Algemene Informatie
Deelnemers:
Serena (22 jaar)
Dorine (55 jaar)
Stefan (56 jaar)
Iris (24 jaar)
Milan (25 jaar)
Campertype- en verhuurder:
CX-Large van Fraserway
C-Small van Four Seasons
Kosten verblijf en eten/drinken:
Totale kosten campings: $ 1624.86 (2 campers)
Totale kosten hotelovernachting(en): $ 2340.90
Totale kosten benzine: $ 1702.31 (2 campers)
Totale kosten propaan bijvullen: $ 15.88
Totale kosten dump station: $ 10.13
Totale kosten Uber: $ 265.52
Totale kosten ferry: $ 539.75
Totale kosten parkeren: $ 69.35
Totale kosten boodschappen: $ 1967.27
Totale kosten uiteten/drankjes: $ 1358.26
Totale kosten internet (e-SIM)
- Airalo Discover Wereldwijd (gegevens), 20 GB voor 1 jaar: € 60,50
- Airalo Discover+ Wereldwijd (gegevens/beltegoed/sms), 20 GB voor 1 jaar: € 156 (€ 78 per bundel)
Totale kosten hout voor kampvuur: $ 52
Totale kosten souvenirs: $ 88.07
Totale kosten wasmachine/droger: $ 20
Totale kosten ETA: $ 35 ($ 7 per persoon)
Kosten excursies en bezienswaardigheden:
Kosten Butchart Gardens: $ 213.75
Kosten Whale Watching Tour: $ 966
Kosten Malahat Skywalk: $ 197.25
Kosten Capilano Suspension Bridge Park: $ 377.74
Kosten Bloedel Conservatory: $ 48.11
Kosten Revelstoke Mountain Coaster + Lower Gondola: $ 209.90
Kosten Dinosaur Visitor Centre: $ 10.23
Kosten Calgary Tower: $ 133.87
Kosten Kananaskis Conservation Pass: $ 64.78 (2 campers)
Heenreis en Vancouver
Onze reis begint vandaag met de trein richting Schiphol. We zijn ruim op tijd op het vliegveld en nemen de tijd om lekker te lunchen nadat we door de douane zijn gegaan. We hebben er zin in: eindelijk gaat onze lang geplande camperreis door West-Canada van start!
De rechtstreekse vlucht van ruim negen uur naar Vancouver verloopt gelukkig zonder problemen. Ondanks de lange zit zijn we allemaal in een prima stemming. Eenmaal geland op Vancouver International Airport gaat het snel met de bagage en vinden we eenvoudig een Uber die ons naar het hotel brengt: het Best Western Plus Sands, gelegen vlakbij English Bay in de gezellige wijk West End.
Omdat we inmiddels flink vermoeid zijn van de vlucht en het tijdsverschil beginnen te voelen, besluiten we het rustig aan te doen. We halen wat eten in de buurt van het hotel en eten dit in onze hotelkamer op. Lekker makkelijk en precies wat we nodig hebben na deze lange dag. Rond 21.00 uur duiken we ons bed in, in Nederland is het dan al 6.00 uur ’s ochtends, dus het voelt alsof we de nacht hebben doorgehaald.
Morgen gaan we de stad verkennen, maar nu eerst genieten van onze welverdiende nachtrust.
Best Western Plus Sands
Vancouver
We worden vroeg wakker door het tijdsverschil met Nederland, wat eigenlijk goed uitkomt: zo hebben we alle tijd om Vancouver te verkennen. In de ochtend starten we met een stevig ontbijt in de Park Pub, het restaurant van ons hotel. Vol energie beginnen we onze eerste volledige dag in Vancouver.
Onze eerste stop is Stanley Park, een van de grootste stadsparken van Noord-Amerika. Het park is meer dan 400 hectare groot en bestaat uit dichtbegroeide bossen, rustige meren en lange stukken kustlijn. Door de omvang van het park voelt het totaal niet aan als een stadspark, integendeel: zodra je het park binnenwandelt, vergeet je bijna dat je je midden in een miljoenenstad bevindt. Alleen het uitzicht op de skyline door de bomen heen herinnert je eraan dat je je nog steeds midden in Vancouver bevindt. We wandelen een deel van de beroemde Seawall, het pad langs de kust dat prachtig uitzicht biedt op de skyline en de haven van Vancouver.
We laten de kust achter ons en trekken verder het park in, richting Beaver Lake. Hoewel we verwachtten een klassiek meer te zien, treffen we een kleurrijk meer vol lelies en irissen aan, verrassend mooi. Onderweg spotten we nog allerlei dieren: eekhoorns, vogels, libellen, kikkers en zelfs schildpadden.
Na een eenvoudige lunch bij een foodstand wandelen we verder naar een van de hoogtepunten van Stanley Park: de inheemse totempalen bij Brockton Point. Deze indrukwekkende palen zijn oorspronkelijk afkomstig van First Nations-volken uit British Columbia en vormen een belangrijk eerbetoon aan hun cultuur en geschiedenis. Elk van de palen vertelt een eigen verhaal en is rijk aan symboliek, van dierengeesten tot familiewapens. Dit is niet alleen een populaire fotospot, maar ook een plek om stil te staan bij de oorspronkelijke bewoners van deze regio én je hebt hier bovendien een prachtig uitzicht over de skyline van Vancouver!
’s Avonds brengen we een bezoek aan Gastown, het historische hart van Vancouver. De geplaveide straten, oude lantaarnpalen en sfeervolle gevels zorgen voor een gezellige sfeer. We bewonderen de beroemde stoomklok, een echte eyecatcher en een van de meest gefotografeerde plekken van de stad. Deze klok werkt op stoom en speelt elk kwartier de Westminster Quarters-melodie via zijn stoomfluiten. Op het hele uur volgt een stoomuitstoot waarbij alle fluiten tegelijk blazen, een indrukwekkend gezicht én geluid.
We sluiten de avond af met een diner bij Steamworks Brewery, een populaire plek in Gastown waar je goed kunt eten en genieten van lokaal gebrouwen bier. Terwijl we wachten op ons eten, nemen we een kijkje in het lager gelegen deel van het restaurant, waar we de biervaten van de brouwerij hebben bewonderd. Leuk detail: deze brouwerij werkt met stoomkracht, net als de stoomklok even verderop.
Tot slot genieten we van een prachtige zonsondergang aan English Bay, vlakbij ons hotel. Met ruim 19.000 stappen op de teller en nog nagenietend van alle indrukken en ervaringen van vandaag, sluiten we onze eerste dag in Vancouver af.
Best Western Plus Sands
Vancouver
Vandaag is onze laatste dag in downtown Vancouver, dus nemen we de tijd om de stad verder te verkennen voordat morgen het camperavontuur echt begint. Na het ontbijt besluiten we te voet naar Granville Island te lopen. Onderweg stuiten we op een indrukwekkende inukshuk, een stapeling van stenen in de vorm van een menselijke figuur, die symbool staat voor de Inuitcultuur. Deze Ilanaaq Inukshuk is maar liefst 6 meter hoog en weegt ongeveer 31.500 kg. Oorspronkelijk werden dit soort stapelingen gebruikt als wegwijzers en oriëntatiepunten in het ruige noorden van Canada. Vandaag de dag vormen ze nog steeds een belangrijk cultureel symbool in Canada.
Eenmaal aangekomen bij False Creek, nemen we de aquabus, een kleurrijke watertaxi, die ons in enkele minuten naar Granville Island brengt. Dit voormalige industrieterrein is tegenwoordig een levendig cultureel en culinair centrum met markten, galeries, winkels en eettentjes. Het eiland bruist van creativiteit: straatmuzikanten zorgen voor live muziek en je ziet overal kunstenaars aan het werk.
De grootste trekpleister is de Granville Island Public Market, een overdekte markt met kraampjes vol verse producten, handgemaakte lekkernijen en lokale specialiteiten. We slenteren langs de stalletjes, kopen wat vers fruit, wat lekkers en koffie, en genieten op een bankje van het uitzicht. Het is een fijne plek om rond te kijken en even te zitten.
In de middag nemen we de Uber naar Queen Elizabeth Park, gelegen op een heuvel met prachtig uitzicht over de stad en de bergen. Midden in het park bezoeken we Bloedel Conservatory, een grote koepel waarin je een exotische wereld binnenstapt. Binnen groeien ruim 500 plantensoorten en vliegen tientallen tropische vogels vrij rond. We zien felgekleurde parkieten, papegaaien en zelfs een toekan tussen de palmen en bloemen.
Buiten bij Queen Elizabeth Park heb je een prachtig uitzicht over de skyline van Vancouver met daarachter de besneeuwde toppen van de North Shore Mountains. Het park ligt op het hoogste natuurlijke punt van de stad, 125 meter boven zeeniveau, en is daarmee een populaire plek voor uitzicht liefhebbers en fotografen. Naast Bloedel Conservatory vind je hier ook prachtig aangelegde bloementuinen, rozentuinen en kunst. We maken nog wat foto's en nemen daarna een drankje op het terras van Seasons in the Park met uitzicht over het park en de skyline van Vancouver.
