwy 99 beperkt is. Uiteindelijk valt het reuze mee: ja, het is jammer dat we weinig van de omgeving zien. Nee, het is niet zo dat we níks zien. Ik ben alsnog blij dat we via deze route rijden, want van dichtbij zijn de vele boerderijen, bergen, bossen, rotsen en rivieren echt wel te ontwaren. We kijken alleen geen kilometers ver weg zoals eerder en van de bergen in de verte zien we alleen de silhouetten. Het is niet anders.

 

We arriveren bij Lillooet en rijden het dorp in om de toerist uit te hangen. Ik heb een mooie hike gevonden als alternatief voor wanneer we geen permit voor Joffre Lakes zouden bemachtigen, maar het heeft geen zin om die te lopen met al die rook. Het beloofde uitzicht over de Fraser River houden we graag tegoed. In plaats daarvan rijden we naar de Lillooet Brewing Company waar Bob een flight of beers neemt. Deze chauffeur houdt het bij een cola. 

 

We vervolgen onze weg en stoppen nog even voor een paar foto’s: in Lillooet is de glorie uit de Gold Rush zeker niet vergaan. We bewonderen de vele gebouwen in oude stijl en alsof de tijd écht heeft stilgestaan rijdt er precies wanneer ik een foto neem, een colonne oldtimers voorbij. Nog zo’n perfect getimed moment hebben we even later op Hwy 99: vlak nadat ik Bob vraag om de GoPro aan te zetten om een stukje van de route te filmen, verrassen we een hert dat achter de volgende bocht langs de weg staat te grazen. 

 

Tijdens het maken van een video van de rijdende camper met de drone, hebben we een minder plezierige ervaring: de drone crasht nog geen 10 km nadat we een bord met daarop de tekst ‘You are entering grizzly bear habitat’ zijn gepasseerd. Ik beleef een paar angstige momenten terwijl Bob gewapend met bear spray en de berenbel diep de bosjes in duikt op zoek naar het ding. Er vloeien een paar tranen van opluchting als hij weer veilig naast me staat. Mét de drone.

 

We vervolgen onze route over Hwy 99 en passeren Joffre Lakes, waar inderdaad een bord staat dat bezoekers op dit moment niet welkom zijn. Stiekem ben ik er blij om: ondanks de rook was het een heerlijke dag en hebben we genoten van de vrijheid om te ontdekken en te kunnen stoppen waar en wanneer we wilden. Een laatste stop maken we een half uur voordat we onze camping bereiken. Vanuit mijn ooghoek meen ik iets te zien en ook de CanaDream camper voor ons maakt aanstalten om te stoppen. Even later kijken we met een ander stel naar een zwarte beer die aan de andere kant van de rivier z’n ding doet.

 

Een kwartier later zijn we op onze eindbestemming: Nairn Falls Provincial Park, waar we een nacht op de campground doorbrengen. Ook het stel van eerder slaat af maar moet weer omdraaien: de camping is vol. Wij hebben gereserveerd en vinden mijn naam op de aankomstlijst die bij de ingang hangt. We parkeren de camper op plek 2, een mooie ruime plaats met uitzicht op de rivier. Het schemert dus we besluiten eerst een rondje over de camping te lopen. Bob spot een T3 en knoopt een praatje aan met de eigenaresse. Door het donker lopen we terug naar onze site. We eten pasta carbonara en omdat Bob gekookt heeft, was ik af. De temperatuur is hier veel aangenamer dan in de Rockies en we zitten lekker nog even buiten met een biertje en een wijntje. 

 

Om 22.00 uur liggen we in bed, waar we samen door de foto’s van vandaag scrollen. Uiteraard is die van de beer favoriet, op de voet gevolgd door de foto van het golden hour in Clearwater. Dutch Lake heeft mijn hart gestolen!

 

Accommodatie: Nairn Falls Campground
Prijs: $28,30 (unserviced)
Faciliteiten: Drinkwater en pit toilets
Ligging: 20 minuten rijden tot aan Whistler
Bijzonderheden: Deze camping ligt prachtig in het bos en is een stuk goedkoper dan alternatieven in Whistler. Een zeer goed alternatief om de kosten wat te drukken en voor wie liever in de natuur verblijft dan op een camping die wat meer stedelijk ligt.

Afstand: 395 km

Whistler

Zondag 17 september 2023
Whistler

 

Even denk ik dat het regent als ik wakker word, maar het geluid van stromend water komt van de rivier. Wat is dit een mooie plek! Bob blijft nog even liggen terwijl ik me aankleed en vervolgens yoghurt, banaan en granola over twee bakjes verdeel.

 

We ontbijten aan onze picknicktafel en vertrekken dan richting Whistler. Na een rit van 20 minuten parkeren we de camper, kopen we een parkeerticket en wandelen we het dorp in. De Olympische Winterspelen van 2010 zijn in Whistler gehouden en het hele dorp ademt sport. We wandelen langs de Olympische ringen en langs de rijen met mountainbikes die te huur worden aangeboden. Wij zijn nooit te beroerd om de lokale economie te steunen en schaffen allebei wat items aan in onze favoriete outdoorwinkels. Lang leve de gunstige wisselkoers. 

 

Het is mistig vandaag dus er gaat een streep door mijn plannen om Whistler vanuit de Peak 2 Peak Gondola te bewonderen. In plaats daarvan informeren we bij Ziptrek Ecotours naar de eerstvolgende mogelijkheid om te ziplinen. Die is over drie uur. We maken een reservering, ondertekenen een waiver en lopen dan terug naar de camper om te lunchen. Het op de Farmers Market gekochte brood smaakt heerlijk en met gevulde magen begeven we ons terug naar het dorp. Daar gaan we op zoek naar een manier om de resterende twee uur te doden. We drinken een drankje bij het High Mountain Brew House en doen dan nog een rondje centrum. Met nog 1,5 uur op de teller bestellen we een enorme schaal nacho’s bij de Irish Pub, waar we (lees: ik) onszelf met nog een drankje wat moed indrinken. 

 

Bob vindt het maar wat grappig dat ik een beetje nerveus ben en is me continu aan het plagen. Ik spreek mezelf streng toe als we de rest van de groep ontmoeten: er is een stel van onze ouders’ leeftijd bij en zelfs twee vriendinnen van in de tachtig. Weg met die zenuwen: als zij het doen, dan ik ook! 

 

We worden gewogen en in een tuigje gehesen. Omdat de Excalibur Gondola buiten gebruik is, rijdt een busje ons naar Whistler Mountain. Onze gids is een enthousiaste jongen uit Engeland die wordt geassisteerd door een al even enthousiaste jongedame uit Nieuw-Zeeland. Na een korte wandeling door het bos prepareren ze de eerste zipline. Wij zijn als laatste aan de beurt.

 

Mijn zenuwen verdwijnen als sneeuw voor de zon als ik door de lucht suis. Wat is dit gaaf! Helemaal niet zo steil als ik verwacht had. Door de mist kunnen we niet zo ver weg kijken als bij helder weer, maar alsnog is het parcours prachtig. We zippen boven hoge bomen en over helderblauw gletsjerwater. Bij de tweede zipline worden we uitgedaagd om ondersteboven te gaan hangen. Bob en ik zijn op de oudere man na de enigen die dat durven. De daaropvolgende 2,5 uur doen we nog drie ziplines op Whistler en Blackcomb Mountain en vier treetop bridges. De gidsen vertellen intussen van alles over de omliggende natuur en wijzen ons op sporen van beren.

 

Veel te snel komt er een eind aan deze geweldige ervaring. Terwijl de twee oude vrouwen foto’s en filmpjes delen via AirDrop, probeert de een de ander over te halen om morgen terug te komen voor de nieuwste zipline van Ziptrek: de Sasquatch. Op deze 2 km lange zipline worden snelheden van wel 180 km per uur gemeten. Even later lopen ze gearmd weg. Wat een heerlijke dametjes. 

 

We zoeken de camper op en stellen de navigatie in naar Whistler RV Park & Campgrounds. Mijn verwachtingen van de camping blijken te hoog: op internet zagen de plaatsen er heel mooi uit maar in werkelijkheid zijn ze heel smal en staan we dicht op de buren. Het lijkt wel een parkeerplaats. Ik heb extra betaald voor ‘Ridge view’ maar door de mist is daar niks van te zien. Daar kan de camping natuurlijk niks aan doen, maar het is wel jammer. In deze rij lijken veel plekken gevuld door permanente bewoners, wat ook wat afdoet aan de kampeerervaring. Leuker vind ik de unserviced-plekken: die liggen gemoedelijk in het bos. 

 

Het begint te druppen dus Ridge view of niet: buiten zitten kunnen we toch niet. We eten kliekjes uit de magnetron en kijken in bed een aflevering van een Netflix-serie met het tikkende geluid van de regen op de achtergrond. Dat is dan wel weer knus. Al met al was het, ondanks het minder mooie weer, een heerlijke dag.

 

Accommodatie: Whister RV Park & Campgrounds
Prijs: $77,50 (full hook-up)
Faciliteiten: Toiletten, douches, wasserette, speeltuin, Brew Mountain Cafe (breakfast sandwiches, wraps, soep, pizza, coffee to go, etc.)
Ligging: 15 minuten buiten Whistler
Bijzonderheden: Persoonlijk vind ik de unserviced plekken in het bos een stuk leuker liggen dan de veel duurdere ridge view plekken.

Afstand: 65 km

Reisdag en overtocht naar Campbell River (Vancouver Island)

Maandag 18 september 2023
Reisdag en overtocht naar Campbell River (Vancouver Island)

 

Vandaag maken we de oversteek naar Vancouver Island. Ik heb de ferry gereserveerd om 11.05 uur. Met de kennis van nu zou ik een uurtje eerder hebben geboekt, maar ik had niet verwacht dat we nog altijd zo vroeg wakker zouden worden. Het is 1 uur en 20 minuten rijden naar de ferry terminal dus we starten langzaam op met ‘breakfast with a view’: het belooft een mooie dag te worden. 