’s Avonds halen we wat avondeten, dat we op de hotelkamer opeten. Daarna pakken we alvast onze spullen in, want morgen begint ons camperavontuur, we kunnen niet wachten om Vancouver te verruilen voor natuur, bergen en de vrijheid van het reizen met een camper!
Best Western Plus Sands
Camper ophalen
Vandaag begint het camperavontuur dan écht. We laten het hotel in Vancouver achter ons en worden opgehaald door een transferbusje van Fraserway, dat ons samen met andere reizigers naar het verhuurstation brengt. De rit verloopt soepel en bij aankomst worden we vriendelijk ontvangen. Na een duidelijke instructie over de werking van de camper, het gebruik van de apparatuur en de veiligheidsvoorschriften, nemen we de sleutels in ontvangst van onze ruime CX-Large camper. Voor een deel van ons is dit niet de eerste keer met een camper, maar het blijft toch altijd even wennen vergeleken met een auto.
We starten de rit richting Tsawwassen, waar we aan boord gaan van de ferry, genaamd Spirit of Vancouver Island, naar Swartz Bay op Vancouver Island. Deze ferry, onderdeel van BC Ferries, is indrukwekkend groot en heeft een motorvermogen van maar liefst 21.000 pk! Het schip is volledig ingericht voor passagiers, auto’s, vrachtwagens én campers. We parkeren onze camper op het onderste dek en zoeken een plekje op het bovendek om van het uitzicht te genieten.
De overtocht duurt ongeveer anderhalf uur en gaat langs eilandjes, genaamd de Gulf Islands, inhammen en de ruige kust. Hoewel we stiekem hoopten op het spotten van wildlife zoals zeehonden, walvissen of orka’s, blijft het vandaag bij meeuwen en frisse zeelucht. Dat mag de pret niet drukken: het varen zelf is een leuke ervaring en een mooie manier om het vasteland achter ons te laten. De ferry is bovendien goed uitgerust: er is een klein winkeltje aan boord en een restaurant waar je snacks of een warme maaltijd kunt halen.
Eenmaal aangekomen op Vancouver Island rijden we eerst naar een supermarkt om boodschappen te doen. We slaan groots in voor de komende dagen, inclusief wat Canadese snacks om uit te proberen. Vervolgens rijden we door naar onze eerste camping: SMONEĆTEN Campground, een kleinschalige natuurcamping midden in het groen. We staan vannacht op een rustige unserviced plek, zonder stroom, water of afvoer.
We eten een eenvoudige maaltijd, maken nog een korte wandeling over de camping en genieten van de rust. De vogels fluiten, de wind ruist door de bomen en een kalme stilte daalt over de camping neer. Morgen ontdekken we een van de bekendste tuinen van Canada: de Butchart Gardens.
SMONEĆTEN Campground (plaatsnummer 16)
unserviced $ 31.25
Butchart Gardens
We beginnen de dag vroeg en hebben meteen het gevoel dat we helemaal in het camperritme zitten. De omgeving is stil, de zon breekt langzaam door de bomen en na een lekker ontbijt buiten gaan we op pad. Vandaag staat een bezoek aan een van de bekendste bezienswaardigheden van Vancouver Island op de planning: de Butchart Gardens. De rit is kort, maar het contrast met de camping waar we hebben overnacht is groot: zodra we de parkeerplaats oprijden, merken we dat deze plek veel bezoekers trekt, en terecht.
De tuinen zijn aangelegd op het terrein van een oude kalksteengroeve, die in het begin van de twintigste eeuw werd omgevormd tot een bloemenparadijs. Vandaag de dag is het een nationale historische site van Canada, bekend om z’n perfect aangelegde borders, bloementhema’s en sierlijke paden. We starten onze wandeling in de Sunken Garden, waar de oorspronkelijke groeve is omgetoverd tot een dal vol bloeiende planten, fonteinen en wandelpaden die trapsgewijs omhoog lopen en zorgen voor mooie uitzichpunten.
We vervolgen onze route door de Rose Garden, waar honderden verschillende soorten rozen in volle bloei staan en brengen ook tijd door in de Japanese Garden, met sierlijke bruggetjes en dennen. Ook de Ross Fountain, die continu van vorm en hoogte verandert met krachtige waterstralen tot wel 21 meter hoog, maakt het plaatje compleet. Ondanks de populariteit van Butchart Gardens voelt het nergens overvol en kunnen we alles in alle rust bewonderen. Na een bezoek aan de souvenirwinkel halen we een koffie op het terras. The Butchart Gardens is absoluut een aanrader, zelfs voor reizigers die normaal niet veel met botanische tuinen hebben.
Een onverwacht hoogtepunt na ons bezoek aan de Butchart Gardens was een ontmoeting met een prachtig hert, dat op korte afstand rustig langs de parkeerplaats wandelt. Het dier laat zich niet afschrikken door de mensen in de buurt en blijft een tijdje zichtbaar. Een mooi moment tussen al het groen, dat voor ons de charme van dit soort plekken onderstreept: je weet nooit wat je tegenkomt!
Aan het einde van de middag rijden we richting onze volgende overnachtingsplek: Goldstream Provincial Park Campground. De camping ligt in een dicht woud met hoge ceders en Douglas-firs, en biedt veel schaduw en privacy. We koken een maaltijd bij de camper en brengen de rest van de avond rustig door, want morgen moeten we vroeg opstaan voor de whale watching tour.
Goldstream Provincial Park Campground (plaatsnummer 91)
unserviced $ 41.30
Victoria
De wekker gaat vroeg want we willen op tijd in Victoria zijn voor de whale watching tour om 10.00 uur bij Springtide Whale Watching & Eco Tours. We melden ons op tijd bij de incheckbalie en gaan daarna aan boord van de Ocean Cruiser, genaamd Marauder IV, voor een tocht van drie uur. Je kunt zowel binnen als buiten zitten, onder de overkapping of in de frisse zeelucht op het open dek. Ook zijn er meerdere faciliteiten aanwezig zoals een toilet en een pantry waar je gedurende de toch een kop koffie, thee of chocolademelk kan halen. Wij kozen ervoor om bovenin bij de kapitein te gaan zitten zodat we een goed overzicht over de zee hadden.
Al na ongeveer een uur spotten we de eerste bultrugwalvis. In de verte zien we daarna het typische wolkje van opspuitend water en niet veel later verschijnen er meerdere staarten boven het wateroppervlak. Een bijzonder moment om deze indrukwekkende dieren in hun natuurlijke omgeving van dichtbij te zien, echt iets om nooit te vergeten!
In totaal hebben we zo’n tien tot vijftien walvissen gezien. Crewlid Katy legt uit dat ze de dieren herkent aan de unieke patronen en kleuren op hun staart. Daaruit kun je zelfs afleiden om welk individu het gaat, wat het geslacht is en hoe oud het dier ongeveer is. Ondertussen manoeuvreert kapitein Jasper behendig over het water, en zijn we zelfs even de VS in geweest. Iris en Milan krijgen op het voordek van collega Heather een spoedcursus walvisweetjes: wat eten ze, wanneer trekken ze naar bepaalde gebieden en hoe kun je hun gedrag lezen? Wat ons opvalt, en wat we enorm waarderen, is hoe respectvol en professioneel de crew omgaat met deze dieren. Ze komen nooit te dichtbij en houden zich strikt aan de regels voor afstand. Via een gedeelde app geven zij bovendien aan waar walvissen zich bevinden, zodat andere schepen hun koers kunnen aanpassen en de dieren met rust worden gelaten. De passie van de crew is voelbaar, en hun kennis en inzet voor het behoud van deze indrukwekkende dieren is echt bewonderenswaardig.
Na de tour halen we lunch bij de Subway en rusten we even kort uit in de camper. Daarna gaan we het centrum van Victoria verkennen. We bekijken het indrukwekkende Parliament Building, het statige Fairmont Empress Hotel en wandelen langs de levendige Inner Harbour waar artiesten muziek maken en boten worden aangemeerd. Ook brengen we een bezoek aan Thunderbird Park, waar een reeks traditionele totempalen te zien zijn, een mooi stukje inheemse cultuur midden in de stad. We sluiten de wandeling af in Beacon Hill Park, een groot stadspark waar we onder andere blauwe reigers, ganzen en schildpadden spotten.
Aan het eind van de middag rijden we verder naar Bamberton Provincial Park Campground, waar we de nacht doorbrengen. Je hoort hier vooral vogels en af en toe het geritsel van dieren in de struiken. Voor ons is het een plek om even op adem te komen, zonder drukte of afleiding, precies wat we op dit moment zoeken. Iris kijkt er al dagen naar uit om een kampvuur te maken en vanavond is het dan eindelijk zo ver. Dankzij natuurtalent Milan gaat het kampvuur al bij de eerste poging aan, en genieten we van een gezellige avond op de camping.
Bamberton Provincial Park Campground (plaatsnummer 29)
unserviced $ 26.30
Malahat Skywalk
We beginnen de dag rustig en verlaten tegen het einde van de ochtend de camping in Bamberton. Vandaag is het vaderdag en dat komt goed uit: wanneer we aankomen bij de Malahat SkyWalk blijkt dat vaders vandaag gratis toegang krijgen. Een leuke verrassing en een extra reden om deze plek te bezoeken!
Vanaf de parkeerplaats lopen we via een houten boardwalk van 600 meter lang het bos in. Onderweg passeren we verschillende houten sculpturen, gemaakt door een lokale kunstenaar. De sculpturen, gebaseerd op de natuur en dieren van Vancouver Island, geven het pad extra karakter. Zowel de route naar als de Malahat Skywalk zelf is drempelvrij en bevat geen treden, waardoor deze goed toegankelijk is voor kinderwagens of mensen die minder goed ter been zijn.
De Malahat SkyWalk zelf is een spiraaltoren van hout en staal die langzaam omhoog kronkelt tot een hoogte van 32 meter. Hoe hoger je komt, hoe beter het uitzicht. Omdat de Malahat Skywalk op een klif ligt, bevindt je je uiteindelijk op ruim 250 meter boven zeeniveau. Bovenop heb je een groots uitzicht over de bossen en het water. Op deze hoogte kun je zelfs roofvogels van dichtbij voorbij zien vliegen. In het midden van de toren is een groot net gespannen waar je overheen kunt lopen of op kunt gaan liggen, recht boven de open ruimte onder je. Wie geen zin heeft om de hele toren weer af te lopen, kan via een lange spiraalvormige glijbaan naar beneden. De glijbaan loopt door het hart van de toren en zorgt voor een verrassend snelle afdaling.
Eenmaal beneden genieten we van een lunch in het zonnetje, zittend in de rode “Canadian deckchairs” die je werkelijk overal in Canada tegenkomt. Voordat we vertrekken, maken we nog een foto bij de bekende houten schommel van de Malahat SkyWalk, een leuke afsluiter van ons bezoek.
Daarna vervolgen we de rit naar onze volgende overnachtingsplek: Little Qualicum Falls Provincial Park Campground. De camping ligt midden in het bos, tussen hoge bomen en dikke varens. De plekken zijn ruim en bieden veel privacy. Vanaf onze kampeerplek loopt een wandelpad dat direct leidt naar de Lower en Upper Falls. We maken aan het eind van de middag nog een wandeling over deze trail. Het water raast door smalle kloven en dondert meters naar beneden, indrukwekkend om van dichtbij te zien.
Na terugkomst koken we bij de camper en brengen we een rustige avond door. We hakken zelf hout, maken een vuurtje en roosteren marshmallows boven de vlammen voor klassieke s’mores. Een mooie afsluiting van deze fijne dag.
Little Qualicum Falls Provincial Park Campground (plaatsnummer L68)
unserviced $ 29.30
Nanaimo
Vandaag is een bijzondere dag: mijn ouders zijn 30 jaar getrouwd! We beginnen de ochtend rustig bij de camper met een gezamenlijk ontbijt en een klein cadeautje om het jubileum te vieren. De echte verrassing volgt later deze reis, maar dat houden we nog even voor ons.
Na het ontbijt rijden we richting MacMillan Provincial Park om de beroemde Cathedral Grove te bezoeken. Deze plek staat bekend om zijn indrukwekkende douglassparren, sommige wel 800 jaar oud en ruim 75 meter hoog. Helaas is het erg druk en kunnen we geen parkeerplek vinden. We besluiten om de drukte te vermijden en rijden verder.
We rijden door naar Brannen Lake RV Park, net buiten Nanaimo, waar we de komende nacht verblijven. Hoewel ook deze camping midden in het groen ligt hebben we vandaag het comfort van een full hook-up, een fijne afwisseling na de meer eenvoudige natuurcampings van de afgelopen dagen.
De rest van de middag nemen we de tijd om te ontspannen. We zitten in het zonnetje bij de camper, lezen een boek en genieten van de rust. Op loopafstand van onze plek ligt Brannen Lake, dat via een pad vanaf de camping goed bereikbaar is. We lopen er even naartoe en wandelen kort over het strand.
’s Avonds sluiten we de dag af met een diner bij de Cactus Club in Nanaimo, een moderne Canadese restaurantketen met een gevarieerde kaart. Een mooie manier om deze jubileumdag af te ronden. Op de terugweg rijdt Iris voor het eerst met de camper. Ze neemt het stuur vol vertrouwen over en manoeuvreert de camper vlot terug naar onze kampeerplek.
Morgen nemen we weer afscheid van Vancouver Island en nemen we de ferry terug naar het vasteland.
Brannen Lake RV Park & Campsite (plaatsnummer 4F)
full hook up$ 72.45
Capilano Suspension Bridge Park
Na een ontspannen ontbijtje op de camping vertrekken we richting de ferryterminal van Nanaimo. We nemen hier de overtocht naar Horseshoe Bay op het vasteland van British Columbia. De overtocht verloopt weer soepel en snel zijn we weer aan de overkant.
Eenmaal aangekomen in Horseshoe Bay rijden we door richting North Vancouver, waar het Capilano Suspension Bridge Park op ons wacht. Ondanks de drukte lukt het ons om een ruime parkeerplek te vinden. Het park zelf is uitstekend onderhouden geeft informatie over het regenwoud van deze regio. Het hoogtepunt is uiteraard de Capilano Suspension Bridge: een 137 meter lange hangbrug die 70 meter boven de Capilano River hangt.
Aan de andere kant van de kloof verkennen we het Treetops Adventure, een reeks hangbruggen tussen reusachtige douglassparren, en de Cliffwalk, een route van smalle loopbruggen en glazen panelen tegen de rotswand. Het park bevat daarnaast veel interessante informatieborden over de flora en fauna. We leren onder andere dat de spanwijdte van een Amerikaanse zeearend groter is dan die van een mens, en dat zalm-DNA daadwerkelijk terug te vinden is in de boomstammen van het regenwoud, een mooi voorbeeld van hoe verbonden ecosystemen kunnen zijn. Op verschillende plekken spotten we allerlei soorten uilen, die in een opvang verblijven in samenwerking met natuureducatieprogramma’s. Een opvallende ontdekking is de aanwezigheid van de bananenslak, een gele, slijmerige bosbewoner die tot 25 cm lang kan worden en een belangrijke rol speelt in het afbreken van dood materiaal in de natuur. We zien er zelfs een langs het pad kruipen.
Voor de lunch nemen we plaats op het terras van het parkcafé. We genieten van versgebakken wafels, warme chocolademelk en een sterke espresso, een welverdiende pauze na het klimmen en klauteren tussen de boomtoppen. Bij het verlaten van het park krijgen we nog een gedrukt “overlevingscertificaat” uitgereikt dat ons het recht geeft om op te scheppen over onze avonturen hier.
Aan het eind van de middag rijden we richting onze overnachtingsplek: Burnaby Cariboo RV Park, gelegen aan de rand van Vancouver. De camping heeft uitgebreide voorzieningen, waaronder douches, wasserettes en zelfs een hottub en zwembad. Hoewel het comfort van een full hook-up en een warme douche welkom is, missen we de rust en ruimte van de natuurcampings. We brengen een rustige avond door bij de camper en kijken uit naar de volgende dag waarin we de natuur weer zullen opzoeken in Lynn Canyon.
Burnaby Cariboo RV Park (plaatsnummer 113)
full hook up $ 112.09
Lynn Canyon
De dag begint met het plan om eerst Grouse Mountain te bezoeken en daarna door te rijden naar Lynn Canyon. Een check op de webcams van Grouse Mountain laat echter zien dat er dichte mist hangt, waardoor het uitzicht zwaar beperkt is. Omdat een kabelbaanrit zonder vergezichten minder aantrekkelijk is, besluiten we deze activiteit over te slaan en direct door te rijden naar Lynn Canyon.
Bij aankomst in Lynn Canyon starten we onze wandeling over de Twin Falls Trail. Deze voert ons via houten trappen en bospaden naar de Lynn Canyon Suspension Bridge: een smalle hangbrug hoog boven de rivier, omringd door dicht regenwoud. In tegenstelling tot Capilano is deze brug gratis toegankelijk en minder druk, maar zeker zo indrukwekkend.
Na het oversteken van de brug besluiten we ons op te splitsen. Stefan en Dorine kiezen voor een kortere route terug vanwege de vele trappen en hoogteverschillen, terwijl Iris, Milan en ik verder lopen. Het pad volgt de rivier en slingert door een regenwoud vol varens, mos en hoge ceders. Onderweg komen we langs de “30-Foot Pool”, een helder bergmeertje waar tot onze verbazing enkele mensen in het koude water zwemmen.