 

Na het ontbijt halen we koffie bij het Brew Mountain Cafe op de camping. Nippend aan onze cappuccino beginnen we aan de etappe over de Sea to Sky highway naar Vancouver. Het is ons meteen duidelijk waarom deze snelweg deze naam draagt: het gas hoeft vrijwel niet ingetrapt te worden; we rollen vanzelf naar beneden. Als we bijna in West Vancouver zijn vangen we de eerste glimp op van de zee. 

 

We maken een navigatiefoutje en belanden bij de voetgangersterminal. Een vriendelijke medewerker staat al klaar met een routebeschrijving. Blijkbaar gebeurt dit vaker. We hebben niet veel speling ingecalculeerd en ineens wordt het wel erg krap: als we ons korter dan 30 minuten voor vertrek melden, vervalt onze reservering. In dat geval geldt wie het eerst komt, wie het eerst maalt. We hebben geluk: de rij voor trailers, bussen en RV’s is leeg en we rijden een lange rij auto’s voorbij. We halen het nèt. Volgende keer toch wat eerder vertrekken. 

 

In het zonnetje wachten we op het dek tot we de afvaart. Precies om 11.05 uur beginnen de motoren te draaien. Het waait enorm hard, dus zoeken we een beschut plekje op het zonnedek. Een kleine twee uur later doemen de contouren van Vancouver Island op en mogen we van boord.

 

Via Coastal Highway 19a rijden we naar Campbell River. We stoppen bij Miracle Beach en de Oyster Bay Rest Area om wat zilte lucht op te snuiven. Het kind in mij associeert de zee met ijs en omdat we geen ijssalon tegenkomen, halen we een sundae bij McDonald’s. Deze eten we op vanaf een bankje hij de Campbell River Marina. Daarna is het tijd om onze camping op te zoeken. Onze naam prijkt naast campsite nummer 1 op de lijst met aankomsten van de Quinsam Campground in Elk Falls Provincial Park. De plek ligt direct aan de rivier en ziet er keurig uit: hij is zelfs aangeharkt. 

 

Even nadat we zijn geïnstalleerd stopt een golfkarretje met daarin een medewerkster van de campground om onze reservering te controleren. We vragen of het water diep genoeg is om in te vissen. Dat bevestigt ze. Achteloos voegt ze eraan toe dat de rivier vol zalmen zit dus dat we waarschijnlijk ook nog wel beren zien. We denken even dat we haar niet goed hebben verstaan. In de Rockies stuitten we op de ene waarschuwing na de andere en hier doen ze er zó nonchalant over? De dame haalt haar schouders op. Volgens haar zijn de beren in dit seizoen goed gevoed en hoeven we ons niet zo’n zorgen te maken, ‘al blijven het natuurlijk beren’. Bovendien steken ze bijna nooit de rivier over. Bijna nooit. Oké dan.

 

Ook op deze camping is een fire ban. Omdat we het een beetje jammer vinden om weer niet te kunnen grillen, rijdt Bob naar de Walmart. Een barbecue op gas of eentje op kolen met een bepaald keurmerk mag namelijk wel gebruikt worden. Het is alsof het lot een gemeen spelletje speelt: nog geen vijf minuten nadat Bob is vertrokken, sla ik net de tweede pagina van mijn boek om als ik iets zie bewegen: een beer. Ín de rivier. Hij is echt super dichtbij. Een beetje spannend vind ik het wel, helemaal alleen. Maar toch loop ik ietsje naar de rivier toe om ‘m beter te bekijken én om bewijs voor Bob te schieten. ‘Help’ is in het Engels immers ook ‘help’! 

 

Van lezen komt niks meer terecht. Continu houd ik met een schuin oog de rivier in de gaten. Ik ben zo enthousiast dat ik onze Duitse buren verwittig over de nabijheid van de beer. Ik zie meteen dat wij echt de allerbeste plek hebben: zij zitten ook aan de rivier, maar met een haag van struikgewas ervoor. Onze plek loopt direct af naar de waterkant, zonder afscheiding ertussen. Wat ben ik blij dat ik al in maart de mooiste campingplaatsen heb gereserveerd! Ik loop terug naar onze plek en waag me opnieuw aan het water. Warempel: een nieuw exemplaar dient zich aan. Dit keer aan déze kant van het water. Terwijl ik film loop ik voorzichtig achteruit. Nooit een beer je rug toekeren. De beer heeft geen aandacht voor me en houdt zijn blik op het water gericht. Ondertussen arriveert de Nachbarn en met z’n drieën kijken we toe hoe het dier in het struikgewas verdwijnt. 

 

Als Bob terugkomt is het donker. Ik vraag hem waarom het zo lang duurde en citeer: ‘Ik stond aan de kassa met een cheap-ass barbecue die toch ineens 60 dollar bleek te kosten. Toen viel mijn blik op een kamado in de uitverkoop voor slechts 75 dollar. Ik ben eerst gaan vragen of die prijs wel klopte. Toen de medewerkster dit bevestigde, heb ik ‘m meegenomen.’ Voor omgerekend 51,45 euro hebben we dus een barbecue die bij ons tussen de 500-750 euro zou kosten. Jammer dat ie niet mee kan in het vliegtuig…

 

Het ding moet wel nog even in elkaar geschroefd worden. Bob wil dat uitstellen tot morgen, maar nu wil ik ook burgers van de grill. Ik schijn bij en om 21.30 uur liggen de burgers eindelijk op de grill. En smaken doen ze. Gelukkig blijven we nog een nacht op deze camping en is er dus tijd genoeg om te bedenken hoe we dit ding gaan vervoeren. Touw heeft Bob al meegenomen, nu nog een plek waar we ‘m goed kunnen vastzetten zonder de camper te beschadigen. To be continued!

 

Accommodatie: Quinsam Campground at Elk Falls Provincial Park
Prijs: $28,30  (unserviced)
Faciliteiten: Drinkwater en centrale dumpplek
Ligging: Direct gelegen buiten Campbell River in een prachtig bos
Bijzonderheden: In september heb je een grote kans om beren te spotten vanwege de zalmtrek. Boek tijdig een plek aan de rivier. Site 1 heeft geen afscheiding waardoor je direct op het water kijkt. Echt fantastisch!

Afstand: 260 km

Campbell River

Dinsdag 19 september 2023
Campbell River

 

Het regent als we wakker worden en volgens het weerbericht wordt het pas om 14.00 uur droog. Dat zou perfect uitkomen, want op dat tijdstip heb ik een Wildlife excursie geboekt bij Eagle Eye Adventures. We hebben deze ochtend bewust niks gepland om een beetje bij te tanken. In ontbijt hebben we geen trek na het late avondeten van gister. Een kop koffie en thee gaan er uiteraard wel in. Ik breng Bob zijn volle Yeti cup aan de rivier: hij heeft een bij de Walmart aangeschafte hengel uitgeslagen en staat te vissen op zalm. 

 

Zelf blijf ik liever binnen maar echt rust heb ik niet met al die beren in de buurt: ik ruim de camper op en doe de afwas terwijl ik ondertussen de rivier in de gaten houd. Bob heeft beet: al gauw spartelt er een grote zalm aan zijn hengel. In de categorie ‘goed plan, slechte uitvoering’, realiseert Bob zich dat het fileren van die vis wel een érg ranzig karweitje wordt zonder handschoenen. Gelukkig is de Walmart vlakbij. De zalm wordt schoongemaakt en het afval gaat in een speciale bear proof-vuilnisbak bij de ingang van de camping.

 

Na de eerste zalm bijten ze niet meer, dus rijden we Elk Falls Provincial Park binnen om de watervallen te bekijken. De wandeling naar het viewing platform is 1,2 km enkel. Erna rijden we naar Tim Hortons om te brunchen. Bob gaat voor een hartig broodje en ik stop mezelf vol met veel zoetigheid, waaronder een portie Timbits. Het regent inmiddels heel hard. Ik heb mijn telefoon regelmatig gecheckt maar heb geen e-mail of oproep gekregen van Eagle Eye Adventures, dus we rekenen erop dat de excursie gewoon doorgaat. Iets na 13.30 uur melden we ons op de steiger. Daar wordt ons helaas direct medegedeeld dat de tour van die middag wordt afgelast. Of we willen omboeken naar morgen? We balen, want omboeken gaat niet: morgen hebben we een andere excursie gepland op onze volgende bestemming. Teleurgesteld verlaten we het pand. Een zoekopdracht op TripAdvisor leert ons dat Campbell River behalve wildlife excursies weinig te bieden heeft. Dan maar een drankje bij de Beach Fire Brewing Company. 

 

Na een flight of beers en een huisgemaakte iced tea bedenk ik dat ik wel een stukje kan gaan hardlopen terwijl Bob zijn hengel nog eens uitslaat. Koud, nat en volledig doorweekt keer ik terug op de camping maar na een hete douche in de camper voel ik me als herboren. Bob is ondertussen druk in de weer met het eten: er moeten vier zalmen worden geprepareerd! Terwijl de zalmpakketjes garen op de grill, neemt Bob zijn plek aan de rivier weer in. Ik ga achter hem op een steen zitten om de omgeving op beren te scannen. Samen spotten we uiteindelijk drie beren (of meer waarschijnlijk: twee en een keer dezelfde) en kijken we toe hoe de dieren een spartelende zalm uit de rivier grissen en ermee weglopen. Waanzinnig. Jammer van vanmiddag, maar gelukkig hebben we onze eigen wildlife excursie. 

 

De zalm komt van de kamado en smaakt heerlijk. Met z’n tweeën krijgen we een hele zalm op, de rest gaat in de vriezer. We sluiten de dag af met een Netflix-serie in bed. Onder het genot van een biertje en wijntje, natuurlijk. Even afschakelen van al die spanning en sensatie!

 

Accommodatie: Quinsam Campground at Elk Falls Provincial Park
Prijs: $28,30  (unserviced)
Faciliteiten: Drinkwater en centrale dumpplek
Ligging: Direct gelegen buiten Campbell River in een prachtig bos
Bijzonderheden: In september heb je een grote kans om beren te spotten vanwege de zalmtrek. Boek tijdig een plek aan de rivier. Site 1 heeft geen afscheiding waardoor je direct op het water kijkt. Echt fantastisch!

Afstand: 10 km

Gold River

Woensdag 20 september 2023
Gold River

 

Zo slecht als het weer gisteren was, zo mooi is het vanmorgen. En volgens het weerbericht moet het nog veel beter worden. Daar ben ik heel blij en ook wel opgelucht om, want vandaag is onze trouwdag en heb ik iets leuks gepland: we gaan met een watervliegtuig post bezorgen. Onze ‘Historic Mail Flight’ vertrekt vanuit Gold River en werd mij getipt door mijn collega Susanne, die ‘m zelf ook gedaan heeft.

 

We staan op tijd op omdat we verwachten dat het inladen van de kamado wat voeten in de aarde heeft, maar wonder boven wonder past ie zonder veel gedoe in onze bagageruimte van onze camper. Na een schaaltje yoghurt met fruit maak ik ook nog risotto klaar voor in de vriezer, want onze groenten beginnen slecht te worden. 

 

Na het dumpen en bijvullen van potable water op de centrale plek van de camping zijn we klaar voor vertrek. Het is 1,5 uur rijden naar Gold River maar we calculeren 2,5 uur in: we moeten 30 minuten vooraf aanwezig zijn en dan houden we nog een half uur over om onderweg eens te kunnen stoppen. Voor beren bijvoorbeeld. Je weet maar nooit!

 

Onze route loopt door het prachtige Stathcona Provincial Park en helaas blijkt al gauw dat er weinig te stoppen valt. Ook in deze regio brandt het en we zien bijna niks door de rook. Deze keer kruipt het ook onze neus in. Na een uur rijden door de smog zie ik onze excursie al (letterlijk) in rook opgaan. Ik twijfel zelfs of we niet moeten omdraaien. Hier is geen ontvangst dus misschien kan Air Nootka ons niet bereiken en rijden we dit hele eind helemaal voor niks. Bob blijft positief: na Lillooet was het zicht ook van het ene op het andere moment weer vrij. Hij krijgt gelijk, want met nog 20 minuten op de teller rijden we weer onder een heldere, strakblauwe hemel.

 

We stoppen voor een paar foto’s en drinken een kop koffie bij een leuk klein koffiezaakje. Gold River is een gemoedelijk klein dorpje, veel meer ons ding dan het in onze ogen ongezellige Campbell River. Terwijl we zitten te genieten in het zonnetje realiseert Bob zich dat we de tijd zijn vergeten: we hadden al bij Air Nootka moeten zijn! Echt stom van ons, we snappen beide niet hoe dat heeft kunnen gebeuren. De tijd loopt letterlijk weg hier in Canada. Gelukkig zijn we maar tien minuutjes van het bedrijf verwijderd en hebben we hier wél ontvangst, dus bellen we dat we eraan komen.

 

Er gaan nog vier mensen mee op deze excursie: twee koppels uit Nederland. Scott, onze piloot, doet alle passagiers een zwemvest om en dan klimmen we in het watervliegtuig. Het past allemaal maar net: er is één zitplaats naast de piloot, drie in het midden, twee achterin en daarachter ligt een hele berg pakketjes. De zon staat inmiddels hoog aan de hemel en Scott vertelt dat het een ideale dag is om te vliegen. De vlucht van gisteren werd ook hier geannuleerd door het weer. We stijgen op en vliegen hoog boven zee, beboste eilandjes en schiereilandjes naar onze eerste bestemming: een dokterspost waar Scott de zuster een aantal ‘medical supplies’ brengt. ‘See you next week, honey!’, roept hij vanaf de steiger als hij weer instapt. Één keer in de week krijgt deze gemeenschap dus post, per vliegtuig. Echt bizar.

 

Bij onze volgende stop mogen we uitstappen. Scott voorziet de General Store van het plaatsje Walters Cove van supplies. Tevens dient de winkel als postkantoor en er staat al een aantal dorpsbewoners op de steiger te wachten op brieven en pakketjes. Volgens Scott heeft de winkel geen vaste openingstijden en is ie alleen open nadat hij pakketten heeft gebracht: een paar keer per week een aantal uur in de middag. Walters Cove is echt een paradijs: het is er muisstil en de tijd lijkt te hebben stilgestaan. Scott neemt ons mee naar het strand en laat ons een eeuwenoude boom zien. Daarna kletsen we nog even op de steiger met het stel dat de General Store runt. Deze mensen zijn erg benieuwd naar het leven in Nederland en kunnen hun oren bijna niet geloven als een van de jongens uit de groep vertelt dat hij elke dag verse boodschappen haalt en pas na zijn werk in de auto besluit wat hij die avond wil eten. 

 

Het is tijd om door te vliegen: dit keer zitten wij in het midden. Scott hoopt dat we vanuit de lucht wildlife zullen spotten. Uiteindelijk zien we zee-otters en ook een heleboel zeeleeuwen, maar niet de walvissen waar hij op hoopt. Wel vliegen we over een helderblauwe zee en paradijselijke stranden, waar nooit een mens komt. Afgezien van een paar wandelaars dan: Scott vertelt dat hij gisteren een groepje afgezet heeft dat de Nootka Trail loopt: een vijfdaagse wandeltocht door onbewoond kustgebied. Er is hier letterlijk niks en de hikers worden aan het eind van hun wandeling weer door hem óf door een boot opgehaald. En dan dachten wij dat we plekken bezocht hadden waar doorgaans bijna niemand komt: dit is echt next level. 

 

Na afloop maken we een paar leuke foto’s op de steiger. Wat was dit gaaf! Nu al een hoogtepunt van onze vakantie. In het kantoortje voldoen we de rekening en kletsen we nog even met Angela, de eigenaresse. Onbewust verklapt zij mijn verrassing aan Bob: we slapen vanavond niet in de camper, maar in een hotel. Ik heb een kamer geserveerd in ‘The Lodge at Gold River’. Angela is enthousiast, dus dat is een goed teken. 

 

Een kwartier later rijden we de oprijlaan van The Lodge op. Het centrale gebouw is knus ingericht. Aan de muur prijken jachttrofeeën. We zien een ouderwets bureau, een paar bankstellen, een enorme eettafel en een bar. Helaas lijken we momenteel de enige gasten te zijn en gaat de deur van het hoofdgebouw op slot. Gelukkig is onze kamer ook heel mooi: in de houten cabin staan twee enorme bedden, hardhouten meubelen en er is een enorme stenen haard. Die mogen we alleen niet gebruiken vanwege de fire ban. Via een achterdeur hebben we toegang tot een terrasje waar twee stoelen en een tafeltje staan. Wat heerlijk om hier te relaxen!

 

Bob heeft een beetje trek. Pal tegenover The Lodge zit een restaurant, waar we een drankje drinken en crackers met cheese & spinach dip delen. Dat smaakt, dus maken meteen een reservering voor het avondeten. Veel andere keus is er ook niet: Gold River is maar klein. Dat we de Nederlanders van vanmiddag hier weer treffen, is dus eigenlijk geen verrassing. Tussen het hoofdgerecht en het toetje komt een van de jongens naar ons toe om ons een filmpje te laten zien. Net nadat wij wegreden, hebben zij een beer gespot aan de waterkant. Op hun video zien we hoe de beer het water ingaat en een heel eind zwemt. Wow! Dat we dat hebben gemist, is toch wel een beetje jammer.

 

Het restaurant is al vroeg dicht en dus zitten we om 19.30 uur alweer op onze kamer. We nemen een lange hete douche zonder ons zorgen te hoeven maken over lege water tanks en een beperkte hoeveelheid warm water. Het lukt Bob om verbinding te maken met de flatscreen aan de muur, dus kijken we Netflix vanuit bed. Weer eens wat anders dan op het schermpje van onze telefoon! Tevreden laat ik me in de drie(!) kussens van het hotel wegzakken. Wat een heerlijke onderbreking van onze camperreis en wat een fantástische excursie. Bedankt voor de tip, Suus!

 

Accommodatie: The Lodge at Gold River

Afstand: 110 km

Reisdag naar Pacific Rim National Park

Donderdag 21 september 2023
Reisdag naar Pacific Rim National Park

 

We beginnen in het ritme te komen: vandaag zijn we pas om 08.00 uur wakker. Of zou dat door het heerlijke hotelbed komen? We hoeven pas om 11.00 uur uit te checken dus doen rustig aan. 

 

Bij aankomst werd ons gevraagd hoe laat we gebruik willen maken van de ‘coffee service’. Wij stelden ons een kartonnen beker met koffie voor die bij onze kamer zou worden afgegeven, maar als er tien minuten na het afgesproken tijdstip nog niemand is geweest, gaat Bob maar eens polshoogte nemen. In het centrale gebouw blijkt een tafel voor ons gedekt te zijn en staan behalve de beloofde koffie ook een kan sap en een bord met carrot cake en croissantjes klaar. Wat een verrassing! Het leukst vinden we dat we nu alsnog even in dit vertrek mogen zitten.