Na de wandeling ontmoeten we elkaar weer bij de camper, waarna we de route vervolgen richting onze volgende camping. Onderweg willen we boodschappen doen, maar geschikte parkeerplekken voor de camper blijken bij de eerste twee supermarkten lastig te vinden. Uiteindelijk belanden we bij een groot winkelcentrum waar ook een Walmart gevestigd is. Een simpele boodschapronde verandert al snel in een flinke onderneming. Wat begon met het idee om ‘even snel’ boodschappen te doen, mondt uit in een uitgebreide tocht door een immens winkelcentrum, groter dan verwacht, en eerder te vergelijken met een kleine stad dan een gewone mall. De Walmart blijkt zich aan de andere kant van het complex te bevinden, wat betekent dat we tientallen gangen, roltrappen en etalages passeren voordat we eindelijk bij de ingang aankomen. Binnen is het minstens zo overweldigend: een gigantische supermarkt met een eindeloos aanbod van producten, waar alles nét even anders is ingericht dan we gewend zijn.
Omdat het inmiddels laat is, besluiten we onderweg te eten bij de McDonald’s. Het is meteen een handig moment om foto’s te uploaden en wat berichten naar het thuisfront te sturen. Daarna rijden we door naar onze overnachtingsplek: Rolley Lake Provincial Park Campground. Eenmaal aangekomen op de camping maken we nog een korte wandeling. Het pad voert ons door een dichtbegroeid bos, met hoge bomen, varens en met mos begroeide boomstammen.
Terug bij de camper krijgen we nog onverwacht bezoek van een ranger, die vriendelijk uitlegt dat ze ’s nachts met haar auto over de camping patrouilleert. Op die manier probeert ze wilde dieren zoals beren en coyotes op afstand te houden, zowel om de veiligheid van kampeerders te waarborgen als om de dieren zelf te beschermen. Het doel is om mens en dier zoveel mogelijk gescheiden te houden, zodat de dieren niet wennen aan de aanwezigheid van mensen of voedsel. Door dit soort preventieve maatregelen behouden ze hun natuurlijke gedrag en blijven ze schuw voor mensen, precies zoals het hoort in een wild en beschermd natuurgebied. Een geruststellend idee, zeker met het donkere, dichte bos zo om ons heen.
Rolley Lake Provincial Park Campground (plaatsnummer 33)
unserviced $ 41.30
Camper ophalen C-Small
Vandaag halen Iris en Milan hun eigen camper op bij Four Seasons in Abbotsford. Na de gebruikelijke uitleg en het overladen van hun spullen van de ene naar de andere camper, zijn we al snel klaar om op pad te gaan. Voor het eerst reizen we nu met twee campers verder.
Onderweg richting E.C. Manning Provincial Park maken we een tussenstop bij de indrukwekkende Bridal Veil Falls. Terwijl we het parkeerterrein naderen, staan Iris en Milan even oog in oog met een nieuwsgierig hertje dat vlak langs de camper staat. Een bijzonder moment dat de toon zet voor de rest van de dag. Vanaf de parkeerplaats leidt een kort bospad ons omhoog naar de voet van de waterval. Met zijn 122 meter hoogte en waaiervormige stroming doet de waterval zijn naam eer aan: het water spreidt zich uit als een sierlijke bruidssluier over de rotsen. Hoewel het verleidelijk is om dichterbij te klimmen, waarschuwen bordjes voor vallend gesteente en boomstammen en dus blijven we netjes op het aangegeven pad.
Een paar kilometer verderop maken we nog een korte stop bij de Flood Falls, een wat minder bekende maar eveneens mooie waterval, gelegen net buiten het plaatsje Hope. Vanaf de parkeerplaats wandelen we via een smal bospad omhoog langs een kleine beek. De wandeling is kort maar vrij steil en het pad is omgeven door dichte begroeiing en varens. Aan het einde worden we beloond met het uitzicht op een hoge, smalle waterval die zich vanaf een steile rotswand naar beneden stort. Eenmaal terug op de parkeerplaats, rijden we door het stadje Hope, waar we nog snel boodschappen doen voor de komende dagen.
De rit naar Mule Deer Campground is prachtig. De weg slingert door een vallei vol naaldbossen en berguitzichten, en naarmate we dieper het park inrijden, verdwijnt het mobiele bereik. Milan en Iris rijden voorop en besluiten onderweg nog een stop te maken bij Beaver Lake. De hoop op het spotten van een bever wordt helaas opnieuw niet beloond maar de wandeling door het libellenrijke gebied levert alsnog mooie momenten op.
Als eerste op de camping aangekomen, komen Iris en Milan een parkranger tegen die hen de juiste kampeerplek aanwijst. Niet veel later sluit de rest van het gezelschap weer aan. De plek blijkt prachtig gelegen, vlak bij een rivier en omringd door bos.
’s Avonds staan pannenkoeken op het menu. Milan en Iris duiken samen de keuken in en zetten een mooie stapel op tafel. Na het eten steken we het kampvuur aan. Dorine maakt het vuur aan met een firestarter, en met wat extra hulp van Stefan ontstaat er al snel een warm vuur. Ik ontpop me tot Fire Master van de avond en zorgt ervoor dat het vuur goed blijft branden.
E.C. Manning Provincial Park - Mule Deer Campground (plaatsnummers M17 en M26)
unserviced $ 31.30 per camper
Osoyoos
Vandaag verlaten we het bergachtige landschap van E.C. Manning Provincial Park en trekken verder oostwaarts richting het zonnige Osoyoos en Okanagan Valley. De weersvoorspellingen voor vandaag zijn wat minder maar dat mag de pret niet drukken.
De rit voert ons lange tijd langs de Similkameen River, een rustige route met heuvels en een uitgestrekt dal aan onze zijde. Rond het plaatsje Keremeos verandert het landschap abrupt in een fruitparadijs. Elke paar honderd meter duiken fruitstalletjes op met verse kersen, perziken, abrikozen en nog veel meer. Even verderop maken boomgaarden plaats voor uitgestrekte wijngaarden.
Vlak voor Osoyoos rijden we langs een bijzonder natuurfenomeen: Spotted Lake. Dit mineraalrijke meer bestaat uit honderden kleine cirkelvormige poelen, elk met een unieke samenstelling. Door de verdamping in de zomer blijven er patronen van mineralen achter, waardoor het meer een opvallend gespikkeld uiterlijk krijgt. Het meer wordt beschouwd als een heilige plek door de inheemse Syilx Nation, en is daarom enkel van een afstandje te bewonderen.
Osoyoos ligt aan een langgerekt meer maar het bewolkte weer maakt dat we er niet veel langer blijven dan een korte lunchpauze.
We rijden verder noordwaarts richting Okanagan Lake maar onderweg slaat het weer flink om. Zodra we Penticton naderen, barst er een storm los met stevige regenval, onweer en flinke windstoten. Op sommige stukken van de snelweg vormt zich water op het asfalt en lijken delen van de weg tijdelijk te veranderen in kleine rivieren. Rustig rijden dus.
Aangekomen op de camping Okanagan Lake North Provincial Park Campground, trekken we ons terug in de campers terwijl buiten de regen onophoudelijk tikt op het dak. Van het meer zelf zien we op dit moment nog weinig en we besluiten de rest van de middag rustig aan te doen. We zetten een kop thee, pakken een boek en nemen een welkome pauze na de lange rit.
Okanagan Lake North Provincial Park Campground (plaatsnummers N32 en N33)
unserviced $ 41.30 per camper
Myra Canyon
Vandaag rijden we noordwaarts door de Okanagan Valley, met onderweg een geplande stop bij de Myra Canyon Trail. Deze wandelroute is een van de meest indrukwekkende delen van het voormalige Kettle Valley Railway-spoortraject: een vroeg 20e-eeuws treinspoor dat ooit dwars door de bergen liep. Vandaag de dag is het een populair wandel- en fietspad, beroemd om zijn houten spoorbruggen, tunnels en uitzicht over de diepe kloof.
We wandelen over het pad en ondanks de bewolking en af en toe wat motregen, is het een prachtige tocht. Het pad slingert zich langs de steile bergflanken en is op veel plekken voorzien van informatieborden die meer vertellen over de geschiedenis van de spoorlijn. Oorspronkelijk werd dit deel van de spoorlijn gebouwd om afgelegen mijngebieden bereikbaar te maken. Na decennia van gebruik raakte het traject in verval, totdat vrijwilligers besloten het opnieuw toegankelijk te maken voor wandelaars.
De houten viaducten, ook wel “trestles” genoemd, zijn ware kunstwerken. In totaal zijn er 18 van deze bruggen en meerdere tunnels op dit stuk van het pad. Veel van de originele bruggen werden tijdens de grote bosbranden van 2003 volledig verwoest, maar zijn later opnieuw opgebouwd. Onder sommige van de nieuwe constructies zijn de verkoolde resten van de oorspronkelijke bruggen nog steeds zichtbaar.
Na de wandeling vervolgen we onze weg richting Whispering Pines RV Resort, waar we in de loop van de middag arriveren. De camping ligt rustig tussen de heuvels, met ruime plekken voor beide campers en goede voorzieningen.
Eenmaal aangekomen benutten we de middag optimaal voor iets wat bij een langere camperreis onvermijdelijk is geworden: een grote wasronde. Met twee campers betekent dat ook dubbele was, en de wasmachines en drogers draaien dan ook vrijwel non-stop. Terwijl de een de machines vult, hangt of vouwt de ander de kleding op. Met tassen vol was, handdoeken en stapels kleding voelt het haast als een logistieke operatie maar wél een efficiënte. Aan het einde van de middag is bijna alles weer schoon, droog en opgevouwen.
’s Avonds eten we gezamenlijk binnen, terwijl buiten langzaam de avond valt. We horen op de achtergrond een gitaarmelodie uit een van de andere campers. Onze muzikale buurman speelt zachtjes countrydeuntjes, een onverwacht gezellige afsluiter van deze dag.
Morgen staat de rit naar Revelstoke en het ruige landschap van Glacier National Park op het programma.
Whispering Pines RV Resort (plaatsnummers 64 en 65)
elektra + water $ 80.96 per camper
Revelstoke en Glacier National Park
Vandaag zijn we vroeg opgestaan voor een actieve ochtend in het Revelstoke Mountain Resort. Dit skigebied is buiten het wintersportseizoen omgetoverd tot avonturenpark, met onder andere de Pipe Mountain Coaster, een rodelbaan op rails die in grote snelheid de berg af raast. We nemen de gondel naar boven, waar we ons klaarmaken voor de rit naar beneden.
Hoewel sommigen van ons al eerder zo'n coaster gedaan hebben, blijft het een leuke ervaring. De baan slingert zich razendsnel omlaag door het bos, met scherpe bochten en flinke afdalingen. Eén ritje blijkt toch nét wat wilder dan verwacht. Na een flinke adrenalineboost staan we weer beneden, met een grote grijns en verwaaid door de wind, het enige nadeel is dat zo’n ritje altijd veel te kort duurt.
Na deze snelle start van de dag stoppen we kort bij Tim Hortons voor een warm drankje en iets te eten, waarna we onze route vervolgen richting het oosten. We rijden dwars door Glacier National Park, omringd door besneeuwde bergtoppen, diepe valleien en dichte naaldbossen. Het landschap is adembenemend: bergbeekjes stromen langs de weg, mistflarden hangen tussen de toppen en op de achtergrond glinsteren gletsjers in het zonlicht.
Onderweg doen Iris en Milan snel boodschappen en sluiten zich daarna weer aan bij de rest. En dan, plotseling, de eerste beer van de reis! Midden op de doorgaande weg zien we hem langs de berm lopen. We remmen af op de 80 km/u-weg, net als de auto’s achter ons, en weten nog snel een foto te maken.
Omdat onze camping voor vandaag alleen via een tijdelijke toegangsweg bereikbaar is, moeten we voor 16:00 uur aanwezig zijn, daarna wordt de route voor enkele uren afgesloten. Onderweg realiseren we ons dat we daarbij ook nog eens een tijdzone oversteken, waardoor we ineens een uur minder de tijd hebben. We rijden dus goed door, en gelukkig arriveren we op tijd.
Het laatste stuk van de route naar Kinbasket Lake Resort is nog een kleine uitdaging op zich: een onverharde weg met hobbels en kuilen, volgens Iris en Milan de “light version” van de route naar Myra Canyon. Maar de rit wordt beloond: de camping ligt prachtig, met uitzicht op een stil bergmeer en omringd door bos. We staan op twee plekken naast elkaar, met voldoende ruimte en een bijzonder uitzicht.
Kinbasket Lake Resort (plaatsnummers 4 en 5)
elektra + water $ 62.10 per camper
Golden
Vandaag staan er meerdere wandelingen op het programma in Glacier National Park. We splitsen op: Iris en Milan kiezen voor de pittige Balu Pass Trail, terwijl de rest op zoek gaat naar een wat mildere intensieve route.
Na een kort overleg bij het bezoekerscentrum, waar een ranger Iris en Milan geruststelt dat bear spray niet per se nodig is (al wordt geluid maken wél sterk aangeraden), besluiten ze het er toch op te wagen. De Balu Pass Trail is ruim 12 kilometer lang en voert hen diep de vallei in, waar regelmatig beren gespot worden.
Het begin van de trail is meteen pittig: een steile klim door dicht bos. In totaal worden er ruim 800 hoogtemeters gemaakt gedurende de wandeling. Eenmaal boven wordt de inspanning beloond met een weids uitzicht over de vallei, waar watervallen, sneeuwwanden en resten van oude lawines het decor vormen. Overal om hen heen is het stil, behalve dan wanneer Milan elke paar minuten luid “Eeeey-yo!” uitroept, volgens advies om beren op afstand te houden maar ook gewoon leuk om te doen. Ze lopen samen weer naar beneden, met onderweg nog een leuke verrassing: twee nieuwsgierige grijze marmotten, van dichtbij gespot. Geen beren op de trail (tot teleurstelling van Iris en opluchting bij Milan) maar wel een indrukwekkende tocht in een ruig, verlaten landschap.
De rest van de groep begint de dag iets rustiger. We rijden naar het Illecillewaet-gebied, waar we de Meeting of the Waters Trail lopen. Zoals de naam doet vermoeden komen hier verschillende bergstromen samen en net op het moment dat we starten, begint het ook zachtjes te regenen. De timing is treffend.
De wandeling voert ons door het bos en langs snelstromend gletsjerwater. We horen later dat er die ochtend nog een grizzly met jong is gespot in dit gebied, maar op het moment zelf krijgen we daar weinig van mee. Toch is het fijn om buiten te zijn, en de frisse berglucht en het stromende water maken de wandeling de moeite waard.
We rijden daarna verder richting Golden, met een korte blik op de Golden Skybridge, die we gezien het weer overslaan. Onderweg verandert het landschap: het wordt iets droger, de bossen wijken af en toe voor weidse uitzichten. In Golden aangekomen valt direct op hoe het stadje verweven is met het spoor: de treinrails lopen dwars door het centrum, en onze camping ligt op slechts enkele meters van de lijn. De kans is groot dat we vannacht een paar treinen horen langskomen, maar ergens hoort het ook wel bij het Canadese landschap, die lange goederentreinen zijn inmiddels een vast onderdeel van onze reiservaring geworden.
Gelukkig heeft Golden Municipal Campground & RV Park comfortabele faciliteiten en kunnen we gebruik maken van de douches, een kleine luxe na een dag in de bergen. Terwijl Iris en Milan terugkomen van hun wandelavontuur, zetten we alvast een warm soepje voor ze op het vuur.
’s Avonds is het rustig. We genieten nog even van het uitzicht op de bergen, drinken een kop thee, en bereiden ons voor op het volgende natuurgebied op onze route: Yoho National Park, met onder andere het betoverende Emerald Lake op het programma.
Golden Municipal Campground (plaatsnummers 7 en 8)
elektra + water $ 62.65 per camper
Emerald Lake, Yoho National Park en Icefields Parkway
We rijden vandaag Yoho National Park in en er staan een aantal echte hoogtepunten op het programma.
De eerste stop: Natural Bridge. Hier heeft het turquoise gletsjerwater zich een weg door de rotsen gebaand waardoor een natuurlijke brug is ontstaan. Het bulderende water, de uitgesleten stenen en de contrasterende kleuren maken een prachtig plaatje.
We rijden verder naar Emerald Lake, een van de bekendste meren van het park, en worden al op de toegangsweg begroet door een lange rij geparkeerde auto’s. Toch weten we niet al te ver van het meer een plekje te vinden. Eenmaal bij het water begrijpen we meteen waarom het hier zo druk is: het meer ligt er bijna onwerkelijk mooi bij. Groenblauw water, omringd door dichte bossen en met bergtoppen op de achtergrond.
Onze volgende halte zijn de Spiral Tunnels. Deze spoorconstructie werd begin 20e eeuw aangelegd om het hoogteverschil in dit gebied veiliger te kunnen overbruggen. Door de lange treinen hier drie keer door lussen in de bergwand te laten rijden, vermijden ze de te steile hellingen. Als je geluk hebt, zie je dezelfde trein op drie plekken tegelijk: voor, middenin én na de tunnel.
Na een korte tankstop in Lake Louise, het toeristische centrum van Banff, slaan we af richting een van de mooiste wegen van Canada: de Icefields Parkway. Deze bijna 230 kilometer lange route slingert zich tussen bergketens, gletsjers, rivieren en uitgestrekte bossen. Binnen enkele kilometers verandert het uitzicht in een ansichtkaart. Het is zo stil, groots en overweldigend dat iedereen er stil van wordt. Geen bereik, weinig verkeer, alleen natuur in haar beste vorm.