 

Na een laatste lange, hete douche bedanken we onze gastheer en stellen we de navigatie in naar onze volgende bestemming: Pacific Rim National Park. Vier uurtjes rijden en qua planning ligt de dag nog open. We maken een tussenstop in Coombs, een grappig hippie-dorpje waar we de tank volgooien en een stop maken bij de Old Country Market. Restaurant en winkel ‘Goats on the roof’, had ik al voorbij zien komen het het reisverslag van mijn collega Karlijn en werd ons nogmaals aanbevolen door piloot Scott. We worden vrolijk begroet door het geblaat van twee geitjes die, zoals de naam doet vermoeden, op het grasdak van het gebouw lopen. Volgens Scott hebben ze bij Goats de lekkerste tortilla’s van heel West-Canada, dus die gaan als eerste in ons mandje. Het is heerlijk weer en hoewel het terras lonkt, besluiten we toch om verder te rijden. We hebben nog veel lekkere dingen in de camper!

 

In Little Qualicum Falls Provincial Park vinden we een fijne picknickplaats aan Cameron Lake. Terwijl ik een kleed uitspreid en onze campingstoeltjes uitklap, maakt Bob hotdogs klaar. Na het eten verruil ik mijn legging en t-shirt voor mijn bikini. Er gaat niks boven zwemmen in een groot, door bergen omgeven meer. Zéker niet met deze temperaturen!

 

We vervolgen onze weg over Hwy 4, die de hele zomer niet of beperkt geopend is geweest door bosbranden en werkzaamheden. Ik kijk er niet vreemd van op als hij binnenkort weer dicht is, want het wegdek is ernstig aan vervanging toe. Na een bobbelige rit bereiken we Ucluelet. Het is nog licht genoeg voor een korte wandeling, dus lopen we beide Rainforest trails van elk 1 kilometer. Wandelend over de boardwalks vangen we onze eerste glimp op van het regenwoud. 

 

Green Point Campground ligt in Pacific Rim National Park. Ik heb plek 80 geboekt, direct gelegen aan de oceaan. Helaas verspert de dichte begroeiing ons het uitzicht en moeten we om de zee te zien alsnog de lange trap naar het strand afdalen. Dat blijkt de moeite waard: de zon is net onder en pootjebadend bewonderen we met een drankje in de hand de prachtige oranje lucht.

 

De elektriciteit wordt aangesloten en de risotto gaat in de magnetron. Wel luxe om op dit late tijdstip niet meer te hoeven koken. We Netflixen nog even en kruipen dan lekker in bed. Benieuwd wat Pacific Rim ons morgen brengt!

 

Accommodatie: Green Point Campground
Prijs: $34,50  (electric)
Faciliteiten: Drinkwater, toiletten, douches en centrale dumpplek
Ligging: Gelegen in Pacific Rim National Park
Bijzonderheden: Mooie groene camping in het ‘regenwoud’ van Pacific Rim. Ligt ongeveer op het midden van Ucluelet en Tofino dus een prettige uitvalsbasis voor beide plaatsen. Via een trap loop je zo het strand op en enkele sites aan de rand van de camping kijken uit op de oceaan.

Afstand: 350 km

Ucluelet

Vrijdag 22 september 2023
Ucluclet

 

We beginnen de dag met het omboeken van onze ferry-overtocht. Rijden op Vancouver Island is niet hetzelfde als rijden op het vasteland, vinden wij. Na onze ritten over lege, brede wegen in de Rockies, valt het rijden over de bobbelige wegen van Vancouver Island ons een beetje tegen. Hier geen prachtige vergezichten maar vooral bomen, bomen en nog eens bomen. Ook mooi, maar dan is vijf uur rijden ineens best lang. We schrappen daarom ons bezoek aan Victoria en besluiten de ferry naar Vancouver niet vanuit de hoofdstad, maar vanuit Nanaimo te nemen. De camping die ik bij Victoria op het oog had is first come, first serve, dus dat is weer een meevaller.

 

Voorlopig hoeven we nog niet te denken aan overtochten: na een heerlijk pannekoekenontbijt staat ons een zonnige dag in Ucluelet te wachten. De naam Ucluelet is van indiaanse oorsprong en betekent ‘veilige haven’. Het zou vandaag voorlopig de laatste mooie dag worden en dat komt goed uit, want we wandelen deze middag de Wild Pacific Trail. Die loopt langs de ruige westkust van Vancouver Island en biedt volgens de informatieflyer die we in het Visitor Centre krijgen, panoramische uitzichten op de Barkley Sound en de Broken Group Islands.

 

We parkeren de camper aan de kant van de weg bij de Acient Cedars junction en terwijl we lopen over de Rocky Bluffs, vangen we de eerste glimp op van de oceaan en de ruige kliffen. We vervolgen onze weg via de Artist Loops en genieten van het uitzicht op de blauwe lucht, de kustlijn en de schepen in de verte. We spotten zelfs wildlife: een bijzonder gekleurde slak en een kleine slang die voor mijn voeten wegschiet over het pad. 

 

Na ongeveer 7,5 km bereiken we Big Beach. Dit gedeelte van de trail loopt over het strand. We wandelen naar een scheepswrak en lezen op een informatiebord dat de westkust van Vancouver Island ook wel de ‘Graveyard of the Pacific’ wordt genoemd. Ruige riffen, zandbanken, getijdescheuren en onvoorspelbare weersomstandigheden zoals storm en mist zijn verantwoordelijk voor het vergaan van meer dan 2000 schepen sinds de 18e eeuw. Hoewel de dichte mist hier het uitzicht belemmert, vinden we dit het mooiste stukje van de wandeling: ruig, ongerept en mysterieus. 

 

Op de terugweg blijkt ook de rest van de trail in mist gehuld te zijn. Het doet sprookjesachtig aan. Dat geldt eigenlijk voor het hele regenwoud: hele stukken lijken haast nep en meer dan eens hebben we het gevoel dat we beland zijn in de Efteling. Het is dat de aapjes en bontgekleurde kaketoes ontbreken, anders zou je je zo in Azië of op de Caraïben wanen.

 

We rijden naar het schiereiland waar we de Lighthouse Loop toevoegen aan onze sportieve activiteit. Onderweg horen we het geluid van zeehonden, maar helaas spotten we ze nergens. Ook wanneer we later naar de haven van Ucluelet lopen, blijft het geluid ons achtervolgen. We vragen de serveerster van Floathouse Patio & Grill waar we de dieren kunnen spotten. Helaas geeft ze aan dat ze niet liggen op een vaste plek, maar zich vrij door de haven bewegen. Om ze te zien, moeten we dus geluk hebben. De verrukkelijke seafood chowder die we bestellen, is meer bevredigend dan haar antwoord.

 

We doen nog een afzakkertje in de Ucluelet Brewing Company en rijden dan naar Tofino, dat bekend staat om zijn mooie stranden. Morgen wordt het vies weer, dus willen we vandaag alles eruit halen wat erin zit. De tante van Bob liet ons weten dat ze Chestermans Beach zo mooi vond, dus kiezen we deze plek uit voor een korte strandwandeling. De zon is net onder dus ook hier worden we getrakteerd op een mooie lucht. 

 

Op de camping steekt Bob de kamado aan: dat zal de komende dagen ook wel niks worden in de regen. Het worden burgers, want de slager op de farmers market in Clearwater blijkt ons geen steak, maar gehakt te hebben verkocht. De avond wordt afgesloten met een potje Clever en een aflevering van de serie die we momenteel kijken. Buiten is het muisstil, op het geluid van de golven na. Moeilijk voor te stellen dat het weer zo drastisch zal omslaan.

 

Accommodatie: Green Point Campground
Prijs: $34,50  (electric)
Faciliteiten: Drinkwater, toiletten, douches en centrale dumpplek
Ligging: Gelegen in Pacific Rim National Park
Bijzonderheden: Mooie groene camping in het ‘regenwoud’ van Pacific Rim. Ligt ongeveer op het midden van Ucluelet en Tofino dus een prettige uitvalsbasis voor beide plaatsen. Via een trap loop je zo het strand op en enkele sites aan de rand van de camping kijken uit op de oceaan.

Afstand: 50 km

Reisdag van Tofino naar Vancouver

Zaterdag 23 september 2023
Reisdag van Tofino naar Vancouver

 

En omslaan doet het. Wanneer we wakker worden merk ik nog optimistisch op dat het droog is; even later is het alsof er een kraan wordt opengedraaid. Met het tikkende geluid van regen op de achtergrond eten we samen knäckebröd voor het ontbijt waarna Bob wat administratie wegwerkt en ik douche en de afwas doe. 

 

In de regen dumpen we ons grijs en zwart water bij het dumping station. Daarna verlaten we Green Point Campground en zetten we koers naar Tofino. Wonder boven wonder klaart het een beetje op. We vinden een parkeerplaats voor de camper en struinen door de badplaats. De farmer’s market stelt weinig voor maar de vele souvenirwinkels, surfscholen en koffietentjes ogen gezellig. Ik vermaak me even in een boekwinkel alvorens we een coffee to go halen en concluderen dat we het wel gezien hebben hier. Het blijft druilerig dus een wildlife tour is geen optie en om in de regen over het strand te lopen…

 

In de camper overwegen we onze opties. Het is bijna vloeken in de kerk, maar eigenlijk komt het erop neer dat Bob en ik Vancouver Island niet zo leuk vinden. Het weer speelt ongetwijfeld mee, maar beide hebben we de afgelopen dagen naar de Rockies verlangd. Ken je de uitdrukking ‘The mountains are calling and I must go’? Dat dus. Ieder zijn ding, en Vancouver Island is niet het onze. We besluiten te kijken of we vandaag nog naar het vasteland kunnen. Toevallig heeft BC Ferries een tijdslot vrij om 18.05 uur vanavond: een prima tijd. Omboeken gaat wederom makkelijk, we betalen alleen wijzigingskosten van 5 dollar. Terwijl Bob koers zet naar Nanaimo, mail ik onze camping in Vancouver of we onze reservering een dag kunnen verschuiven. Een half uurtje later heb ik al antwoord: geregeld. 