Aan het eind van de middag arriveren we op Silverhorn Creek Campground, een eenvoudige kampeerplek zonder voorzieningen, maar wát een locatie. Gelegen tussen de bergen, met uitzicht op de omliggende bergtoppen, een meertje in de buurt en hout dat al voor ons kampvuur klaarligt. Terwijl de een het avondeten voorbereid, stoken anderen het kampvuur op. Net als alles klaar lijkt te zijn, gooit een korte maar stevige bui roet in het eten. Gelukkig trekt de lucht snel weer open en brengen we de avond door rond het kampvuur en genieten van het mooiste uitzicht tot nu toe.
Icefields Parkway - Silverhorn Creek Campground (plaatsnummers 10 en 11)
unserviced $ 48.25 per camper
Mistaya Canyon, Peyto Lake en Icefields Parkway
De ochtend begint vandaag wat grijs en bewolkt maar zoals we inmiddels weten: in de bergen kan dat elk moment omslaan. Vandaag bezoeken we Mistaya Canyon. De wandeling leidt naar een indrukwekkende kloof waarin het gletsjerwater zich een diepe, kronkelende weg door de rotsen heeft gebaand. Het contrast tussen het onstuimige water, de gladgesleten rotsen en de stille bossen eromheen maakt deze plek tot een verrassend indrukwekkende stop.
Na Mistaya Canyon rijden we weer verder over de Icefields Parkway. Bij Peyto Lake is het alweer wat drukker: een lange rij auto’s en campers staat geparkeerd langs de kant van de weg. Toch weten we, met wat creatief manoeuvreren, een plekje te bemachtigen op de parkeerplaats. De korte wandeling naar het uitkijkpunt is meer dan de moeite waard: het opdoemende helderblauwe meer is omgeven door donkere naaldbomen en bergtoppen.
Vanaf dezelfde plek splitsen we ons weer op en bewandelen we de Bow Summit Lookout Trail. Een steile klim naar een hoogte van 2450 meter. De ijle lucht maakt het er niet makkelijker op maar de uitzichten onderweg zijn prachtig: besneeuwde toppen, diepe valleien en het blauw van de meren.
Intussen starten Iris en Milan hun wandeling bij Bow Lake, waar ze gisteren al kort waren gestopt. De route volgt het meer met zijn turquoise water, gletsjers en dennenbossen. Aan het einde van het meer begint de klim, maar tot hun teleurstelling is het laatste stuk naar de Glacier Falls afgesloten wegens instabiliteit op het pad. Desondanks is het een mooie tocht en genieten ze van het uitzicht.
Net als we denken dat de dag zijn hoogtepunten gehad heeft, krijgen we op de weg naar de camping een verrassing: twee beren, vlak langs de weg, op slechts korte afstand van elkaar. Ze struinen rustig door de berm, ongestoord door de auto's die langzamer rijden om hen even te bewonderen.
We sluiten de dag af op Marble Canyon Campground, gelegen tussen ruige rotswanden en naaldbomen. De camping is eenvoudig maar sfeervol, en de frisse berglucht maakt het een fijne plek om tot rust te komen na alle indrukken van vandaag. Iedereen is moe van de hikes, dus we houden het simpel: pizza’s in de oven, een kop koffie of thee erbij, en nog even napraten over de beren en uitzichten van eerder op de dag.
Kootenay - Marble Canyon Campground (plaatsnummers A4 en A6)
unserviced $ 52.50 per camper
Marble Canyon en Kootenay National Park
Na een aantal korte nachten hadden we deze ochtend eindelijk de kans om eens rustig op te starten en uit te slapen. Het was duidelijk dat iedereen daar wel aan toe was: de stilte op de camping werd pas halverwege de ochtend doorbroken door het geluid van koffiezetapparaten en kampeerstoeltjes.
We rijden een stukje terug naar de Continental Divide, het punt waar de waterscheiding tussen het oosten en westen van het continent ligt. Het bord markeert dit punt maar los van dat feitelijke detail was vooral de lege parkeerplaats een mooie kans om onze twee campers eens naast elkaar te zetten, het verschil in formaat werd ineens heel zichtbaar (en leverde uiteraard ook een leuk plaatje op).
Daarna zetten we onze route weer voort en tegenover de camping bezochten we vervolgens Marble Canyon, een korte maar indrukwekkende wandeling. Via een reeks bruggetjes steek je de canyon meerdere keren over, terwijl het gletsjerwater zich diep onder je een weg baant door het kalksteen. De smalle kloof en de heldere kleuren van het water gaven samen een prachtig gezicht. Naarmate we verder omhoog klommen richting de waterval, begon ook het weer op te klaren. De zon brak door, de lucht trok open, en langzaam verdwenen de extra lagen kleding weer in de rugzak.
De volgende stop waren de Paint Pots, een open gebied waar de aarde opvallend oranje, rood en oker kleurt door het hoge ijzergehalte. Deze plek werd vroeger door de inheemse bevolking gebruikt om verfstoffen te maken voor ceremonies. De wandeling ernaartoe gaat over plankenpaden en beekjes, maar door de regen van de afgelopen dagen was het pad op sommige stukken behoorlijk modderig en precies op de terugweg begon het weer te regenen. Pas bij de parkeerplaats kwam de zon weer terug. Timing blijft een uitdaging!
We vervolgden onze route daarna door Kootenay National Park, een rustige en mooie rit tussen dennenbossen en berghellingen. Onderweg spotten we twee hertjes langs de weg, die vrolijk tussen de bomen liepen.
Aan het einde van de middag kwamen we aan op McLeod Meadows Campground, een sfeervolle camping midden in het bos, zonder faciliteiten maar met een mooie natuurlijke setting. De plekken liggen ruim en rustig, omgeven door hoge bomen. Iris en Milan besloten nog door te rijden naar de Radium Hot Springs, waar ze even heerlijk konden genieten van het warme water in de natuurlijke warmwaterbronnen (39°), met uitzicht op de omliggende bergen. Op de terugweg werden ze verrast door een groep berggeiten op de weg, inclusief een moeder met haar jong die zonder aarzelen overstak. Het verkeer moest even wachten, maar de spontane ontmoeting maakte dat meer dan goed.
Kootenay - McLeod Meadows Campground (plaatsnummers F3 en F4)
unserviced $ 52.50 per camper
Johnston Canyon
Na een rustige nacht rijden we vandaag verder richting Banff. Onderweg maken we eerst een stop bij Johnston Canyon, een van de populairste wandelroutes in Banff National Park. Dat is bij aankomst al duidelijk: het parkeerterrein staat behoorlijk vol en er lopen al flink wat mensen op het pad. Gelukkig zijn er toch nog wat parkeerplekken beschikbaar en kunnen we beginnen aan de wandeling.
De route naar de Lower Falls begint meteen goed: het pad slingert zich langs rotswanden en de Johnston Creek. Wat deze wandeling bijzonder maakt, is dat het pad deels uit metalen boardwalks bestaat die aan de rotswand zijn bevestigd, soms letterlijk boven het water hangend. Je loopt dus met regelmaat over smalle loopbruggetjes met beneden je het kolkende water en naast je de grillige rotsen van de canyon. Na ongeveer 1,2 kilometer kom je aan bij een kleine tunnel die je leidt naar een uitzichtpunt pal voor de Lower Falls, hier voel je de kracht van het water pas echt van dichtbij! We gaan nog een stukje verder omhoog richting de Upper Falls. Ook deze waterval is de moeite waard en onderweg blijkt er genoeg te zien. Tussendoor worden we nog getrakteerd op een paar nieuwsgierige eekhoorns, waarvan er één uitgebreid poseert op een boomstam.
Na de wandeling rijden we door naar Canmore voor boodschappen en lunch. Onderweg klaart het weer steeds verder op en in Canmore genieten we van een late lunch bij Tim Hortons, die verrassend genoeg gewoon in de supermarkt (Save-On-Foods) zit. Handig, want dit is een supermarktketen met een uitgebreid aanbod.
Iris en Milan maken nog een uitstapje naar Lake Minnewanka maar ondanks de mooie naam vinden ze het meer iets minder indrukwekkend dan de meren die we eerder zagen. Misschien zijn we inmiddels ook wel een beetje verwend geraakt.
Aan het eind van de middag arriveren we op onze camping voor de komende nacht: Tunnel Mountain Village II. Dit is veruit de grootste camping tot nu toe, met een netwerk van wegen, rijen campers, en plekken zover het oog reikt (en zelfs nog verder). En dan te bedenken dat er ook nog een Village I bestaat… Toch ligt het terrein prachtig, tussen de bergen en in het zonnetje ziet het er aangenaam uit. Bovendien is de locatie ideaal voor een bezoek aan Banff morgenochtend.
De rest van de middag gebruiken we om wat achterstallig werk in te halen: de digitale updates. Nu we eindelijk weer goede verbinding hebben, gaan de Instagram stories en Polarsteps in de lucht — in totaal 12 stories en 11 nieuwe steps. Ook hebben we veel appjes ontvangen van vrienden en familie, of alles nog wel goed gaat omdat ze al een tijdje niks meer hebben gehoord van ons. Dat bewijst maar weer hoe verbonden je altijd bent met je telefoon! Wij zelf missen onze mobiel wat minder.