 

Drie uur later arriveren we in Nanaimo. We hebben twee uur te doden, dus struinen we door het Old City Quarter. Erg leuk is het hier: de straatjes zijn gevuld met vintage winkeltjes en kroegjes. We drinken een drankje bij een craft beer café en bestellen, nu we nog aan de kust zijn, opnieuw een clam chowder. Deze haalt het niet bij die van gisteren maar in elk geval zijn onze magen weer gevuld. We winkelen nog even en begeven ons dan naar Departure Bay, waar we drie kwartier voor de afvaart arriveren. In elk geval zijn we dit keer ruim op tijd.

 

Aan boord eten we uit verveling een aangebroken zak chips leeg en spelen we twee spelletjes Clever. Na een portie zoete aardappel frietjes en een kwartiertje Netflix mogen we de camper weer opzoeken. Een klein half uur later arriveren we op onze campground: Capilano River RV Park. Voor een stadscamping heel netjes en mét zwembad en whirlpool. Die laatste is nog een half uur open, dus voordat de camper goed en wel geparkeerd staat, zitten wij al te bubbelen. Onder het genot van een biertje en wijntje, natuurlijk. We sluiten de avond af in de camper, waar we plannen smeden voor morgen. Lekker een dagje de stad in en dan door naar de bergen. Ik kan niet wachten!

 

Accommodatie: Capilano River RV Park
Prijs: $84  (full hook-up)
Faciliteiten: Drinkwater, toiletten, douches, whirlpool, wasserette, buitenzwembad, speeltuin, centrale dumpplek
Ligging: Stadscamping op een steenworp afstand van Vancouver
Bijzonderheden: Een stadscamping verdient in de regel geen schoonheidsprijs maar toch heb ik niks aan te merken op Capilano River RV Park. Een zeer nette, weliswaar stedelijk gelegen camping op een a-locatie en met fijne faciliteiten. Wij vonden de sites rondom 52 ideaal omdat je daar alle ruimte hebt om met de camper in te draaien en te steken.

Afstand: 240 km

Vancouver

Zaterdag 24 september 2023
Vancouver

 

We blijven het slechte weer voor en worden wakker onder een hemel die langzaam maar zeker lichtblauw kleurt. Na het ontbijt bestellen we een Uber die ons ophaalt op de camping en ons naar een fietsverhuur in het centrum van Vancouver brengt. Onze chauffeur lijkt er niet bijzonder veel zin in te hebben en merkt tijdens de rit door Stanley Park diverse keren op dat daar ook een heleboel fietsverhuurders zitten. 

 

We worden afgezet voor het Fairmont Hotel in downtown en lopen de laatste meters. De vriendelijke medewerker van Cycle City Tours & Rentals helpt ons met de huur van twee stadsfietsen die we vandaag 5 uur tot onze beschikking hebben. We gaan de Vancouver Seawall ontdekken: een geasfalteerd pad dat zich ongeveer 28 km rond de waterkant van de stad uitstrekt. Voetgangers en fietsers kunnen via deze route genieten van uitzichten over de North Shore Mountains, de Lions Gate Bridge en de skyline van het centrum van Vancouver. 

 

Op onze huurfietsen zetten we koers naar Stanley Park. Fietsen in Vancouver blijkt verrassend eenvoudig: overal zijn fietspaden en als fietser krijg je voorrang op automobilisten. Van de verhuurder hebben we een fietskaart meegekregen van de stad en daarmee vinden we gemakkelijk de weg. Eenmaal in Stanley Park hoeven we alleen de Seawall te volgen. Het is intussen lekker weer: droog en niet te warm of te koud om te fietsen. Vanaf onze stalen rossen genieten we van het uitzicht op het water, de paardenkoetsen in het park en de vele sportievelingen: fietsers, hardlopers en skaters. Na ongeveer 12,5 km lassen we een eerste stop in: bij de Stanley Park Brewing Company drinken we een lekker drankje in de zon. Trek hebben we inmiddels ook wel, maar lunchen doen we op Granville Island Market. Daar arriveren we na nog eens 10 km. We parkeren onze fietsen en kijken onze ogen uit in de overdekte markthallen. Voedsel uit alle windstreken wordt hier verkocht en het is nog lastig kiezen. Uiteindelijk gaan we beide voor een pot pie en een stuk taart na. 

 

We struinen nog even over de markt en wandelen dan naar de Granville Island Brewery om de dorst te lessen. Dan is het tijd  om terug naar het centrum te fietsen. Na een klim over de Granville Street Bridge leveren we de fietsen in en haasten we ons te voet naar onze volgende activiteit: een stadswandeling door stadsdeel Gastown met Forbidden Vancouver Walking Tours. Gids Roan vertelt ons de komende twee uur over het roerige verleden rondom de drooglegging in British Columbia. Talloze manieren waarop de inwoners van Vancouver toch aan alcohol probeerden te komen, passeren de revue. Ook licht Roan allerlei historische plekken en gebouwen uit die we zelf straal voorbij zouden zijn gelopen. Hij vertelt met veel passie en humor en allebei zijn we heel enthousiast. Wat een leuke manier om iets te weten te komen over de stad! 

 

Na de tour wil ik nog even downtown in: we hebben vandaag veel van de waterkant gezien en hebben Gastown verkend, maar de binenstad hebben we nog niet ontdekt. Het wordt een korte wandeling door winkelgebied Robson Street. Nu we hier toch zijn wil ik ook Granville Street zien, Vancouvers entertainment district. De vele bars, cafés en restaurants zien er uitnodigend uit. Zelf hebben we inmiddels ook wel honger. Ook regent het al een tijdje, dus besluiten we op zoek te gaan naar een leuk restaurant in Gastown. Dit authentieke stadsdeel trekt ons het meest met z’n victoriaanse gebouwen en mix van oud en nieuw. 

 

Ik heb zin in pizza en met behulp van Tripsdvisor vindt Bob een Italiaan, waar we na heerlijke gehaktballetjes in tomatensaus, een haast nog lekkerdere pizza eten. We zijn ervan overtuigd dat een dessert er niet bij past, maar dan staat ineens één van de koks aan onze tafel met een ijsje van het huis, ‘omdat hij ons zo’n leuk koppel vindt’. Zo’n vriendelijke geste slaan we niet af! Na een espresso en cappuccino rollen we bijna de Uber in die ons terug naar de camping rijdt. 

 

Tevreden blikken we terug op een superleuke dag. Ik vind Vancouver echt een heel leuke stad, leuker nog dan ik me had voorgesteld. De verhalen over de vele daklozen hadden me een beetje huiverig gemaakt voor wat we zouden aantreffen, maar eigenlijk hebben we overdag nauwelijks drugsverslaafden gezien. ‘s Avonds komen ze wel tevoorschijn, dus mijd de stad in de avond als je het niet prettig vindt om met dit verschijnsel geconfronteerd te worden.

 

In de camper kijken we de ontknoping van onze Netflix-serie terwijl in de wasserette twee wasjes draaien. Jammer dat de hot tub al gesloten is. Wie weet kunnen we morgenochtend nog even bubbelen!

 

Accommodatie: Capilano River RV Park
Prijs: $84  (full hook-up)
Faciliteiten: Drinkwater, toiletten, douches, whirlpool, wasserette, buitenzwembad, speeltuin, centrale dumpplek
Ligging: Stadscamping op een steenworp afstand van Vancouver
Bijzonderheden: Een stadscamping verdient in de regel geen schoonheidsprijs maar toch heb ik niks aan te merken op Capilano River RV Park. Een zeer nette, weliswaar stedelijk gelegen camping op een a-locatie en met fijne faciliteiten. Wij vonden de sites rondom 52 ideaal omdat je daar alle ruimte hebt om met de camper in te draaien en te steken.

Reisdag naar Revelstoke

Zondag 25 september 2023
Reisdag naar Revelstoke

 

Wat zijn we blij dat we ons bezoek aan Vancouver een dag vervroegd hebben! Het regent als we wakker worden en opnieuw stellen we onze plannen bij: met 90% kans op neerslag is het geen weer om te kajakken, de Capilano hangbrug te bezoeken of de kabelbaan naar Grouse Mountain te nemen. Ik schrijf een berichtje op een West-Canada groep op Facebook met de vraag of iemand onze campingreservering van vanavond wil overnemen. Geld krijgen we niet meer terug dus wie weet wil iemand anders vannacht overnachten op Cultus Lake Provincial Park.

 

Zelf besluiten we te gaan voor wat kilometers op de teller: misschien kunnen we de regen afschudden. Ik trek eerst een half uur baantjes in het verwarmde zwembad van de camping en dan stellen we de navigatie in op Revelstoke. Een pittige reisafstand, maar gelukkig kunnen we elkaar afwisselen. Gezien het troosteloze weer wordt het geen mooie trip langs Osoyoos en wijnregio Okanagan; wij gaan voor de snelste route: via Abbotsford, Hope en Kamloops. Hoe eerder we de zon vinden, hoe beter. 

 

Helaas: als we Revelstoke bereiken, regent het nog altijd. Een dikke mist ontneemt ons het zicht op de gelijknamige berg. Ik ben er echt teleurgesteld om: ik ken de foto’s van Revelstoke onder betere omstandigheden en het nationale park is adembenemend. Niet vandaag. In een poging nog iets van de dag te maken, rijden we op goed geluk naar de First come, first serve camping bij de Halfway Hot Springs. Die heeft plek voor ons, maar we verliezen wel veel tijd: Hwy 23 wordt onderbroken door water en we moeten vanaf Shelter Bay de ferry nemen. Uiteraard is die net vertrokken: just our luck. Bob besteedt de tijd nuttig en maakt een heerlijke pasta met zelf gevangen zalm terwijl we wachten.

 

Halfway Hot Springs was ooit volledig natuurlijk, maar wordt sinds 2016 onderhouden door BC Recreation Sites and Trails. Dat geldt ook voor de bijbehorende camping: we betalen host Byron 20 dollar cash en krijgen een plek toegewezen. Vervolgens legt hij ons uit hoe we bij de hot springs komen. Door het donker dalen we even later 150 traptreden af in de richting van een kletterende rivier. Na een kleine tien minuten arriveren we op de plaats van bestemming. In de houten omkleedruimte verruilen we onze kleding voor onze bikini en zwembroek. Even later plonsen we met een drankje in de hand in de hot springs. Om het water is een rand en een soort bank van stenen gemaakt, waardoor je gemakkelijk kunt zitten. Het ziet er natuurlijk uit, maar is net wat té gelikt om door de natuur te zijn gemaakt. Ook een metalen toevoer verraadt de inmenging van BC Recreation Sites & Trails. Geen probleem: dat betekent ook dat er geen zwerfvuil ligt. Ook hoor je ons niet klagen over de aangelegde trappen die we net zijn afgedaald. Een steile helling zou met dit natte weer toch wat lastiger te trotseren zijn geweest. 

 

De weergoden zijn ons voor het eerst vandaag gunstig gestemd: terwijl we genieten van het warme water, blijft het zowaar droog. Byron heeft ons toestemming gegeven om een vuur te maken, dus bij terugkomst kunnen we zelfs nog even buiten zitten. Bob geniet van de vlammen terwijl ik de afwas wegwerk: het ruikt in de camper naar vis. Niet perse een geur waar ik in wil slapen. Dat laatste doen we heerlijk op deze idyllische campground. Is die de met de terugreis meegerekende omweg van zo’n 3 uur waard? Waarschijnlijk niet. Maar wat moet je anders met zo’n weer?

 

Accommodatie: Halfway Hot Springs
Prijs: $20 (unserviced)
Faciliteiten: Geen (tenzij je de natuurlijke hot springs meetelt)
Ligging: Gelegen in regio Revelstoke, via die kant enkel te bereiken met een pontje dat eens per uur vaart. Om bij de recreation site te komen, volg je een onverhard pad. Let op: niet alle camperverhuurders staan rijden over onverharde wegen toe. Check altijd je contract voordat je offroad gaat.
Bijzonderheden: Halfway Hot Springs zijn enkele natuurlijke warmwaterbaden die worden onderhouden door BC Recreation Sites & Trails. Via de camping loop je er zo naartoe en bij de hot springs vind je een omkleedcabine. Gebruik op eigen risico. Er is geen mobiel bereik op deze recreation site of op de camping.

Afstand: 650 km

Reisdag naar Banff National Park

Maandag 26 september 2023
Reisdag naar Banff National Park

 

Onder het mom ‘nat word ik toch’, begin ik de dag met een wandeling naar de hot springs door de stromende regen. Bob heeft geen zin om mee te gaan. Ik lijk ze voor mezelf te hebben, maar de kleding aan de haakjes verraadt de aanwezigheid van andere mensen. Terwijl ik lig te bubbelen, komen de eigenaren van de kleidngstukken tevoorschijn. We kletsen gezellig terwijl host Byron achter ons één van de hot springs laat leeglopen en de stenen bewerkt met de hogedrukreiniger. De opa van de vrouw met wie ik praat is van Nederlandse afkomst en we praten over Aalsmeer, waar zij al diverse keren is geweest. Wat is de wereld toch klein.

 

Ondanks de regen wordt het steeds drukker bij de hot springs. Ik ontmoet een koppel uit Vancouver Island dat op bezoek is bij hun vriend in Revelstoke. Die informeert mij dat juist regenachtige dagen de beste zijn om hier te komen badderen. Ik geloof hem direct: het is niks koud en het bad waarvan de temperatuur gisteren ondraaglijk was, voelt nu aangenaam.

 

Bob trotseert de regen om te komen kijken waar ik blijf. Zijn timing is perfect: ik ben me net aan het aankleden. Samen trotseren we de trappen die naar de camping leiden. Even later rijden we het kronkelende pad omlaag richting de grote weg. Halverwege zien we een auto die van de weg is geraakt. Dat is even schrikken, maar gelukkig gaat alles goed met de inzittenden. Een eerdere voorbijganger heeft hen beloofd hulp te regelen, dus ons aanbod om mee te rijden wordt vriendelijk afgeslagen. Er is hier geen mobiel bereik dus we hopen voor ze dat die passant woord houdt en dat de takelwagen gauw arriveert.

 

Door dit oponthoud vaart de ferry net voor onze neus weg. Geeft niet: het is niet dat we echte plannen hebben vandaag. Volgens ons oorspronkelijke reisschema zouden we nu nog in Vancouver zijn en de komende dagen Mount Revelstoke National Park en Glacier National Park bezoeken. De komende dagen lijkt er hier in de buurt echter geen enkele plek te zijn waar het níet regent, dus we hebben ons er al bij neergelegd dat dat niks wordt en we de kampeergelden voor die paar campingovernachtingen kwijt zijn. Liever brengen we onze laatste vakantiedagen door in de zon. Die zou pas weer schijnen in Banff, dus dat wordt ons nieuwe uitgangspunt. Geen straf, ondanks dat we hier al geweest zijn: we zijn beide dol op de Rockies.

 

In nationaal park Mount Revelstoke rijd ik tegen beter weten in de 26 km lange Meadows in the Sky Parkway op. Na het eerste uitzichtpunt draaien we toch maar om: dit heeft totaal geen zin. Ook op de route naar Glacier is er, behalve onze overuren draaiende ruitenwissers, weinig te zien. Eenmaal in het park wordt het er niet beter op: laag hangende dikke, grijze wolken ontnemen ons het zicht op de bergtoppen. Met veel pijn en moeite ontwaar ik één enkele gletsjer in de mist.

 

De voorgenomen wandelingen in Glacier worden geschrapt uit het reisplan, net als het uitzicht over de Rogers Pass. Door werkzaamheden is één weghelft dicht en verkeersregelaars manen ons elke paar kilometer tot stilstand. Het is echt jammer dat het zicht zo slecht is, anders hadden we dubbel zo lang kunnen genieten van dit ritje. Wanneer we bijna in Golden zijn, schijnt er eigenlijk licht aan het eind van de tunnel: in de verte zien we een streepje zon dat groter wordt naarmate we dichterbij komen. De ruige bergtoppen van de Rocky Mountains doemen op, gehuld in dikke witte sluierbewolking en afgetekend tegen een - jawel - blauwe lucht. Dat geeft de burger moed. Even later laten we de grijze mistflarden achter ons. In Golden schijnt, hoe toepasselijk, dan eindelijk de zon. Er wordt koffie gescoord bij Tim Hortons en Bob haalt wat boodschappen terwijl ik uitzoek waar we vannacht willen overnachten. 

 

Highway 1 tussen Golden en Banff is helaas gesloten, waardoor de rit aanzienlijk verlengd wordt. Gelukkig is de etappe over Hwy 93 en Hwy 95 prachtig om te rijden. Eindelijk zijn daar weer de mooie vergezichten op de bergen en de rivieren van helderblauw gletsjerwater. Langzaam maar zeker vinden we ons goede humeur terug.

 

Terwijl de zon ondergaat, maken we een nostalgische rit door Kootenay National Park; in 2017 onze eerste kennismaking met West-Canada. We passeren Olive Lake, het eerste groenblauwe meer dat we destijds zagen. De zon gaat onder en na een fotostop vervolgen we onze weg langs de Paint Pots en Marble Canyon. De herfst doet haar intrede en we genieten van een palet aan gekleurde bomen, struiken en grassen. Mijn poging om wild te spotten draait helaas op niks uit.

 

In Banff gooien we de tank vol waarna we naar Tunnel Mountain Village 1 Campground rijden. Die heeft een plekje voor ons vrij. Ik verwarm risotto uit de vriezer zonder magnetron aangezien we hier unserviced staan. In Alberta is geen fire ban, dus Bob maakt een vuur. Helaas gooit de regen alweer roet in het eten. Ik neem het hazenpad en ga binnen zitten lezen. Bob houdt het wat langer vol maar gooit even later ook de handdoek in de ring. We proberen er niet teveel om te treuren: de weersverwachting voor morgen en overmorgen is goed. Hopelijk kunnen we ons kampeeravontuur droog afsluiten!

 

Accommodatie: Tunnel Mountain Village 1 Campground
Prijs:
$44,50  (unserviced)
Faciliteiten:
Drinkwater, toiletten, douches, centrale dumpplek
Ligging:
Gelegen op een steenworp afstand van Banff Village in een prachtige bosrijke omgeving
Bijzonderheden:
Er zijn drie Tunnel Mountain Village Campgrounds, waarvan Tunnel Mountain Village 1 met stip de mooiste plekken biedt. Daarvoor sta je wel unserviced.

Afstand: 485 km

Banff National Park

Dinsdag 27 september 2023
Banff National Park

 

De Canadese Piet Paulusma krijgt gelijk: we worden wakker onder een blauwe lucht. Terwijl we aan onze picknicktafel genieten van een kommetje yoghurt, komt de zon tevoorschijn. We zijn gecharmeerd van Tunnel Mountain Village 1 en boeken via de website twee nachten bij. De reserveringen die ik al had gemaakt voor vannacht en morgen, geef ik weg via een West-Canada reisgroep op Facebook. In elk geval is dat geld niet helemaal weggegooid.

 

Gehuld in onze outdoor outfits rijden we naar het Visitor Centre voor inlichtingen over wandelingen. Er staan drie werknemers achter de balie: twee dames in rangeruitrusting en één man van BanffNow die er alles behalve sportief uitziet. Ongeduldig probeert Bob met pure wilskracht de conversaties van de rangers te versnellen, maar uiteindelijk moeten we het toch doen met meneer BanffNow. Die adviseert ons eerst een wandeling van 1,2 km en wijst na enig aandringen de enige twee wandelingen die als ‘hard’ staan aangemerkt aan op de kaart. Die hadden wij zelf ook wel kunnen vinden, maar in elk geval hebben we nu een overzicht van de routes. We vragen welke van de twee routes het meest de moeite waard is. Uit zijn antwoord blijkt dat hij geen idee heeft. Desondanks vertrekken we met de camper naar een van de startpunten. Dat blijkt afgezet. Zucht. Hartelijk bedankt voor deze info, meneer. We rijden terug naar Banff Village, kopen een buskaart en melden ons even later bij de Banff Information Kiosk aan de Railway Avenue. Daar weten ze vast welke lijn we moeten nemen. 