Banff - Tunnel Mountain Village 2 Campground (plaatsnummers B24 en B40)
elektra $ 47.50 per camper
Banff
Vandaag nemen we de tijd om het centrum van Banff te verkennen. Vanaf de camping is het slechts een paar minuten rijden maar parkeren in dit populaire bergstadje is vaak een uitdaging. Gelukkig vinden we op het gratis parkeerterrein bij het station nog twee plekken naast elkaar voor de campers. Dit terrein ligt op maar vijf minuten lopen van het centrum, dus je bent er zo.
Banff is misschien wel het meest sfeervolle stadje dat we tot nu toe tegen zijn gekomen. Hoewel het gericht is op toeristen, voelt het knus aan met outdoorwinkels, boetiekjes met handgemaakte sieraden en schilderijen van lokale kunstenaars; delicatessenzaken waar je ahornsiroop in allerlei varianten kunt proeven en gezellige cafés. We slenteren op ons gemak door de winkelstraat, kijken her en der even binnen en doen wat inkopen. Voor de lunch strijken we neer bij Evelyn’s Coffee Bar, een knus café waar de houten inrichting en geur van versgemalen koffie meteen uitnodigen om even een pauze te nemen.
Op de terugweg naar de camper beleven we nog een onverwacht wildlifemoment. Vlak naast een basisschool, midden in de woonwijk, loopt plots een moederhert met haar jong de straat over. Het is een prachtig maar ook surrealistisch gezicht om deze dieren zo dichtbij te zien in een stedelijke omgeving. Gelukkig staan alle auto’s even stil en kunnen ze veilig oversteken.
Voor we Banff verlaten, maken we nog een korte stop bij de Hoodoos Lookout, slechts een paar minuten rijden vanaf de camping van afgelopen nacht. Vanaf het uitkijkpunt hebben we een weids uitzicht over de kronkelende Bow River, geflankeerd door dichte dennenbossen en de bijzondere rotsformaties die bekendstaan als hoodoos. Deze spits toelopende zuilen van verweerd steen steken prachtig af tegen het groen van de bomen en het blauw van de rivier.
Daarna rijden we door naar onze overnachtingsplek: Lac des Arcs Campground. Dit keer staan beide campers op één plek, wat het makkelijk maakt om de avond samen door te brengen. De camping is eenvoudig maar ligt mooi tussen de bergen en het meer. In eerste instantie lijkt het perfect barbecueweer: de zon schijnt, de lucht is blauw. We zetten de stoelen buiten, steken de barbecue aan… en zien de lucht binnen een paar minuten dichttrekken. Een korte maar felle regenbui maakt abrupt een einde aan onze buitenplannen, dan maar alles snel naar binnen verplaatsen.
Morgen trekken we verder naar Bow Valley en Kananaskis Country.
Lac des Arcs Campground (plaatsnummer 19)
unserviced $ 74.00
Bow Valley en Kananaskis Country
Vandaag stond in het teken van de verrassing voor papa en mama: een Adventure Dog Cart Tour van Snowy Owl Sled Dog Tours, die we hun cadeau deden voor hun 30-jarig huwelijksjubileum. Vanochtend vertrokken ze al vroeg met de kleine camper richting de Boundary Ranch, een prachtig gelegen plek in Kananaskis Country waar je niet alleen een dog cart tour kunt maken maar bijvoorbeeld ook kunt paardrijden.
Op de ranch werden ze ontvangen door de gidsen en voorgesteld aan de husky’s, een roedel van elf honden die duidelijk zin hadden om op pad te gaan. Nog voordat de kar gereed stond, klonk er al een luid koor van blaffende en jankende honden die niet konden wachten om te rennen. De gids legde uit dat deze zomerse variant van het hondensleeën speciaal is ontworpen voor de warmere maanden: in plaats van een slee rijden de honden een stevige kar op wielen, zodat ze ook buiten het sneeuwseizoen hun energie kwijt kunnen.
De tour bestond uit drie onderdelen: eerst het begroeten van de honden, daarna een tocht van zo’n 30 minuten door de bossen met uitzicht op de bergen en tot slot een bezoek aan het Guinn Wildlife Museum dat naast de ranch ligt. Tijdens de rit zaten papa en mama samen met een Australisch stel in de kar, terwijl de honden enthousiast het pad op stormden. Onderweg maakten ze twee korte stops, onder meer bij een uitkijkpunt waar bizons in een paddock liepen. Volgens mama ging de kar best hard en papa vertelde later lachend dat je je soms echt schrap moest zetten om niet mee te schuiven in de bochten. Na afloop mochten ze de honden voeren en knuffelen, wat misschien nog wel net zo leuk was als de rit zelf. Ze kwamen zichtbaar onder de indruk en met glunderende gezichten terug.
Ondertussen hadden Iris, Milan en ik onze eigen, rustigere invulling van de dag. Omdat het warm was en het weekend van Canada Day extra drukte met zich meebracht, besloten we geen grote wandeling te maken. In plaats daarvan zijn we in Canmore boodschappen gaan doen. We slenterden door de supermarkt, vulden de voorraad aan en reden daarna rustig naar Bow Valley Campground. Maar eerst hadden we natuurlijk nog wat lekkers gehaald bij Tim Hortons.
In de loop van de middag arriveerden papa en mama ook op de camping, vol verhalen over de husky’s en het prachtige gebied. Onze campingplek lag mooi tussen de bergen. Het was nog steeds zonnig, dus we zetten de stoelen buiten en draaiden de luifel uit, haalden alvast hout voor een kampvuur en genoten van het rustige einde van de dag.
Bow Valley Campground (plaatsnummers F15 en F16)
elektra + water $ 59.00 per camper
Kananaskis Village en Peter Lougheed
Gisteren hadden Iris en Milan al besloten dat ze de Troll Falls Trail wilden doen. Niet te lang, wat met de hoge temperaturen van vandaag wel prettig was. De waterval zelf bleek niet heel spectaculair maar Iris had gelezen dat er met een korte extra wandeling ook een Upper Falls te bereiken was. Kort in afstand misschien, maar qua hoogtemeters was het behoorlijk pittig. Boven aangekomen waren de watervallen meer gelaagd, en het koele opspattende water was een verademing na de klim.
Toen ze even op adem kwamen, keek Milan of de rest van het gezelschap al vertrokken was van de camping, hij heeft hier nog bereik. Wat bleek? Ze stonden gewoon op dezelfde parkeerplaats, maar zouden iets verder doorrijden. Iris en Milan besloten de afdaling in te zetten. Een paar minuten later checkte Milan nog even zijn telefoon, en daar stond ineens een bericht van Stefan: “Ik zag twee beren…”
De eerste reactie van Iris was zware teleurstelling: zij en Milan hadden deze hele reis al meerdere beren gemist en nu leek het weer raak. Twee seconden later dacht Iris: als we snel naar beneden gaan, zijn ze er misschien nog. Ze hebben nog nooit zo snel een trail afgelegd maar beneden aangekomen was er geen beer meer te bekennen. Ondertussen had de rest van het gezelschap meer geluk: bij Ribbon Creek spotten zij twee zwarte beren, een moeder met jong. En net toen ze weer verder wilden rijden, zagen ze nog een beer die aan het afkoelen was in het beekje.
In Kananaskis Village kwamen we allemaal weer samen. Een klein, bergachtig resortdorp midden in de natuur. Het voelt een beetje als een kruising tussen een ski-oord en een vakantiepark, met een paar hotels, een koffiebar, wat winkeltjes en een groot plein waar in de zomer vaak activiteiten plaatsvinden. Vandaag was er een presentatie over roofvogels, met onder andere een arend en een uil. Je kijkt hier overal uit op de bergen en het geheel heeft een fijne sfeer waar we genoten van een lekkere lunch met een kop koffie.
Daarna vertrokken we naar Peter Lougheed Provincial Park, waar de rit al snel veranderde in een waar wildlifefestijn. Eerst zagen we een paar herten langs de weg grazen, even later stonden er midden op de weg berggeiten. Ze trokken zich weinig aan van het verkeer en likten rustig aan de gele middenstreep van het asfalt, volgens de ranger omdat daar mineralen in zitten die ze lekker vinden. En toen gebeurde het: de grote klapper van de dag. Omdat we met twee campers reden, hadden we afgesproken dat Stefan de alarmlichten zou aanzetten als ze een beer zagen. Zo konden wij in de camper erachter op tijd opletten en eventueel stoppen. En daar was het signaal, maar we zagen niks… De ranger die ter plaatse was, kwam naar ons toe en legde uit dat de beren alleen vanuit het voertuig mochten worden bekeken, om te voorkomen dat ze te veel wennen aan mensen. Ze tipte ons om bij de volgende parkeerplaats te keren en een “drive-by” te doen.
Natuurlijk besloten wij een stukje terug te rijden. En daar stond ze: grizzly nummer 104, samen met haar twee jongen. Een indrukwekkend gezicht, zelfs vanuit de rijdende camper. Foto’s maken was lastig, maar het moment zelf was belangrijker. Na meermaals een drive-by te hebben gedaan, kwamen we de ranger weer tegen op de parkeerplaats. De ranger vertelde later dat nummer 104 berucht was omdat ze vorig jaar haar drie jongen alleen had achtergelaten, waarna één ervan werd geadopteerd door een oudere zus. Dit jaar had ze weer twee nieuwe kleintjes.
De beren die hier lang verblijven krijgen een halsband en tracker. Vrouwtjes worden in hun rechteroor getagd ('because women are always right', aldus de ranger). Mannetjes in hun linkeroor ('since they like to be left alone', aldus Milan). Ze worden vervolgens in de gaten gehouden door de park rangers of bear technicians. De beren waren nu veel aan de weg te zien omdat ze hun dagelijkse 20.000 calorieën (vergelijkbaar met 75 Big Macs als mens!) binnen moeten krijgen door paardenbloemen en gras te eten die momenteel vooral in de berm staan. Later in het seizoen eten ze de besjes hogerop in de bergen.
De weg door Peter Lougheed is trouwens de hoogste geasfalteerde snelweg van Canada (ruim 2.200 meter) en is ’s winters van december tot half juni afgesloten vanwege metersdikke sneeuw. Soms ligt er wel drie meter, en in de twee weken voordat de weg weer opent, is hij populair bij fietsers. Al zullen die geen berggeiten tegenkomen, want hoewel ze niet bang zijn voor auto’s, zijn ze dat wel voor fietsers. Op dat moment is de weg namelijk nog niet geopend voor motorvoertuigen.
Na het hoogtepunt van de grizzly en het prachtige Peter Lougheed Provincial Park reden we door naar Aspen Crossing Campground. Het park maakte langzaam plaats voor een totaal ander landschap: vlakke velden en akkers. De weg was kilometerslang kaarsrecht, en we vroegen ons af waar de camping zou liggen. En toen dook er ineens een strook met bomen op, daarachter verscholen lag onze bestemming.
Op de camping genoten we nog van het warme, zonnige weer. Met een lekker ijsje in de hand keken we terug op een dag vol bijzondere ontmoetingen met het Canadese wild.
Aspen Crossing Campground (plaatsnummer 347)
elektra + water $ 60.38
Dinosaur Provincial Park
It’s Canada Day! We werden vanochtend vrolijk begroet door de campingeigenaresse, volledig in Canada-thema: rood-witte kleding en vlaggetjes op haar hoofd. Daarna vertrokken we met z’n allen in één camper richting Dinosaur Provincial Park.
De route ernaartoe was een heel ander verhaal dan de bergwegen van de afgelopen weken: eindeloze prairies, weilanden en kaarsrechte wegen. Het meest opmerkelijke onderweg? Dat er hier en daar zomaar een stopbord midden op een 100-weg staat. Twee uur lang reden we door dit vlakke landschap, tot plots een kloof voor ons lag: Dinosaur Provincial Park.
Dit gebied is gevormd door het smelten van gletsjerwater honderdduizenden jaren geleden maar de echte geschiedenis gaat nog veel verder terug. Zo’n 75 miljoen jaar geleden leefden hier dinosauriërs in een warm, moerassig klimaat. Vanaf het uitzichtpunt zie je de badlands: een landschap vol geërodeerde heuvels, ravijnen en hoodoos die zover het oog reikt uit de grond steken. Waar in Banff een paar van deze rotsformaties staan, zie je ze hier in rijen tot aan de horizon.
We begonnen bij het Visitor Center, waar fossielen, skeletten en reconstructies te zien zijn. We leerden dat dit een van de rijkste vindplaatsen ter wereld is: meer dan 50 soorten dinosauriërs en ruim 450 andere soorten organismen zijn hier ontdekt. Sommige lagen bevatten zelfs meer dan 100 botten per vierkante meter. Door de voortdurende erosie komen er elk jaar nieuwe vondsten aan het licht, waardoor archeologen hier waarschijnlijk nog wel een eeuw werk hebben.
Na de lunch reden we de Scenic Loop door het park. Met 32°C besloten we het wandelen over te slaan, een slimme keuze, want behalve de hitte wonen kunnen ook de bewoners je tegenhouden: ratelslangen, schorpioenen en zwarte weduwen. Vanuit de camper bewonderden we het bijzondere landschap, waar droge rivierbeddingen, kleiheuvels en rotsen elkaar afwisselen.
Het blijft onwerkelijk hoe abrupt de badlands ophouden. Nog geen vijf minuten nadat we het park uitreden, waren we weer terug in de vlakke, groene prairies. Op Aspen Crossing Campground genoten we nog even van de zon met een ijsje erbij, voordat we begonnen met het inpakken van onze spullen. Morgen leveren we de campers in, slapen we onze laatste nacht in Calgary, en overmorgen vliegen we terug naar Nederland.
Aspen Crossing Campground (plaatsnummer 343)
elektra + water $ 60.38
Campers inleveren en Calgary
De laatste dag met de campers begon praktisch: eerst nog even tanken voordat we ze inleverden bij Fraserway. Tenminste, dat was het plan… Het zorgvuldig uitgezochte tankstation bleek dicht te zijn. Gelukkig lag er op een paar minuten rijden een alternatief, en konden we alsnog de tanks vullen. Wat een feest die prijzen hier: 1,26 CAD per liter, omgerekend zo’n € 0,79 – daar kun je in Nederland alleen maar van dromen.
Bij Fraserway verliep het inleveren soepel. Een medewerker deed een snelle inspectieronde, noteerde wat gegevens en voor we het wisten stonden we weer buiten. We moesten nog even wachten op de shuttle naar het hotel en hadden zo mooi de tijd om rond te kijken. Wat een enorme vloot campers stond daar geparkeerd! Rijen en rijen glimmende RV’s, klaar voor nieuwe avonturen met andere reizigers.
Na het inchecken in ons hotel en een snelle opfrisbeurt besloten we de stad nog even te verkennen. Met een Uber reden we naar downtown Calgary, waar overal al versieringen hingen voor de Calgary Stampede van morgen, hét jaarlijkse evenement van de stad, compleet met rodeo’s, parades en concerten. Jammer dat we net te vroeg vertrekken om het mee te maken.
De eerste stop: Devonian Gardens, een bijzondere groene oase midden in de stad. Op de vierde verdieping van een groot winkelcomplex loop je ineens tussen palmbomen, vijvers met koikarpers en kleurrijke bloembedden. Calgary heeft bovendien een netwerk van skywalks, overdekte bruggen die gebouwen met elkaar verbinden, zodat mensen in de ijskoude winters (lees: -30 graden) toch comfortabel door het centrum kunnen bewegen zonder naar buiten te hoeven.
Daarna was het tijd voor het volgende hoogtepunt: de Calgary Tower. Vanuit het observatiedek hadden we een panoramisch uitzicht over de stad, de uitgestrekte prairies eromheen, en in de verte de Rocky Mountains. We hadden geluk met het weer: helder genoeg om alles tot in detail te zien.
Terug in het hotel sloten we de dag rustig af. Morgen slapen we uit, pakken we de laatste spullen in, en dan zit ons Canadese avontuur er echt op. Daarna vliegen we terug naar Amsterdam.
Sandman Hotel Calgary Airport
Calgary en terugreis
Onze laatste ochtend in Canada begon rustig. Geen strakke planning meer, maar wel de praktische klus van het wegen en inpakken van de koffers. Alles wat in de afgelopen weken in de campers en tassen terecht was gekomen, moest nu weer georganiseerd worden in de bagage. Souvenirs werden zorgvuldig in truien gewikkeld, de laatste restjes eten verdwenen in de prullenbak, en de weegschaal draaide overuren om te checken of we niet over de gewichtslimiet gingen.
Na deze mini-logistieke operatie genoten we nog van een ontbijt in het hotel. Daarna was het tijd om met de shuttle richting de luchthaven van Calgary te gaan. Het inchecken en de security verliepen verrassend soepel en al snel zaten we bij de gate, waar we vanaf onze stoelen de vliegtuigen zagen komen en gaan.
De vlucht naar Nederland verliep rustig. Vanuit het raampje zagen we de uitgestrekte prairies en besneeuwde bergtoppen langzaam verdwijnen onder een deken van wolken. Een paar films, wat dutjes en een paar maaltijden later zette het toestel de landing in op Schiphol.
Eenmaal terug op Nederlandse bodem besloten we de reis samen af te sluiten bij een koffietentje in de terminal. Onder het genot van een bakje koffie, thee en iets zoets, haalden we nog één keer herinneringen op aan alle hoogtepunten: de indrukwekkende natuur, de bijzondere ontmoetingen met wildlife en de vele lachmomenten onderweg.