 

De dienstdoende ranger kijkt alsof hij water ziet branden: blijkbaar is de wandeling die we willen doen helemaal niet toegankelijk en mag de andere dit seizoen alleen in groepen van minimaal vier personen gelopen worden. Dit vanwege het vele wildlife in het gebied waar de trail loopt. We zijn dus een buskaart en ruim 60 minuten verder en hebben nog altijd geen daginvulling. Gelukkig heeft deze ranger wel verstand van zaken. Hij zoekt een hike voor vandaag én morgen voor ons uit en belooft terug te koppelen dat we foutief geïnformeerd zijn. Ik hoop dat hij woord houdt: er is een reden dat bepaalde wandelingen alleen in groepen mogen worden gelopen. Juist voor dit soort info over actuele omstandigheden, bezoeken wij áltijd een Visitor Centre. 

 

We nemen de bus naar de Banff Gondola, het startpunt van de 12 km lange Sulphur Mountain trail. Volgens de ranger een ‘moderate’ hike en één van de meest belopen trails van Banff, maar desondanks de moeite waard: boven worden wandelaars getrakteerd op een 360 graden uitzicht. Daar doen we het voor! We beginnen aan de klim. Heel moderate vinden we de tocht niet: de stijging is misschien een beetje pittig, maar de trail is enorm goed begaanbaar en eigenlijk heel rechttoe rechtaan. Naar onze mening biedt ie weinig uitdaging. Toch moeten we de ranger ook gelijk geven: het is werkelijk prachtig boven. Al is tijd ook geld… Wanneer je maar één dag in Banff te besteden hebt, is de gondola geen gek idee; vanuit de kabelbaan word je op precies hetzelfde uitzicht getrakteerd. 

 

Boven op Sulphur Mountain verorberen we onze lunch van brood met spek en ei. Daarna vluchten we de souvenirshop in: wat is het koud hierboven! Ik koop een paar handwarmers om mijn verkleumde vingers te ontdooien. Na de afdaling brengt de bus ons naar Banff Village. Daar toosten we op 1 hoog op onze prestatie: we hebben iets meer dan 3 uur gelopen terwijl er 4,5 uur staat voor deze hike. Niet slecht, al zeggen we het zelf. Vanaf onze positie bekijken we het winkelend publiek en de vele bergtoppen waardoor het dorp wordt omringd. We nemen een kleine snack en rijden dan terug naar de camping voor het avondeten. 

 

In de buurt van Tunnel Mountain spotten we een heleboel elk. Echt gaaf: terwijl we toekijken, beginnen twee mannetjes met elkaar te vechten. Een derde gaat iets door zijn knieën, tovert zijn ‘slurf’ tevoorschijn en begint dan al zwaaiend over zichzelf heen te plassen. We checken bij elkaar of we dit nu goed zien. En ja hoor: Google vertelt ons dat de stieren dit doen om vrouwtjes aan te trekken. Wij hebben tijdens voorgaande reizen al heel wat elk gespot, maar zoiets als dit nog nooit gezien. Heel bijzonder!

 

Voor de verandering is het nog licht als we even later op de camping arriveren. Na een korte stop bij de houtstapel wachten we op onze site tot de kamado op temperatuur is. Het kampvuur knispert en eindelijk is ie daar: de biefstuk waar ik me al sinds Vancouver Island op verheug. We sluiten de dag af met een verrukkelijk maal en een warme douche in het toiletgebouw. Wat was het een heerlijke dag!

 

Accommodatie: Tunnel Mountain Village 1 Campground
Prijs: $44,50  (unserviced)
Faciliteiten: Drinkwater, toiletten, douches, centrale dumpplek
Ligging: Gelegen op een steenworp afstand van Banff Village in een prachtige bosrijke omgeving
Bijzonderheden: Er zijn drie Tunnel Mountain Village Campgrounds, waarvan Tunnel Mountain Village 1 met stip de mooiste plekken biedt. Daarvoor sta je wel unserviced.

Banff National Park

Woensdag 28 september 2023
Banff National Park

 

Geïnspireerd door collega Rick die momenteel ook met de camper door West-Canada reist, eten we Eggo’s als ontbijt. Niet écht een culinair hoogstandje blijkt, maar wel erg Noord-Amerikaans. Draagt bij aan de beleving, zullen we maar zeggen.

 

Na het ontbijt zet Bob zijn kamado en vishengel aan de weg met een briefje met daarop de woorden ‘for sale’, gevolgd door zijn telefoonnummer. Dan haalt hij in Banff Village een cappuccino voor mij en broodjes om tijdens onze voorgenomen hike te eten. Ik pas op de camper en verplaats deze als een vriendelijke Canadees me komt vertellen dat je in Canada niet tegen de rijrichting in mag parkeren. Als ik de man moet geloven, kost een boete 60 dollar. Die weten we beter te besteden.

 

We rijden naar het startpunt van de 16,5 km lange Twin Lakes Hike. Deze loopt op de grens van Banff en Kootenay en doet vier meren aan. Hikers trotseren 1158 hoogtemeters terwijl ze genieten van uitzichten op de Bow Valley én, in dit seizoen, gouden lariksbomen. De bijzondere lariksboom uit de coniferenfamilie laat in de winter zijn naalden vallen. Van het voorjaar tot eind september draagt de ‘larch tree’ een groen naaldenpak dat eind september, begin oktober, goud kleurt. We zijn dus precies op tijd! 

 

De wandeling begint bij Vista Lake Viewpoint, waar we een plek bemachtigen op de kleine parkeerplaats. Er worden broodjes gesmeerd en dan zijn we klaar voor vertrek. We dalen af door een mooi bos en genieten van uitzichten op Vista Lake aan onze rechterhand. Al gauw zet de stijging in. Die is pittig - echt pittig. Hierbij vergeleken is de Sulphur Mountain hike een peulenschil. Er wordt niet veel gesproken terwijl we voetje voor voetje meters maken over het rotsachtige pad. Af en toe een adempauze, af en toe een fotostop. Tijdens onze klim spotten we eekhoorns, chipmunks en zelfs een fazant. 

 

Na een strijd waar geen eind aan lijkt te komen, arriveren na ruim 5 km we bij het eerste ‘Point of interest’: Arnica Lake. Dit gletsjermeer is een plaatje in deze tijd van het jaar: afgetekend tegen de majestueuze Rockies wordt het meer omgeven door honderden gekleurde larch trees. We pauzeren even voor een paar foto’s en om ons warm aan te kleden. Trotseerden we de berg net nog in onze t-shirts, hier gaan de vesten en even later de jassen en handschoenen aan. Het is koud en wat eerst regen lijkt, blijkt natte sneeuw. Dat is een gelukje: de vlokjes stuiteren van onze kleding waardoor we niet heel erg nat worden. Gestaag zetten we de wandeling voort richting de meren waar we voor kwamen: Upper Twin Lake en Lower Twin Lake. Na een kilometer of 2 stijgen en dalen, ontwaren we Upper Twin Lake tussen de bomen. Dit olijfgroene meer is werkelijk een plaatje. Het ligt in een enorm geel grasveld vol uitgebloeide wilde bloemen. Wat zal het hier in het voorjaar mooi zijn! 

 

Aan het meer nemen we de tijd voor een lunchpauze. Die broodjes gaan er wel in! Via een backcountry campground lopen we even later naar Lower Twin Lake. Voor het eerst ben ik een beetje bang: we zijn echt heel diep in het bos en hebben al lang geen andere wandelaar meer gezien. Dit deel van de route is wild, ongerept en we zien sporen van beren. Ik hoop maar dat we onze bear spray niet hoeven te gebruiken. 

 

Via een bruggetje, of beter gezegd: een houten balk, arriveren we bij Lower Twin Lake. Naar onze mening is die niet echt bijzonder na de meren die we al gepasseerd zijn. We maken vrijwel direct rechtsomkeert: de sneeuwvlokken waaien steeds heviger om ons heen en we moeten nog een heel eind terug. Na een paar pittige hellingen en een prachtig veld vol gele larch trees, arriveren we op het pad naar beneden. De daling gaat maar ietsje sneller dan de klim: het pad is enorm rotsachtig en glibberig door de modder. Uiteindelijk zijn we niet ontevreden over het tijdstip waarop we Vista Lake weer bereiken. Helaas begint het te stortregenen wanneer we nog maar 1,5 km hebben te gaan. Ondanks dat we nog een stukje moeten klimmen, zetten we een tandje bij. Om vervolgens alsnog op zoek te moeten naar een handdoek in de camper. Achja, we mogen niet klagen. We hebben larch trees en sneeuw gezien en zoals Bob opmerkt: het had ook de hele wandeling hard kunnen regenen.

 

Na de wandeling van uiteindelijk 17,3 km drogen we ons af en trekken we andere kleren aan. Dan rijden we terug naar Banff, waar ik op souvenir spree wil. Onderweg worden we getrakteerd op een prachtige heldere regenboog en wanneer we de camper parkeren, staan we oog in oog met een paar nieuwsgierige elk. Gauw leggen we op de gevoelige plaat vast hoe deze langs de geparkeerde RV’s wandelen. 

 

De souvenirjacht gaat voorspoedig en al na drie winkels ben ik voorzien van items om ons later te herinneren aan deze camperreis. Het is intussen echt koud geworden en beide hebben we niet zo’n zin om nog te barbecueën. Niet in de laatste plaats omdat we daarvoor ook nog boodschappen zouden moeten doen. We struinen door Banff op zoek naar een leuk restaurant. Na een korte stop in de Banff Tea Company kiezen we voor Magpie & Stump, een gezellig ogende Mexicaan. Daar genieten we van heerlijke fajitas, burritos en nachos. Een aanrader voor iedereen die Banff bezoekt! 

 

Bibberend zoeken we onze camper op. De kamado en hengel zijn verdwenen en een verregend briefje op onze picknicktafel vertelt ons dat de barbecue af te halen is bij het kantoor van de campground. Blijkbaar moest deze opgeborgen worden. Ik hol naar het toiletgebouw voor een extra lange, warme douche. Bob maakt intussen een vuur om ons camperavontuur af te sluiten. Binnen kijken we nog even naar Netflix en dan zetten we vroeg de wekker: morgenochtend moet er ingepakt worden!

 

Accommodatie: Tunnel Mountain Village 1 Campground
Prijs: $44,50  (unserviced)
Faciliteiten: Drinkwater, toiletten, douches, centrale dumpplek
Ligging: Gelegen op een steenworp afstand van Banff Village in een prachtige bosrijke omgeving
Bijzonderheden: Er zijn drie Tunnel Mountain Village Campgrounds, waarvan Tunnel Mountain Village 1 met stip de mooiste plekken biedt. Daarvoor sta je wel unserviced.

Inleveren camper in Calgary

Donderdag 29 september 2023
Inleveren camper in Calgary

 

De laatste dag van onze camperreis is aangebroken. Vandaag rijden we naar Calgary waar we overnachten in een hotel bij de luchthaven. We hoeven de camper pas om 15.00 uur in te leveren: heel fijn, want daardoor hebben we gisteren de laatste échte vakantiedag optimaal benut. Vanochtend beginnen we met het inpakken van de spullen. Er wordt koffie gezet en de koffers komen tevoorschijn uit het bagageluik.

 

Ik sta er van te kijken hoeveel we meeslepen: netjes opgeborgen in alle lades en kastjes van ons huis op wielen, vergeet je haast dat we ruim 23 kg bagage per man bij ons hebben. Bob leegt de voorraadkastjes en brengt alles wat bruikbaar is naar de buren: een groep Duitsers die ook reist met Cruise America. Een van de jongens blijkt onze hengel te hebben gepakt omdat hij dacht dat we uitgecheckt hadden en koopt ‘m alsnog over. Ka-ching!

 

Terwijl Bob naar het centrale dumping station rijdt en onze tanks leegt, begin ik met het schoonmaken van de camper. De kamado wordt opgepikt en even later zijn we klaar voor vertrek. Tijdens de rit naar Calgary is het heerlijk zonnig. Toch een beetje jammer om zulk mooi weer achter te laten. 

 

Aangezien we de kamado nog niet kwijt zijn, gaan we op zoek naar een Pawn Shop. Wie weet kunnen we ‘m daar slijten. Helaas blijkt geen enkele shop barbecues te accepteren in de herfst: na drie mislukte pogingen brengen we het ding op aanraden van de eigenaar van de laatste shop naar een Thrift Store die zijn opbrengst schenkt aan een goed doel. In elk geval komt onze aankoop daar goed terecht.  

 

We zetten koers naar de luchthaven van Calgary, waar Bob mij afzet bij Alamo. Daar staat een huurauto voor ons klaar. Het afhalen van de auto loopt gesmeerd: precies 9 minuten later rijd ik in een Nissan Maxima de parkeergarage uit. Bob stuurt zijn locatie: hij is op een parkeerterrein in de buurt bezig met het verzamelen van de laatste spullen. Samen laden we de koffers over en poetsen we de binnenzijde van de camper. Als die weer helemaal netjes is, rijden we achter elkaar aan naar Cruise Canada. Ik vraag of ik de overige campertypes nog even van binnen mag bekijken voordat we gaan. Dat mag. Er staat er alleen een C30 in de rij met voertuigen die de medewerkster aanwijst, maar het is onwijs leuk en leerzaam om deze even te bekijken. We zijn bijzonder gecharmeerd van dit type: de 1,5 meter extra maakt een wereld van verschil qua ruimte. Een volgende keer gaan we graag met de C30 op pad!

 

Ook enthousiast zijn we over het geboekte Acclaim hotel: de receptionist is erg vriendelijk en de kamer is heel mooi. Bovendien hoeven we niet te betalen voor het parkeren. We denken dat we een upgrade gehad hebben, want volgens de voucher hebben we een twin, terwijl in de ruimte maar één enorm bed staat. Verder is er een televisie, een koelkast, een magnetron, een lekkere luie stoel en een bureau. De badkamer beschikt over een regendouche en nog een tv. Niet verkeerd! 

 

Behalve een donut bij Tim Hortons hebben we nog niks gegeten, dus beleggen we wraps met een opgewarmd restje chili uit de vriezer van de camper. Terwijl Bob werkt op de laptop, ga ik in een door het hotel geleverde badjas op zoek naar de hot tubs. Nippend van een wijntje geniet ik op het paranormadak van het warme water. 

 

Bob volgt een uur later en we bespreken de plannen voor de rest van de dag. Eigenlijk hebben we niet zo’n zin meer om op pad te gaan: de musea in Calgary die me interessant lijken zijn al dicht en we hebben ontdekt dat naast het hotel een Italiaans restaurant zit dat goed beoordeeld wordt. Eigenlijk ook wel lekker, even ‘niks’ doen. We bubbelen tot de zon achter de wolken verdwijnt, kleden ons aan en genieten bij de buren van heerlijke arancini, pasta en cheesecake.

 

Na het eten wil Bob het liefst meteen naar bed, maar ik wil eerst de koffers inpakken. We hebben nog een aantal losse tassen en we moeten nog nadenken over de verdeling van het gewicht. Ik krijg mijn zin en na een half uurtje zijn we klaar voor vertrek. Morgen vliegen we om 11.25 uur dus extreem vroeg op hoeven we niet op. Toch ben ik blij dat dit klusje geklaard is. Na het inpakken duiken we lekker in ons hotelbed. Alweer de laatste nacht op Canadese bodem… Wat is dat snel gegaan!

 

Accommodatie: Acclaim Hotel Calgary Airport
Ligging: Airporthotel
Faciliteiten: Panoramadak met hottub, fitness, gratis parkeren, gratis wifi, 24-uurs shuttle service, doorgang naar naastgelegen Italiaans restaurant (aanrader!)

Afstand: 130 km

Vliegreis naar Amsterdam

Vrijdag 30 september 2023
Vliegreis naar Amsterdam

 

 De rit van het hotel naar de luchthaven duurt precies 6 minuten. Ideaal! We leveren de auto in en geven onze bagage af. De security check verloopt vlot en even later zitten we in de terminal aan het ontbijt. Ik overweeg een yoghurtbowl. Ach, wie houd ik voor de gek? Thuis doen we weer gezond. Mijn Luikse wafel met bacon en cream cheese smaakt heerlijk en Bob smult van zijn Breakfast Skillet.

 

Onze vlucht zou al 10 minuten later vertrekken, maar uiteindelijk hangen we 50 minuten later in de lucht. We vliegen met een toestel van Air Canada Rouge, een dochteronderneming van Air Canada. Doordat het toestel zo klein is, moeten 30 mensen vrijwillig hun handbagage inchecken. Dat duurt een hele tijd maar onderweg halen we de meeste vertraging gelukkig in en als compensatie voor het ongemak wordt er gratis wifi aangeboden. Uiteindelijk arriveren we 23 minuten later dan gepland in Toronto.

 

In Toronto nemen we plaats in de Air Canada Maple Leaf Lounge, waar we genieten van eten, verschillende drankjes en een fijne stoel. Er zijn zelfs douches! Zeker de moeite waard om bij te boeken wanneer je de kans krijgt.

 

We boarden het vliegtuig en zitten net gezellig met onze Canadese buurman te kletsen, als die op de app van Air Canada ziet dat onze vlucht 3,5 uur vertraagd is. Huh?! Even later roept de piloot om dat een vliegtuigonderdeel stuk is en dat we óf binnen 15 minuten in de lucht zijn, óf allemaal het vliegtuig moeten verlaten. Hij belooft ons op de hoogte te houden. Gelukkig mogen we door naar Amsterdam: de reparatie duurt wat langer dan het beloofde kwartier, maar met een 1,5 uur vertraging zijn we uiteindelijk dan toch onderweg.

 

Onze koffers rollen snel van de bagageband en na een broodje bij AH to go (home sweet home!) stappen we in de shuttle van het Courtyard hotel. Bob rijdt naar huis en stelt tijdens de rit voor dat ik even slaap, omdat ik me niet zo lekker voel. Slapen in het vliegtuig is niet gelukt dus dit is fijn. 

 

In Nederland is het echt stralend weer. De terrassen binnen het dorp zitten vol mensen en ik snak naar een douche en een t-shirt. Thuis ruimen we nog wat op en draaien we een was. Ik ben nog altijd niet helemaal fit en Bob z’n ogen vallen dicht tijdens het tv kijken, dus om 22.00 uur gaan we lekker naar bed. Hond Joep mag voor deze keer boven slapen. Wat hebben we hem gemist! Hij ziet er tevreden uit op z’n schapenvacht en ik weet wel zeker dat hij bij onze vrienden net zo’n fijne vakantie heeft gehad als wij. Vannacht dromen we vast alledrie van een volgende reis!

Camperreis op maat

Wil jij zelf zo'n reis maken? Laat dan een camperreis op maat samenstellen zodat deze precies bij je wensen aansluit!

Ja, stuur mij een gratis offerte!

Campervakanties

Wil jij ook zo'n camperreis maken in dit gebied? Bekijk dan hier onze camperreizen.

Bekijk de campervakanties